Osborne Hotel

Coast and Castles fietstocht april 2011

Begin 2010 kwam Ronnie met het voorstel om een mooie fietstocht te gaan doen. Zijn oog was gevallen op de Coast and Castles fietsroute. Deze route loopt van NewCastle naar Edinburgh. We gaan de tocht met z’n zessen in april van 2011 doen. Alle voorbereidingen zijn klaar. Hotels, fietsen, vluchten en bagagetransport, alles is geregeld. Ik heb er heel veel zin in. De deelnemers zijn: Adse, Robbie, Ronald, Jochem, Dennis Bijl en ik.

Hieronder een lijst met de hotels waar wij overnachten langs de route:

Datum

Vrijdag 08 april 2011

Osborne Hotel

Route

NVT

Afstand

NVT

 

Overnachting

Osborne Hotel

 

Adres

13-15 Osborne Rd, Jesmond

Newcastle Upon Tyne, NE2 2AE

Tel

+441912813385

Website

http://www.theosbornehotel.co.uk

 

Email

enquiries@theosbornehotel.co.uk

 

GPS

N 54° 59.280 W 001° 36.351

 

Kosten totaal

210 euro met ontbijt

 

Datum

Zaterdag 09 april 2011

Premier Inn Ashington

 

Route

NewCastle

Ashington

Afstand

47 KM

 

Overnachting

Premier Inn Ashington

 

Adres

Queen Elizabeth Country Park

Woodhorn, Ashington,
Northumberland NE63 9AT

Tel

+448715278034

Website

http://www.premierinn.com/en/hotel/ASHWDG/ashington?cmp=GLBC

 

Email

 

GPS

N 55° 11.832 W 001° 33.250

 

Kosten totaal

260 euro met ontbijt

Datum

Zondag 10 april 2011


Sportsman Inn

 

Route

Ashington

Embleton

Afstand

54 KM


Overnachting

Sportsman Inn


Adres

6 Sea Lane Embleton Alnwick

Alnwick, Northumberland NE66 3XF

Tel

+441665576588


Website

http://www.sportsmanhotel.co.uk


Email

stay@sportsmanhotel.co.uk


GPS

N 55° 28.301 W 001° 36.469


Kosten totaal

302 euro met ontbijt


 

Datum

Maandag 11 april 2011

Ben More House

 

 

Route

Embleton

Berwick

Afstand

57 KM

 

Overnachting

Ben More House

 

Adres

51 Church Street

Berwick-upon-Tweed
TD15 1EE

Tel

+441289 309274

Website

http://www.benmorehouse.com/

 

Email

bookings@benmorehouse.com

 

GPS

N 55° 46.205 W 002° 00.144

 

Kosten totaal

210 euro met ontbijt

Datum

Dinsdag 12 april 2011

Abbeyside Bed and Breakfast

 

 

Route

Berwick

Kelso

Afstand

52 KM

 

Overnachting

Abbeyside Bed and Breakfast

 

Adres

Abbeyside

The Knowes, Kelso, Roxburghshire

TD5 7BH

Tel

+441573 223915

Website

http://www.abbeysidebedandbreakfast.co.uk

 

Email

carolyn.newton@abbeysidebedandbreakfast.co.uk

 

GPS

N 55° 35.823 W 002° 25.844

 

Kosten totaal

275 euro met ontbijt

 

Datum

Woensdag 13 april 2011

St Ronans Hotel

 

 

Route

Kelso

Innerleithen

Afstand

50 KM

 

Overnachting

St Ronans Hotel

 

Adres

Innerleithen High Street

INNERLEITHEN, Peeblesshire
EH44 6HF

Tel

+441896 831 487

Website

http://www.stronanshotel.co.uk

 

Email

stronanshotel@hotmail.co.uk

 

GPS

N 55° 37.158 W 003° 03.776

 

Kosten totaal

220 euro met ontbijt

Datum

Donderdag 14 april 2011 t/m zaterdag 16 april

Radisson BLU Hotel Edinburgh

 

Route

Innerleithen

Edinburgh

Afstand

60 KM

 

Overnachting

Radisson BLU Hotel Edinburgh

 

Adres

The Royal Mile

Old Town, EH1 1TH Edinburgh

Tel

+44 (0)131 473 6590

Website

http://www.radissonblu.co.uk/hotel-edinburgh/

 

Email

reservations.edinburgh@radissonblu.com

 

GPS

N 55° 56.972 W 003° 11.165

 

Kosten totaal

593 euro zonder ontbijt

UPDATE 06-03-2011:

Vorige week hebben we alle hotels gemaild om de reservering nogmaals te bevestigen. Van alle hotels kregen we snel een bericht terug dat alles in orde is… op één na dan. Het Sportsman Inn hotel in Embleton is onder water gelopen. Door een overstroming kunnen we hier niet overnachten van 10 op 11 april. Snel een nieuw hotel geregeld. Zo’n 20 kilometer voor Embleton in Alnmouth hadden ze nog drie kamers voor ons vrij. Hier gaan we dus overnachten. Minpuntje is wel dat we dag drie maar liefst 75 kilometer mogen fietsen. Hieronder volgen de details van het nieuwe hotel:

Datum

Zondag 10 april 2011

The Sun Inn

 

Route

Ashington

Alnmouth

Afstand

35 KM

 

Overnachting

Sun Inn

 

Adres

Northumberland Street

Alnmouth Northumber-land
NE66 2RA

Tel

+441665830983

Website

http://www.sun-inn-alnmouth.co.uk/

 

Email

brennanshell@btconnect.com

 

GPS

N 55° 23.350   W 001° 36.783

 

Kosten totaal

245 euro met ontbijt

 

Groet, Bastiaan

Mallorca 2010

Verslag Mallorca 2010

Vrijdag 27 augustus.
Mallorca 2010
Om 8 uur moeten we opstaan. Vandaag gaan we namelijk lekker met vakantie naar Mallorca. Gelukkig hebben we geen vlucht midden in de nacht, maar vanmiddag om 14u.
Als alle laatste dingetjes zijn ingepakt en alle stekkers uit het stopcontact zij getrokken, kunnen we gaan. We nemen de trein van 11u.
Het is niet druk bij de incheckbalie. Dat scheelt. We hoeven maar eventjes te wachten. Eigenlijk zijn we totaal 2 kilo te zwaar, komt door mij natuurlijk, maar we hoeven niet bij te betalen gelukkig.
Voordat we de lucht in gaan, kopen we nog even een tasjes voor de nieuwe fotocamera en eet ik even een broodje. Heb namelijk honger voor twee sinds kort. De misselijkheid is over en alle verloren kilo’s moeten er weer bij ofzo denk ik.
20 minuten later dan gepland gaan we de lucht in. Het blijft Transvertragia he.. ook al is het maar 20 minuten dit keer.
Op Mallorca schijnt een heerlijk zonnetje. Een heel verschil met dat vieze natte Nederland dat we hebben achtergelaten. Wat een zomer hebben we zeg. Gisteren stond ik nog op de markt met m’n moeder in de hoosregen de hele dag. Vreselijk. Dus dit is geweldig!!
Als we de koffers hebben zoeken we de balie waar we de auto hebben gereserveerd. Het zou Alamo moeten zijn, maar die naam zien we niet. We vragen het iemand wijst ons naar een andere balie, Atema of zoiets. Nou ja best, als we de auto maar kunnen halen hier. En dat kan gelukkig.
We krijgen een mooie nieuwe zilvere Citroen C3 tot onze beschikking de komende twee weken. Bas heeft het Tomtommetje meegenomen en ons hotel er van te voren al ingezet. Se Pletassa heet het. Half uurtje ongeveer.  Nou , daar komen we aan hoor!

Mallorca 2010
Het is een heel knus hotel, een beetje buiten het centrum van s’Horta, vlak bij Cala d’Or. We worden vriendelijk welkom geheten door een aardige mevrouw. Ze brengt ons ook naar de kamer. Het ligt aan het zwembad. Wat leuk! Van binnen is het ook knus. Je krijgt echt het gevoel alsof je bij iemand thuis gaat logeren. Twee banken in de hoek, houten meubeltjes, een hemelbed met daarop twee opgevouwen badjassen en een badkamer met regendouche. Hier gaan we het de komende twee weken wel uithouden!
Als we zijn uitgepakt gaan we nog eventjes bij het zwembad liggen. Niet heel lang want het is al zes uur inmiddels.
Na een tijdje frissen we ons op om ons klaar te maken voor het eten. Er zitten mensen op het terras  (ook aan de rand van het zwembad, zo klein en knus is het) te eten. We vragen aan het personeel of er nog een plekje voor ons vrij is, maar helaas, je moet ‘s morgens reserveren als je hier ‘s avonds wilt eten. Ok, geen probleem, dan rijden we naar Cala d’Or . Dat is hier een klein kwartiertje vandaan.
Cala d’Or is een stuk drukker dan wat wij tot nu toe hebben gezien ‘bij ons’ in de buurt. Maar wel gezellig. We vinden een leuk tapasrestaurantje en gaan zitten. We bestellen er een stuk of zes, genoeg voor z’n tweetjes. Lekker, we hebben vakantie!
Na de tapas gaan we weer. Je wordt toch wel een beetje moe van zo’n dag reizen. Eens kijken of dat hemelbed lekker ligt!

Zaterdag 28 augustus

Nou, en wat lag ie lekker. Ben wel een paar keer wakker geweest, altijd de eerste nacht in een vreemd bed, maar heb toch lekker geslapen. Bas ook, die heeft als een blok geslapen.
Eerst gaan we lekker in het zonnetje ontbijten. Er is een ontbijtbuffet met allerlei lekkere dingen; lekker vers stokbrood, gekookte eitjes, vers fruit, jus etc. Er zitten hier alleen wel veel wespen, das minder. Gelukkig hebben ze het op het eten gemunt en niet op ons.
Vlakbij is een mooie baai met wit zand helderblauw water, die hebben we gisteren al gespot. Daar gaan we heen vandaag. Er staat iets meer wind dan gisteren alleen, dus het water is een beetje troebel door de golven, maar ja, geeft niet. Het is evengoed lekker. De zon is er, dat is het belangrijkste. Boekje erbij, heerlijk!

Mallorca 2010
’s Middags eten we wat bij een restaurantje aan de rand van de baai. Het ligt wat hoger, zodat je mooi over de hele baai uit kunt kijken. Bas heeft een salade met tomaat en mozzarella, ik een stokbroodje met Spaanse Jamon en kaas.
Als we klaar zijn met het strand gaan we weer terug naar het hotel. Kunnen we hier nog even bij het zwembad liggen en van de laatste zon van de dag genieten. Ook testen we de waterproof camera even. Nou hij doet het hoor! Wel eng om ‘m voor het eerst in het water te dompelen. Het is zo’n tegenstrijdig gevoel, van “Nee niet doen, dan gaat ie stuk!”

Mallorca 2010

Mallorca 2010

Na het douchen en aankleden gaan we naar de haven van Cala d’Or. We hebben van Robbie en Esther gehoord dat hier een goed tapasrestaurant zit, genaamd ‘La Vida’. Die gaan we zoeken.
Eerst zitten we aan de verkeerde kant van de haven. Het loopt helemaal rond en we zien aan de overkant wel het restaurant liggen, alleen dat is dus vet ver lopen. En aangezien mijn conditie is gedaald naar nul komma nul sinds Boon is gemaakt, lijkt me dit geen goed idee. We lopen dus weer terug naar de auto en proberen zo dichtbij mogelijk te komen.
Gelukkig vinden we nog een plekje voor de auto. Ja dit is beter. We zijn nu aan de ‘goede’ kant van de haven beland. Jeetje het is hier ook veel drukker. Er liggen een boel mooie dure grote boten. De eigenaren daarvan zitten hier natuurlijk ook te eten. Je kunt ze er ook meteen uithalen, die chique types.

Mallorca 2010
We lopen in de richting van La Vida. In tegenstelling tot de overvolle restaurants waar we net langs liepen, is La Vida leeg, heel leeg. Er zit geen hond! En nu dan? Wat doen we? Toch hier gaan zitten? Tja waarom ook niet. Iemand moet de eerste zijn toch? Net na ons komt er nog een stel aan. En later nog meer mensen. Dus het valt toch nog mee.
Het eten is lekker. We nemen verschillende soorten tapas. Bas neemt een kannetje sangria erbij. Ben jaloers! Maar ik moet op ‘het goede doel’ in m’n buik letten, dus ik mag niet mee doen. Op een heel klein slokje na dan ;-). Ik verheug me dan maar op het toetje; chocolademousse! Hmmmm!

Zondag 29 augustus

De wekker gaat om zeven uur. Waat!!! Ja zeven uur. Bas, mijn gekke vriend, heeft het in zin hoofd gehaald  om te gaan hardlopen. En als je dat in Spanje wilt overleven, moet je vroeg gaan, anders is het al gauw te heet. Dus hij gaat uit bed en ik draai me nog even lekker om tot half negen, dan is ie weer terug, na ook nog een verfrissende duik in het zwembad te hebben genomen.
We ontbijten binnen vandaag, niet omdat het slecht weer is, maar omdat de poging om buiten te gaan zitten resulteerde in een bord vol wespen. En dat is niet fijn.
Het was gisteren wel goed bevallen bij de baai, dus daar gaan we weer naartoe. We ploffen neer op een bed en ‘leggen’ maar weer de komende uren. We hebben wel af en toe een wolkje tussendoor, maar gelukkig waaien ze weer over. Rond een uur of twee begint mijn maag weer te knorren. Tijd voor een lichte lunch; ik een tosti hawaii en Bas een tomaat mozzarella salade. En patat, lekker vet. Daarna lopen we even langs een winkeltje met luchtbedden. Is wel ff lekker om te dobberen in de zee straks, voor de afwisseling.
Na het douchen gaan we weer richting Cala d’Or, nu naar het echte centrum. Daar zijn we vrijdag niet geweest. Het zit hier vol met restaurants en het is nog drukker dan van de week. Nadat we een paar rondjes hebben we gelopen, kiezen we maar een restaurant. Goede keus. Het eten is lekker!

Mallorca 2010
Op de terugweg lopen we langs een cocktailbar. Er zit een hele grote papegaai bij de ingang! Geinig, hier gaan we even een drankje doen. Je betaalt wel voor de papegaai, een alcoholvrije cocktail kost al €7,50! Het is wel een lekkere hoor, dat wel. Er is ook een kleinere papegaai die bij sommige mensen op de arm wordt gezet door de eigenaar. Hij schijt bij een meisje op schoot, haha lachen.
We lopen nog een rondje door het centrum en rijden dan weer naar het hotel.

Maandag 30 augustus

De dag begint goed, lekker zonnetje hebben we weer bij het ontbijt.
Op internet heb ik een strandje opgezocht waar we vandaag heen gaan. Het is een half uurtje hier vandaan. Het schijnt een van de mooiere baaien te zijn.
Als we daar aankomen, lijkt het wel een mierenhoop, zo vol ligt het. We vinden nog wel twee bedjes en een parasol. Meteen komt er een man om af te rekenen. Waarschijnlijk zag hij namelijk de bui al hangen. Nog geen uur later is de lucht dik bewolkt. Als ik achter me de lucht in kijk, ziet het er ook niet uit alsof het nog goed komt vandaag. Kut man. We blijven toch nog even liggen, vol goede hoop. Helaas… het wordt m niet. “Zullen we maar terug gaan? Misschien is het bij ons wel mooi.” Dat doen we. “Dan kunnen we mooi nog even een cache doen” ,zegt Bas.
Onderweg naar de cache gaat het ook nog regenen. Erger kan niet. We dachten dat we de regen waren ontsnapt! Maar nee dus. De cache is vlakbij s’Horta, bij een ander klein strandje. Hier is het helaas ook niet veel beter weer. We rijden een paadje op dat volgens mij niet echt bedoeld is voor een auto. We krijgen een Cuba deja vu, tjezus wat een rotserige  weg. Als we niet meer verder kunnen met de auto, vinden we gelukkig een stukje weiland waar we kunnen parkeren. Er komt nog een stel gekken met een huurauto aangereden. Ze doen hetzelfde als wij.
Nog een stukje lopen en dan zouden we ‘m moeten vinden. Tien hobbelige minuten later zijn we er. En…. Bas vindt de cache hoor!! Helaas voor Bas zit er geen coin in die hij kan ruilen. Hopelijk de volgende keer. Onderaan de berg van ‘de schat’ ligt het strandje. Het is alleen wel steil naar beneden en dus straks ook weer steil omhoog. “Ik wil alleen gaan als er een restaurantje is.” Ik heb namelijk natuurlijk weer eens honger. Bas gaat op onderzoek uit. Even later komt hij weer omhoog. Helaas, geen restaurant. Ok dan gaan we weer terug naar de auto en eten we ergens anders wat.

Mallorca 2010
Het is een avontuur om weer krasloos van het pad af te komen, maar het lukt. We rijden richting ‘onze’ baai en eten daar een cheeseburger. Hier regent het ook. We kunnen deze dag wel afschrijven qua weer. We gaan terug naar het hotel. Inmiddels een paar uur later is het nog steeds bewolkt, ik tik dit verhaaltje en Bas ligt lekker te maffen op de bank. Je wordt moe van niks doen hoor!
We rijden vanavond naar Cala d’Or centrum om te gaan eten. Bas heeft gisteren toen we  aan het eten waren, een ander restaurantje gezien wat hem wel leuk leek. Dus daar gaan we nu heen. En inderdaad, het is weer heerlijk. En een aardige bediening. Als we de rekening vragen, staan er allerlei dingen op die we niet hebben besteld, waaronder een fles wijn. I wish…. haha.
Een cocktailtje later, gaan we weer hotelwaarts.

Dinsdag 31 augustus

Het is weer zonnig vandaag, gelukkig! Na het ontbijt gaan we weer naar ons oude vertrouwde baaitje om daar vervolgens weer de hele dag te genieten van de rust en de warmte. Top! Tja wat zal ik er verder over schrijven, we doen echt geen reet namelijk. We lezen, slapen, gaan lunchen, beetje zwemmen en dobberen op het luchtbed, slapen, lezen, etc. Nou ja, over dat lezen gesproken: Bas heeft zijn boek uitgelezen. Omdat hij zich verder niet echt weet te vermaken, ben ik natuurlijk aan de beurt. Lekker kwallen, vervelend ventje. Stuur ik ’n op pad voor een ijsje, komt tie terug met een suikervrije cornetto! Ja, dat maken wij mee!
Vanavond eten we bij een restaurant waar de bediening Nederlands spreekt, das wel ff raar. En eigenlijk wil je het ook gewoon niet. Je wilt in hakkelend Spaans vragen om een tafel voor twee!
“Un agua con gas y un cervesa por favor…?”
“Een spa rood en een biertje? Komt eraan!”
“Uhhh, ok bedankt.”
Het eten is lekker hoor! Nederlanders kunnen ook lekkere tapas maken.

Mallorca 2010
Die cocktails (mijne alcoholvrij natuurlijk he!) waren de laatste twee avonden wel bevallen, dus daar gaan we weer! Proost!

Woensdag 1 september

De tijd gaat veel te snel! Woensdag alweer. We zitten alweer over de helft van de eerste week heen. Sportieve Baffie gaat weer vroeg uit te veren om een paar kilometer te lopen. Wederom: respect ouwe!
De dag begint heiig. Dat hadden we niet besteld. Voordat we dezelfde fout maken als maandag (12 euro voor een bedje aftikken om er vervolgens na een uur weer vanaf te zijn omdat het gaat regenen!!) besluiten we om de dag te beginnen bij het zwembad van het hotel.

Mallorca 2010
Het weer wordt gelukkig beter. Toen we van de week richting Cala d’Or reden, heeft Bas een strandje gezien die ook werd aangeraden via Foursquare (vraag Bas om de details van dit, ik heb geen idee). Dus we kunnen daar best even heenrijden. Als het maar niet over rotsachtige weggetjes is in ieder geval, dat doen we niet meer. We zijn trouwens die honderd euro borg al kwijt voor de auto denk ik. Er zit hier en daar wel een krasje die er eerder nog niet zat. Na ja we zien het wel.
Maar in ieder geval, de weg is niet rotsachtig, hier en daar wel een beetje te smal voor als er een tegenligger aankomt, maar we redden het.
Het strandje is leuk, heel knus! Er is ook een strandtentje waar we wat te drinken en een broodje kunnen kopen. Omdat we voor een halve dag geen ligbedden meer willen huren, leggen we de handdoekjes op het zand. Ook prima hoor. Later gaan we ff lekker het water in en maken we met de waterproof camera wat leuke kiekjes.

Mallorca 2010
Als avondeten gaan we ditmaal voor onbeperkt spareribs, althans Bas. Ik ben daar niet zo’n fan van. Ik neem een burrito met rundvlees. En vooraf nemen we nacho’s met kaas en guacemole. Ook nu spreekt de bediening weer Nederlands. Er lopen er ook een paar die we gisteren bij het andere restaurant ook al tegenkwamen. Het zal wel van dezelfde eigenaar zijn. Sky Radio staat zelfs aan! En als ik even later naar binnen kijk, RTL 4 ook. Het moet niet gekker worden!

Donderdag 2 september,

Voor vandaag hebben de weergoden slecht weer meegebracht. Dat wisten we van te voren, dus we hoeven niet bedroefd te zijn. We hebben bedacht dat we naar de hoofdstad van het eiland gaan; Palma. Maar eerst een cache! Om deze te vinden, moete we een berg op, een hoge berg. Wel met de auto gelukkig, anders had ik dit niet meer na kunnen vertellen. Er was een hardloper die dus wel te voet die berg opging. En hard he, jogtempo. Bas geeft hem een dikke respectvolle knik als hij aankomt bovenop de berg.

Mallorca 2010

Mallorca 2010

Mijn schat vindt wederom de schat! Nadat we een paar mooie foto’s van het uitzicht hebben gemaakt, vervolgen we onze weg weer. Nu dus richting Palma. Het is een klein uurtje rijden.
Omdat het weer vandaag dus niet echt meezit, daar moet ik bij zeggen, maandag was het slechter hoor, lijkt het wel alsof heel Mallorca het idee heeft gevat om naar Palma te gaan vandaag. Zo druk joh. We staan gewoon in de file! Later komen we erachter dat we een kwartier voor niks stil hebben gestaan, omdat we zonder dat we het doorhadden in een rij stonden voor een bepaalde parkeergarage. Beetje stom, maar ja. Tom Tom brengt ons naar het centrum van Palma. Ook niet heel fijn hoor, om te rijden. Al die kleine straatjes! En probeer hier maar eens een parkeerplek te vinden dan! Vandaar die rij net natuurlijk.
Er rijdt een paard en wagen voor ons met toeristen, die een rondleiding krijgen door de stad. Dat gaat dus stapvoets. Inhalen zit er absoluut niet in, dus we moeten geduld hebben. Godzijdank vinden we een parkeergarage. En hij is niet vol!
We komen buiten in het midden van een winkelstraat. Zo eerst ff wat drinken, dan kunnen we shoppen! Bas kijkt er al helemaal naar uit, je begrijpt het. Tijden het drankje zie ik een heleboel dames met Desigual tassen lopen. Die richting moeten we op dus zometeen, hehe.
Ja hoor, daar is de winkel al. De kleuren springen je al tegemoet bij binnenkomst. Ik zie meteen een leuk truitje. Even passen! “Ah je hebt al weer wat te pakken Hoveling, het is niet te geloven met je” hoor ik Bas zeggen. Ohh het is een leuk truitje! Ik neem ‘m. Een XL, daar kan ik nog in groeien.
Het is best jammer, maar dit was eigenlijk de enige winkel waar ik (Bas had het sowieso al bij geen een winkel) de shopkriebels bij kreeg. De rest valt een beetje tegen. Er zijn vooral overal nog heel veel zomerkleren, open schoentjes en bikini’s te koop. Daar zit je nu niet echt meer op te wachten. Als we thuiskomen moet de kachel weer aan waarschijnlijk. En om dan nu voor volgend jaar iets te kopen is ook zo wat. Ok, als het echt heel mooi zou zijn geweest misschien wel, maar dat was niet zo.
Evengoed hebben we een leuke middag in Palma. Na een paar uurtjes slenteren gaan we weer de auto in.
In s’Horta is de zon weer tevoorschijn gekomen. Kunnen we mooi nog effekes een uurtje plat bij het zwembad. Even bijkomen van deze zware dag!

Mallorca 2010
Vanavond eten we weer in het haventje. Voor de verandering geen Nederlands bediening. Helaas wel een groepje Nederlandse dozen die geen seconde hun mond houden. Haha. Hebben wij weer. Je gaat er toch steeds naar zitten luisteren.
Na het heerlijke chocoladetoetje zijn Jut en Jul het wel weer zat. Bas ligt nu al (elf uur) naast me te tukken. Hij gaat weer lopen morgen, dus de wekker staat weer vroeg! Boon en ik gaan hem volgen. Qua tukken dan. Truste.

Vrijdag 3 september

Nou en inderdaad, hij staat weer vroeg op als het nog schemerig is buiten. Ik vind het echt zo knap! Boon en ik draaien ons nog even om. Het wordt steeds lastiger om op m’n rug te liggen. Er ligt toch iets op te rusten wat steeds zwaarder wordt. Men raadt aan om op je zij te slapen, liefst de linker, maar ik kan niet zo goed op m’n zij slapen en al helemaal niet op m’n linker! Dat moet ik mezelf dus nog aanwennen.
Als Bas terug komt, maakt hij me zachtjes wakker en zet Evers aan op de achtergrond. Das wel handig van een laptop met Wi-Fi verbinding hier, je blijft op de hoogte van het nieuws.
Tijdens het ontbijt merken we dat veel ‘oude’ gasten plaats hebben gemaakt voor nieuwe. En wat voor een clubje is me dat zeg. Het lijkt wel of de Duitse Rotary een bedrijfsuitje heeft. Op en top kak. Totaal niet ons soort. Behalve wij is iedereen Duits. Zelfs de Spaanse dame die het ontbijt verzorgd spreekt Duits. Want denk maar niet dat die Duitsers proberen om 1 woord over de grens te spreken. Vreselijk. “We worden belegerd! Ik denk dat we ons maar terug moeten trekken en moeten voorbereiden op de inval straks! Kom!” ,zegt Bas voor de gein.  
Vandaag rijden we naar een strandje dichtbij Cala d’Or. Het heet Ferrera en er ligt ook een cache in de buurt. Eenmaal daar lijkt het weer net alsof we op een mierenhoop zijn beland. En als ik iets niet leuk vind, dan is het hutje mutje op elkaar liggen in de hitte. De strandstoelen die vooraan nog vrij zijn, hebben een slot eromheen omdat ze zijn gereserveerd. O wat vreselijk, dat is hetzelfde als wanneer  je ‘s morgens om 5 uur opstaat om je handdoek op een bed bij het zwembad gaat leggen. Hoe zeg ik subtiel tegen Bas dat ik hier weg wil… uhm.. “ Bas, Ik vind dit niks hoor! Zoek jij nog even die cache, dan gaan we naar ons eigen strand!” Bas zijn gezicht staat niet op lachen. Was niet subtiel genoeg dus. Hij heeft geen zin om op stel en sprong de cache te zoeken, dus we gaan meteen weg.

Mallorca 2010
Op ons eigen strand is het een stuk relaxter. Heerlijk. Als we eenmaal liggen, kunnen we weer naar elkaar lachen.
We lunchen bij een Italiaans restaurantje. Ik neem een stokbroodje gezond en Bas een Bruscetta quattro formaggi. Als hij het voor zijn neus krijgt, is het echter maar uno formaggi… Op zich ook wel lekker, maar niet zoals besteld. We zeggen het nog tegen een van de obers, maar die zegt alleen dat hij het niet weet. Bij het afrekenen zeggen we het nog tegen de ‘hoofd’ bediende. Die voelt zich zo vreselijk dat wij het weer zielig voor hem vinden. Ach gossie. Hij verontschuldigt zich 1000 maal.  Als we niet willen betalen dan hoeft dat niet. Maar dat was ons punt niet. Dus we betalen gewoon en omdat we het zielig voor hem vinden, bedenken we dat we hier nog een keer gaan eten.

Mallorca 2010

Mallorca 2010

’s Avonds eten we bij ons eigen hotelletje. Op vrijdag is het tapas dag. We nemen er een rood wijntje bij. We? Ja ik mag ook een glaasje. Eentje kan geen kwaad. De tapas zijn heerlijk! Toe krijgen we chocolade ijs met witte chocoladedip. Hmmm!

Zaterdag 4 september

We gaan maar niet meer proberen om een nieuw strand uit te proberen, die waar we altijd heen gaan is gewoon de beste. Breed, niet overvol  en verschillende restaurantjes om te lunchen.  Het is heet vandaag! Zelfs ik moet de dag beginnen onder de parasol. Maar klagen doen we niet hoor!

Mallorca 2010
Vandaag lunchen we naast de Italiaan van gisteren, Bas een lekker pizzaatje en ik een tosti, patat en salade. Wat bezielt me! Ouwe vreetschuur. Gelukkig helpt Bas mee.
Als we ‘s middags samen de zee in gaan (dat overigens gaat niet zomaar hoor, ik moet ‘s morgens al een verzoek in drievoud indienen voordat ik meneer überhaupt – ja dat krijg je met al die Duitsers om je heen – het water in krijg), proberen we samen op het luchtbed van €3,95 te springen. Als we eenmaal zitten hoor ik het sissen en bubbelen. “ Een gat! We lopen leeg man! Ja hoor nou issie stuk!” 10 minuten later hebben we nog een lapje luchtbed over. Ik leg hem bij de vuilnisbak. “Krijg ik morgen wel een nieuwe Bas?”  
Na het douchen en aankleden rijden we naar Cala d ‘Or. We komen terecht bij een restaurantje waar ze Paella voor 1 persoon serveren. Bij de meeste restaurants is dat vanaf 2 personen en ik lust het echt NIET, dus dit komt mooi uit. We gaan hier zitten. Ik neem een pizza.

Zondag 5 september

Het is weer een Bas hardloopdag. We ‘wonen’ in het midden van een landweg die aan de ene kant ongeveer 1.6 km- en aan de andere kant 2.4 km lang is. Met heuvels. Bas start door naar links te gaan en gaat dan terug, langs het hotel de rechterkant op en weer terug. Hij loopt 8 kilometer in totaal. En dat om de dag. Die ouwe sportfreak van me.
Als we het ontbijt met onze Oosterburen weer hebben overleefd, gaan we naar het strand. Het is weer een warme dag vandaag. Er staat weinig wind en het water is mooi helder blauw. Voordat we het strand op lopen, kopen we ff een nieuw luchtbedje natuurlijk. Het is wel weer om lekker te dobberen.
Een paar uurtjes lezen, zonnen en dobberen later, gaan we weer lekker een broodje doen. Een vette cheeseburger ditmaal. Met patat!
Het nieuwe luchtbed houdt ons wel. Het is alleen een veel moeilijker exemplaar om op te klimmen dan de vorige, dus dat levert leuke plaatjes op denk ik. Meneer en mevrouw Elegant. Als we eenmaal liggen, gaat het goed.
Op weg naar het haventje, waar we vanavond gaan eten, maken we even een tussenstop bij Ferrera om die cache van van de week alsnog te zoeken. Het is geen makkelijke, maar uiteindelijk vindt Bas ‘m. Er zit ook een coin in die hij kan ruilen met de zijne. Dit was dan gelukkig de laatste cache van de week, haha.

Mallorca 2010
Eenmaal in de haven lopen we een aantal restaurantjes langs om te kijken waar we gaan zitten. We nemen de allerlaatste, daar is het druk en de kaart ziet er goed uit. Vooraf neemt Bas een avocado met garnalen en ik nacho’s met guacemole. Allebei lekker. Daarna neem ik een gegrilde zalm en Bas gamba’s. Deze laatste zijn nog rauw als hij ze de eerste keer op z’n bord krijgt. Als hij een kop eraf draait, komt er allemaal smurrie uit. Gatverdamme. Meteen is je eetlust weg. Hij stuurt ze terug naar de keuken en even later krijgt hij dezelfde weer terug. Wel wat gaarder, maar nog steeds niet goed, ik zal je de details besparen. Bas is er helemaal klaar mee en dat snap ik. We vragen de rekening en geven aan dat we de gamba’s niet betalen. Ze staan niet op de rekening, maar de ober komt nog wel even zeggen dat er niets mis wat met de gamba’s en dat ze vers waren. Tja, wat had hij anders moeten zeggen: “Sorry meneer, u had gelijk, ze waren een week oud en verrot?” Nee, inderdaad.  
We gaan maar naar het hotel, zoiets verknoeit toch een beetje je avond.

Maandag 6 september.

18 weken geleden is Boontje in ons leven gekomen! Wat vliegt de tijd! Ik voel me goed gelukkig. Af en toe laat Boontje merken dat hij er is door mama een klein schopje te geven. De misselijkheid is gelukkig nog steeds weg. Volgende week maandag mogen we hem weer zien op de echo, spannend hoor!
De zon staat weer hoog aan de hemel. Wat hebben we toch een geluk met het weer hier. Het wordt misschien een beetje saai voor de lezers, maar we gaan toch weer naar het strand. Als we mensen liggen te kijken, wijst Bas me op een bikinibroekje dat net geen string is, maar wel half in je bil blijft hangen. “Dat vind ik mooi Joop, waarom heb jij dat niet?”  “Omdat ik daar de kont niet voor heb Bas, zij wel.”     Dan wordt het meisje geroepen door iemand die de trap af komt gelopen. Tering dat is een lekker ding! Donkere krullen, donkere ogen, mooi bruin lijf met rode zwembroek. Bas zegt iets maar ik hoor ‘m even niet.  “Hoe kunnen ze het creëren.” Hij is dus de vrind van het meisje met de halve string. Leuk stel dus. Gelukkig zijn we allebei niet zo jaloers aangelegd. Kijken mag 😉
We lunchen vandaag bij de ‘zielige ober’ van het Italiaanse restaurant. Hij ziet eruit alsof hij blij is dat we er weer zijn. Dit keer neemt Bas een pizza. Ik weer een broodje gezond. Was wel goed bevallen de vorige keer.
‘s Avonds in Cala d’Or vinden we het wel weer eens tijd voor wat tapas. We eten bij een restaurant waar we al een keer eerder hebben gegeten aan het begin van de vakantie. Als we klaar zijn, komt het leuke stel van het strand ook nog even langs gelopen met hun familie. Ik val weer bijna van m’n stoel, haha!

Mallorca 2010
We doen nog even een cocktailtje bij een bar dat boven een paar restaurants zit. Het heet ook “Upstairs”. De bediening is een beetje traag, maar de cocktails zijn lekker. Er zit een zwanger meisje aan de bar met een vodka cola en een sigaret in haar hand. Dat ziet er echt niet uit. Hoe durft ze ook.  

Dinsdag 7 september

Bas heeft weer gelopen vanmorgen, alleen het ging niet zo lekker omdat hij nog wat sangria en cocktail van gisteren in de benen had. Na ja, je moet toch ook genieten niet waar?
We horen op de radio dat het de langste filedag van het jaar is in Nederland, door de regen. Vreselijk. Daar hoeven we ons gelukkig nog niet druk over te maken deze week. Maandag pas weer. Bah als ik er nu al aan denk.
Het is niet zulk mooi weer vandaag. Hopelijk komt het nog. Ik ga nu even naar Basje, die ligt aan het zwembad te lezen. Tot later.
En is komt goed. Rond twaalf uur in de middag kunnen we naar het strand, want het zonnetje komt weer tevoorschijn. En zo denkt iedereen er over. Het strand is behoorlijk vol. Gezellig een beetje mensen kijken dus.
We lunchen op de uiterste hoek van het strand bij een restaurant. Niet zo’n verstandige keus. De bediening is niet aardig en m’n broodje is ook verbrand. Dat ga ik dus niet eten en stuur ‘m terug. Ik krijg een nieuwe, maar deze is slap. Bas heeft een salade, die gaat wel, niet speciaal.
Onderweg naar het strand kopen we nog ff een ijsje, lekkah! De rest van de middag verloopt rustig, zoals elke dag, haha. Bas heeft bijna zijn laatste boek uit dus die zit nu al in de stress wat hij hierna moet gaan doen. Hij heeft alle Viva’s, Flairs en Vriendinnen namelijk ook al uit 😉
Als ik ‘s avonds met m’n moeder aan de telefoon ben, krijg ik groot nieuws te horen: Ze heeft een box gekocht! Met een kleed van Woezel en Pip! Haha geweldig he! Ze wilde het eigenlijk pas bij thuiskomst vertellen, maar ze kan het toch niet voor zich houden. We lachen ons rot. Bas noemt ons dozen, hahaha!

Mallorca 2010
Vanavond eten we bij de Chinees in het haventje. Bas heeft sizzling prawns op de kaart zien staan van de week en dat lijkt m wel wat. Vooraf nemen we pannenkoekjes ingerold met eend, groenten en zoete sojasaus. Ook heerlijk! Als hoofd heb ik sizzling duck en die is ook heel lekker.
We merken wel dat het sinds het begin van de vakantie een stuk rustiger is geworden in de restaurantjes. Het echte leven begint langzamerhand weer voor iedereen. Voor ons ook bijna, bah.

Woensdag 8 september

Na het ontbijt staan we tegen elven op het strand. Er zijn een paar schapenwolkjes aan de hemel, maar die waaien wel over. Bas heeft eindelijk zijn boek uit. En wat moet ie nu! Nog twee hele dagen voor de boeg! O nee he. Hij loopt naar een winkeltje voor een Telegraaf, dat helpt even.
De schapenwolken hebben inmiddels plaatsgemaakt voor een dikke grijze massa waar geen einde aan komt. “Ik voel een druppel”, zegt Bas. “Neehee dat kan niet!” Ik blijf in de ontkenningsfase totdat ik ook een dikke druppel op m’n arm voel. Kut nee he.
We besluiten om iets vroeger te gaan lunchen, dan waait het in de tussentijd vast wel over. Bij het restaurant ligt een foldertje over een excursie naar Figueras, een dorpje in de buurt van Cala d’Or. Het ziet er knus uit met een leuk klein haventje. “Die zon komt niet meer, dus zullen we hier anders heen rijden?” zegt Bas. Dat doen we maar, het blijft inderdaad grijs met af en toe een buitje.

Mallorca 2010

Mallorca 2010
Figueras is een leuk klein plaatsje. We parkeren de auto in de haven en lopen wat winkeltjes in en uit. Als we de straat uitlopen, zien we ook dat er een heel mooi uitzicht op zee is. Boten komen vanaf hier binnen.
De haven is niet groot. Er is een deel voor toeristische boten en een deel voor de kleinere lokale vissersbootjes. Dit ziet er wel heel idyllisch uit. Toevallig komt de Glass bottom boot er aan en lost zijn mensen hier. Ze ‘mogen’ ook even het haventje met de vissersbootjes inlopen voor een half uurtje. Bas en ik lopen ook een rondje door de haven, maken een paar fotootjes. Dan gaan we weer richting hotel.

Mallorca 2010
We hebben een deal gemaakt. We gaan hier nog twee keer avondeten. Ieder mag  één avond bepalen waar we gaan eten, maar het moet een restaurant zijn waar we deze vakantie al een keer hebben gegeten. Bas mag als eerste. Hij wil graag nog een keer spare ribs eten. En jawel, bij die tent  waar Hollandse bediening is. “Het was daar toch wel lekker.” Daar gaat ons standpunt weer. Haha. Het was inderdaad lekker. Ik neem weer een burrito met rundvlees. We zitten eerst buiten, maar de wolken dreigen wel heel erg! We mogen naar binnen. Gelukkig blijft de regen uit. Na het eten doen we nog een cocktailtje bij de vertrouwde cocktailbar.

Donderdag 9 september

Bas doet weer een rondje training in de vroege morgen. Bij terugkomst vertelt hij dat het weer niet zulk mooi weer is. He getverdemme, de laatste dag dat we kunnen bakken!
Na het ontbijt blijven we een beetje hangen op de kamer, maar we worden daar allebei niet veel vrolijker van. Bas stelt nog voor om een stuk langs de kust te gaan rijden richting het noorden van het eiland. Maar ik heb niet zo’n zin om heen en weer twee uur te rijden.  
Om een uur of twaalf stappen we toch maar in de auto om te kijken of we ergens iets kunnen drinken. Of misschien is de zon wel bij het strand.
Ja! De zon schijnt op het strand! Er zijn ook wel wat wolkjes, maar we kunnen best even gaan liggen.
Omdat we niet zeker weten hoe lang weer goed blijft, huren we geen bedje, maar leggen we de handdoeken op de grond. Als de zon er is, is het gewoon heet! Heerlijk. Toch nog even genieten de laatste dag.
Tegen het einde van de middag hangen er zwarte wolken boven het strand, die langzaam op de zon afkomen. Echt, als we in Nederland zulke wolken hebben, dan kun je beter binnenblijven met alles op slot, want dan barst het los! Dus daarom gaan we naar het hotel voor de zekerheid. Kunnen we nog even een laatste rondje doen in het zwembad.

Mallorca 2010
De regen beperkt zich tot een paar grote natte druppels, that’s it. Ongelofelijk hoe dat gaat op een eiland.
Vanavond mag ik kiezen waar we gaan eten. Het worden natuurlijk tapas, maar waar? Waar hebben we nou deze vakantie de lekkerste tapas gegeten? Bij die andere tent….. “waar ze ook Hollandse bediening hebben?” vult Bas aan. Haha. “Ja…”
Gelukkig valt het vanavond mee met al het Nederlands om ons heen. En tja, we moeten er toch ook weer aan gaan wennen hè. Morgen weer naar huus! Na onze allerlaatste cocktail van de vakantie verlaten we het leuke en gezellige Cala d’Or.

Mallorca 2010

Mallorca 2010

Vrijdag 10 september

“Neehee ik wil niet naar huis!” is het eerste dat ik zeg als we wakker worden. Maar het zal toch echt moeten. Moeten, moeten en nog eens moeten. Dat is het woord wat de afgelopen twee weken niet is voorgekomen, maar het komt weer steeds dichterbij. Namelijk na het ontbijt moeten we de koffers pakken en om twaalf uur moeten we de hotelkamer verlaten om vervolgens vanmiddag om vijf uur het vliegtuig op de moeten, naar huis. Want we moeten maandag weer werken. Bah! Jaja, zo gezegd zo gedaan. Om half een zwaaien we het hotel uit met pijn in ons hart.
We zijn te vroeg op het vliegveld. Dat wilden we ook voor het geval dat we oponthoud zouden hebben bij het inleveren van de auto. Er zitten namelijk hier en daar nogal wat krasjes op. Maar we parkeren de auto en leveren de sleutel in. Verder wordt er niks gevraagd. Misschien krijgen we de rekening achteraf ofzo. We zien wel. Dat ging dus makkelijker dan verwacht. Daarom wordt het nog een aantal uurtjes wachten voordat we kunnen inchecken.
Iets na vijven gaan we eindelijk de lucht in. Het gewone leven gaat weer beginnen. Des te meer kunnen we deze vakantie waarderen. Het was heerlijk!

X Joyce

Spanje | Mallorca | S' Horta | Agroturisme Sa Pletassa

Twee weken Mallorca geboekt

Spanje | Mallorca | S' Horta | Agroturisme Sa Pletassa

Eind augustus vertrekken Joyce en ik voor twee weken naar Mallorca. We verblijven in hotel Agroturisme Sa Pletassa in het plaatsje S’ Horta. Dat ligt ongeveer vijf kilomter van het strand en vlakbij het toeristische Cala d’Or.

Heerlijk twee weken genieten van zon, zee en strand. Zoals je op de foto’s kan zien ziet het geheel er ontspannen uit. We hebben er ontzettend veel zin in en zijn nu al aan het aftellen.

Spanje | Mallorca | S' Horta | Agroturisme Sa Pletassa

Spanje | Mallorca | S' Horta | Agroturisme Sa Pletassa

Groet, Bastiaan

Apartement Boedapest

Paasweekend Boedapest 2010

Met Kerst 2009 kregen mijn moeder en ik losse puzzelstukjes onder de boom cadeau. En niet 1 doosje met puzzelstukjes, zodat je alles meteen in elkaar kon leggen, nee… Wij kregen verspreid over de hele avond steeds een verschillend pakje met 5 stukjes. Het duurde dus de hele avond voordat we er eindelijk achter waren wat we kregen van de Kerstman. Heel leuk bedacht voor twee van die nieuwsgierige kippen zoals wij! Uiteindelijk legde ik een puzzel met daarop de afbeelding van de vuurtoren van Harlingen. Daar hebben Bas en ik afgelopen januari van genoten. Mijn moeder legde een puzzel met daarop een afbeelding van een mooi gebouw. In Boedapest!!!! De Kerstman vertelde dat we daar aankomende Pasen naartoe gaan! Allemaal! Wie is allemaal? Ine, Dick, Anke, Bastiaan en ik. We gaan er weer een gezellig weekend van maken!

Donderdag 1 april
Wat vliegt de tijd. Vanavond gaan we al! Na een dag hard werken voor de meesten van ons, staan we om 19 uur paraat op station Hilversum. Alle handbagagekoffertjes zijn weer ingepakt met kleding en kleine flesjes liquids voor de aankomende dagen. We zijn er helemaal klaar voor. Op naar Schiphol!
Er staat een enorme rij voor de douane. Er gaan veel mensen op pad dit paasweekend. We redden het gelukkig op tijd naar de gate. Ine heeft weer broodjes voor ons gesmeerd. Onder het genot van ons eerste drankje eten we deze lekker op. Daarna kunnen we boarden. Het is maar twee uurtjes vliegen naar Boedapest. Dat valt reuze mee.
Wat een luxe! We worden met een busje naar ons appartement gebracht. We hebben afgesproken met de beheerder dat zij rond half 12 ons op zou wachten om de sleutel te overhandigen en om het een en ander uit te leggen. Ze staat er al. We lopen een groot gebouw binnen. Aan het eind van de gang aan de linkerkant is onze deur.

Apartement Boedapest
Het is een superleuk appartement. Als je binnenkomt heb je links de badkamer en rechts de keuken. Rechtdoor is de woonkamer met links een bedbank en recht een tafel. In dezelfde kamer is een vide met nog een bed. Verder rechtdoor is nog een aparte kamer met twee bedden. In de laatste gaat Annie slapen, Bas en ik nemen de vide en Ine en Dick de bedbank. Na de uitleg en de overhandiging van de sleutels gaat de beheerder weer weg. Ze zegt dat we bij vertrek de sleutels via het keukenraam naar binnen mogen gooien, dan hoeft ze niet speciaal daarvoor terug te komen. Ze woont namelijk niet in de buurt. Lachen hè.
Nadat we onze koffertjes hebben uitgepakt, lopen we nog even naar buiten. Dick heeft uitgezocht dat er in de buurt een avondwinkeltje is. We hebben namelijk niks (lees: alcohol) in huis en dat kan natuurlijk niet hè! We overwegen nog even om een discotheek in te lopen, maar zelfs voor Bas en voor mij zijn de mensen die hier komen veel te jong, dus dat wordt ‘m niet. Gelukkig vinden we gauw de winkel en gaan we, na het nodige te hebben ingeslagen, weer appartementwaarts.

Apartement Boedapest

Het is al laat inmiddels en we zijn best wel bek af. Bastiaan ligt als eerste op bed. Nou ja, bed; het is meer een uit de hand gelopen lattenbodem waar we de komende dagen op gaan slapen, haha! Maar we zijn zo moe, dat maakt allemaal niet meer uit. Misschien komen we iets moeilijker eruit morgenochtend. Ik moet er trouwens als eerste uit, pfoeh, die krullen weer hè.

Vrijdag 2 april
Het is nog donker als we worden opgeschrikt door een kabaal! Hard gepraat, gehamer en gestommel. Het is net alsof ze naast ons bed staan, zo hard! Het scheelt ook maar een meter of vijf, want er wordt namelijk buiten naast onze woon-/slaapkamer hard gewerkt door en stel bouwvakkers. En het raam staat open. Geen idee wat ze aan het doen zijn, maar het klinkt vreselijk. Af en toe vallen we weer een beetje in slaap, en dan volgt er weer een knal of een lach. Na ja, we kunnen er weinig aan doen. Hopelijk is dit de laatste werkdag deze week.
Om een uurtje of 9 gaat de wekker van mijn telefoon. “Joop, opstaan!” “Hmmmm nee!!” “Jawel, je bent niet de enige die moet douchen, hup!”
Na mij volgt Annie, daarna Dick. Hij heeft in de tussentijd al lekker broodjes gehaald voor het ontbijt. We besluiten dat Dick morgen als eerste mag, anders moet hij zo lang wachten op die wijven. Daarna gaat Ine en Bas sluit de kring.

Apartement Boedapest
Ine heeft lekker kaas meegenomen van huis, en Slankie en parmaham en gorgonzolakaas. Een kopje koffie en thee erbij! Echt genieten.
Na het ontbijt pakken we de metro richting VVV. We willen even wat info over wat er wel en niet open is hier met Pasen. Het zou toch niet leuk zijn als we ergens voor een dichte deur staan. Gelukkig is er veel open, behalve de winkels. We gaan morgen dus shoppen, dat duidelijk.

Boedapest
Nu gaan we naar de andere kant van de Donau: Boeda (wij zitten zelf in Pest, Boeda en Pest worden gescheiden door de rivier de Donau. Boeda is heuvelachtig, Pest is vlak). We lopen ernaartoe over de kettingbrug. Vanaf deze brug kun je al zien dat er een soort van tram naar boven en weer naar beneden rijdt. Grappig! Dat wil ik ook! “Nee niet lopen omhoog toch? Is leuk joh met het trammetje!” Afijn, een uur wachten, 7000 HUF (de munteenheid hier, de Hongaarse forint, afgekort dus HUF) en een ritje van 1 minuut later, komen we boven aan. Maar het scheelt ook een hoop lucht en uitputting, zo kun je ook denken, en… Wat een uitzicht! Het is supermooi! “Bas, maak ff een foto!” “M’n batterij is leeg, balen man” “Ine, jouwe dan?” Van Ine is het chipje stuk. Hoe is het mogelijk.. Gelukkig doet die van Dick het wel!

Boedapest

Boedapest

Boedapest

Na een poosje rond te hebben gelopen en genoten te hebben van het uitzicht en een leuk lokaal marktje (waar Dick een ‘Hardrock Café Boedapest’ T-shirt heeft gekocht, die hier helemaal niet bestaat) hebben we wel weer wat trek gekregen. En wat is hier de specialiteit? Jawel! Goulashsoep! Lekker! Bastiaan heeft meteen de tijd om even de camera te laden, dat scheelt weer.

Boedapest
Na het eten lopen we richting het vissersbastion. Hier schijnt het allermooiste uitzicht over de hele stad te zijn. Er zijn hier veel toeristen. Op weg naar het mooiste uitzicht, komen we van alles tegen. Er staat een kraampje waar aardbeien met chocolade worden verkocht! Hmmm ik krijg een deja-vu! In New York hebben we dit ook genomen en dat was zo lekker! Nee, deze kan ik niet laten staan!

Boedapest
Verderop staan twee mannen met van die grote roofvogels op hun arm. Of we er een willen vasthouden vragen ze. Nou nee hoor, dank u.
Later lopen we ook even binnen bij een marsepeinfabriek met aansluitende winkel. Om de fabriek binnen te komen, moeten we betalen. Zo graag willen we het ook weer niet zien, de winkel alleen is ook leuk. Marsepein is ook een specialiteit hier. Net zoals paprikapoeder. Ok, eindelijk zijn we bij het mooiste uitzicht aanbeland. Geweldig! Bastiaan maakt nog even een groepsfoto met de afstandsbediening: cheese!

Boedapest
We nemen ‘de tram’ weer naar beneden. Volgende stop is een grote bekende overdekte markt, waar verse groenten, vlees en veel Hongaarse specialiteiten, zoals paprikapoeder, foie gras en salami worden verkocht. Het is echt enorm groot! Ook wel veel van hetzelfde, maar dat is juist leuk. Dan kun je de prijzen onderling een beetje vergelijken enzo. Dat laatste hebben we geweten. Annie en ik kopen bij een van de slagers 2 bakjes foie gras (diervriendelijk, daar gaan we van uit!). Als we hebben afgerekend ziet Ine een salami hangen bij dezelfde slager. Ze koopt ‘m. Echter, bij de buurman -ook slager- hangt dezelfde worst voor 200 HUF minder! Het is maar 80 cent, maar het klinkt als 80 euro! “Kom we gaan terug!”, zeg ik. Dus Ine en ik lopen weer richting ‘onze’ slager. Die is natuurlijk ineens de Engelse taal niet meer machtig en snapt er helemaal niks meer van. Er wordt een collega bijgehaald. Het mag allemaal niet baten. Omdat wij maar door blijven zeuren over die 80 cent, geven ze het uiteindelijk toch op, hehe. Ine krijgt haar geld terug. Tja, daar zijn we Hollanders voor hè. Van die echte geniepige Hollanders. Heerlijk! Ine koopt de worst bij de buurman.

Boedapest

Boedapest

Tevreden lopen we verder. Ik wil nog wel wat Hongaarse paprikapoeder kopen en Ine nog een kransje met gedroogde pepertjes die we aan het begin van de markt hebben gezien. We staan een beetje te snuffelen bij een kraampje en dan ineens horen we zoiets als: “Klein?” Er staat een mannetje met een lege zak in zijn hand. Hij bedoelt of we een zakje van een van zijn kruiden willen kopen, denk ik, maar Ine loopt op hem af, gaat recht voor hem staan en houdt haar hand boven zijn hoofd: “Ik klein? Nee! Jij klein!”, zegt ze en ze geeft hem een kus op zijn voorhoofd. We hebben het niet meer van het lachen! Geweldig! Gekke Ine. Het mannetje kan er ook erg om lachen gelukkig.

Boedapest
We nemen de metro terug naar onze woonplaats. Dick, Annie en ik gaan alvast een café-restaurant in om wat te drinken, Bastiaan en Ine gaan nog even boodschappen doen voor de komende dagen. We willen natuurlijk wel een eitje eten met Pasen!
Even later komen ze ook naar ons toe. Het is wel gezellig hier dus we bedenken dat we hier ook wel even een hapje kunnen blijven eten. Het is lekker, maar veel! Het is een wonder dat de Hongaren zelf niet stuk voor stuk tientonners zijn. Zoveel eten krijg je hier op je bord geschept. Om alles even te neutraliseren, bestelt Bastiaan voor ons ieder een glaasje Unicum: een typisch Hongaars drankje. Je ziet het overal. We zijn nieuwsgierig naar de smaak… “Proost!” Het eerste slokje gaat wel, maar dan het moment na het slikken: Bitter! Zo ontzettend bitter! Bah! Spoelen!

Boedapest
Als we klaar zijn met eten en drinken, lopen we naar het appartement. Omdat we het best zat zijn, liggen we vroeg op de latten.

Zaterdag 3 april

Deze morgen krijgen we bij het ontbijt al een lekker gekookt eitje van Dick. Een pre-paasontbijt zeg maar. In de keuken staan allerlei dingen die we mogen gebruiken, waaronder koffie, thee, rijst, suiker en zout. Dat is mooi, want we hebben geen zout voor het ei meegenomen bij de winkel. Het fijne is, dat een of andere grapjas die hier eerder heeft gelogeerd, zoetstof in het zoutvaatje heeft gedaan… Lekker hoor, een zoet ei..
Ine merkt op dat we zuinig aan moeten doen met het wc-papier de komende dagen, want misschien hebben we anders niet genoeg. “Onze opdracht van vandaag is dat we een paar velletjes wc-papier in onze tas moeten doen als we ergens gaan plassen!”, zegt ze. Ok, geen probleem, haha.
Bastiaan zou Bastiaan niet zijn, als hij niet een paar mooie caches had uitgeprint om hier in Boedapest te gaan ‘loggen’. Nadat Ine, Annie en ik een paar winkels in en uit zijn gelopen, tevergeefs op zoek naar een paar tijgerhandschoentjes, treffen we Bastiaan en Dick al snuffelend en zoekend aan bij het Hongaarse Comedy theater. Hier zou de schat moeten liggen. Nadat ze alles wat los en vast zit hebben omgekeerd, geven ze het op. Ook de hulp van de ladies mag niet baten. Morgen maar weer verder zoeken dan.
We lopen naar het metrostation. Onderweg komen we een zwerver tegen die zijn voet en onderbeen heeft verbonden met bebloed verband. Hij staat op een bepaalde manier op zijn been zodat het net lijkt alsof hij geen voet meer heeft. Hij staat een beetje te trillen een te bedelen met een bekertje in zijn hand. We lachen ons suf! Wat een komiek zeg. Eigenlijk zou je hem wat moeten geven voor zijn knappe acteerwerk.
Met de metro gaan we richting Váci utca. ‘Utca’ betekent straat, ‘Váci’ betekent winkel. Nee, grapje. Maar we gaan in ieder geval proberen wat geld uit te geven. En dat gaat nog niet zo makkelijk moet ik zeggen. Er zijn hier veel dezelfde winkels als in Nederland, dus dan is het zonde om die dingen hier te kopen. Ik zie wel een paar leuke leren jasjes, maar die zijn er helaas niet in mijn maat. Intussen hebben Bastiaan en Dick het allang opgegeven met ons, dus die zitten al strak op een terras aan de koffie in de zon.

Boedapest
Even later komen we op een leuk markplein terecht met allerlei leuke hobby- en kleding- en eetkraampjes en Hongaarse traditionele muziek en dans. We hebben een mooi plekje voor het podium gevonden om, onder het genot van een drankje, de dansende en zingende dames en heren eens goed te bekijken. Het ziet er super leuk uit! Als we verder willen gaan, bedenkt Dick zich ineens dat de beker waar zijn biertje in heeft gezeten, uitermate geschikt is om te gebruiken op Koninginnedag! De beker verdwijnt in Dick’s tas. Wij kijken nergens meer van op Dick.

Boedapest

Boedapest

Er wordt overal vers eten bereid en verkocht. Het ruikt echt heerlijk. Terwijl Bas en Dick een verse Hongaarse worst eten en ik een ijsje, passen Ine en Anke een paar leuke bondsjaals en -mutsen. Geweldig! Ine staat op het punt om de sjaal te kopen, maar ze doet het uiteindelijk niet. Jammer hè. Al verhaart ie wel veel, dus misschien is het maar beter.
Op weg naar de volgende winkelstraat, komen we een kraampje tegen waar men van een soort bladerdeeg met suiker, heerlijk geurende “deegrollen” maakt, op een soort draaiende stok boven een vuurtje. Dat is hier ook een specialiteit. We kopen er een met vanillesuiker. Mmmm, echt heerlijk! Nogmaals, ik snap niet dat de Hongaren niet moddervet zijn met al dat lekkere eten hier.

Boedapest
De volgende winkelstraat, Andrássy, is op loopafstand van hier. Het is meer een boulevard, met merkkleding. Als eerste komen we een merk-outlet tegen. Daar kunnen we wel even kijken, misschien hebben ze wat leuks. Helaas valt het tegen. Het is nog steeds heel duur en een beetje een chaotisch zooitje. We lopen nog een paar winkels in en uit, maar het is duur, wat we al hadden verwacht. Het scheelt niets met de prijzen in Nederland.

Boedapest

Boedapest

Boedapest

Boedapest

We nemen de metro naar het Heldenplein (Hosök tere). Dit plein is aangelegd in 1896 ter gelegenheid van de duizendste verjaardag van de Hongaarse verovering van het Karpatische Bassin. Het heldenplein is een groot symbool van het 19de eeuwse Hongaarse nationalisme. Het ziet er mooi uit. We gaan er even in het zonnetje zitten en maken een paar foto’s. Ook van m’n moeder die de zwerver van vanmorgen nadoet; ze houdt trillend haar hand op voor een centje. Ze krijgt er een van Ine. O nee! Het is een Fischermansfriend, haha! Om te gieren!
In de verte horen we gezellige muziek. Het komt uit het stadspark. Daar gaan we eens even een kijkje nemen. Inmiddels hebben we ook wel weer een beetje dorst! Er is hier net zo’n soort markt als vanmorgen in Váci utca. Vers eten wordt bereid en er staan leuke kraampjes die van alles verkopen. Het is heel druk. Waarschijnlijk is dit de Hongaarse paasviering. Heel gezellig. Ine koopt een paar kleine schepjes op het marktje. Ze zijn speciaal gemaakt om kruiden mee te scheppen, zoals de paprikapoeder die we gisteren hebben gekocht. Op de markt gisteren waren ze te duur, hier niet! Ine is er super blij mee. Tijdens een biertje in de zon, stelt ze voor om een handeltje in schepjes te beginnen in Nederland. Die is gek hoor.
Als we teruglopen, komen we een kraampje tegen met Hongaarse likeurtjes. We mogen proeven. Er zitten wel een paar lekkere bij, alleen het probleem is dat we zo’n fles niet mee mogen nemen in de handbagage. De verkoopster voelt zich genaaid; wel 5 man laten proeven, niet kopen. Echte Hollanders weer hè.

Boedapest
Er schijnt hier in het stadspark ook ween metro te zijn. O ja, we zien ‘m. Eerst moeten we even plassen bij een toilethuisje. Vooraf betalen. Het ziet er mooi schoon uit. Al plassend horen we ineens Ine schreeuwen: ”Denk aan de opdracht!!!” Het is een geluk dat Anke al op de wc zit, anders zou ze het in haar broek hebben gedaan! Zo ontzettend moet ze lachen! Haha! Ik stop een rol in m’n tas. Gauw weg hier, voordat ze erachter komen!

Boedapest

Boedapest

Op richting Boeda. Hier gaan we eten bij een restaurant dat een goede beoordeling heeft in het Boedapest boekje van Bastiaan ‘Margiret Vendéglö’. Het is even zoeken en rondvragen, maar uiteindelijk vinden we het. Het restaurant ziet er gezellig uit. Eerst drinken we even wat op het binnenplaatsje. Voor het eten zelf gaan we straks naar binnen. Als we de drankjes hebben gekregen, willen we even proosten op de foto. En als je iedereen lachend op de foto wilt hebben, dan moet je de foto laten maken door Dick, met zijn zelfontspanner. Succes gegarandeerd! Zelfs de serveerster ligt in een deuk, haha!

Boedapest
We bestellen en gaan naar binnen. Als we ons voorgerecht hebben gekregen, komt er een bandje spelen. Een stuk of vier mannen zijn het. Echte sjansers ook… Boefjes. Ze bespelen de viool, de bas en de xylofoon. In het begin zijn wij nog de enige in het restaurant, dus we mogen verzoeknummertjes indienen. Tulpen uit Amsterdam enzo, haha. Heel leuk allemaal. De sjanser met de viool komt al spelend naast ons staan en gaat met ons op de foto. Je voelt ‘m al aankomen; in de pauze komt er een CD op tafel. Bastiaan en ik hebben deze ervaring al eerder gehad op Cuba. Als je de CD niet koopt, dan zijn ze ineens niet meer zo aardig. We willen de sfeer niet verpesten, dus we vragen hoeveel de CD kost. “20 euro!! Nee dat doen we niet hoor! Als het nou 5 euro was geweest!”
Na het overrrrrrheerlijke foie gras hoofdgerecht en een toetje, gaan we weg. De CD op tafel achterlatend.

Boedapest
Via de Margrit brug, lopen we terug naar Pest. Het is al een beetje donker helaas, want we willen vanaf hier eigenlijk de kettingbrug op de foto zetten, maar dat gaat niet zo lekker. Het is ook iets te ver weg.

Boedapest
Eenmaal terug in ons appartementje, nemen we nog een ‘stierenwijntje’ en praten we nog wat na over deze leuke dag. Daarna gaan we lekker slapen.

Zondag 4 april, 1e Paasdag

Rond een uur of half zes in de morgen, horen we hard geluid. Het blijkt dat Ine is vergeten om het brood voor het ontbijt uit de vriezer te halen. Ze denkt dat niemand het hoort, maar iedereen zit rechtop in bed, haha.
Een paar uur later zitten we weer aan het ontbijt met een gekookt eitje. Dat hoort er natuurlijk bij op deze eerste Paasdag. Een eitje met zout deze keer.
Op het programma van vandaag staat het volgende: We gaan eerst naar een rommelmarkt in het stadspark voor Dick, dan gaan we naar een Hongaars badhuis, ook in het stadspark. Dan gaan we een tocht maken over de Donau.
Voordat we de metro naar het stadspark nemen, doen we nog een poging om de cache bij het Comedy Theater te vinden. Weer niet gevonden helaas, waar kan dat stomme ding toch liggen!
Het is druk bij de rommelmarkt. Druk met mensen en druk met kraampjes. Wat heeft een mens toch een rommel zeg, niet te geloven! Bas en ik zijn al gauw klaar met die rommel. We vinden ergens een kraampje waar we wat kunnen drinken. Anke en Ine houden het langer vol, ze volgen Dick heel lief kraam voor kraam. Dick is helemaal in zijn sas.

Boedapest
Als we ons drankje op hebben, lopen Bas en ik weer naar de uitgang. Er staat een fietsenverhuurder. Heel grappig, het is een overdekte fiets voor twee personen. “Zullen we dat ff doen? De rest komt toch nog niet!” We huren een fiets en gaan het park in. Best nog wel zwaar hoor! Helemaal als de weg een beetje naar boven helt. Pfoeh! Maar wel leuk. Ondertussen belt Annie dat ze ook bij de uitgang is. We fietsen naar haar toe en doen nog een rondje met z’n drieën. Even later komen Ine en Dick er ook aan. Dick heeft een oude fles gekocht, waar vroeger whisky in heeft gezeten. Met de originele dop, dat is wel belangrijk, want anders was ie minder waard geweest zegt Dick.
Volgende programmapunt: het badhuis. Het grootste badhuis van Boedapest. Het is op loopafstand van de rommelmarkt, dus dat is mooi. Je ziet het immense gele gebouw al van ver; heel mooi!
Bij de ingang kopen we vijf kaartjes en krijgen we 5 sleutels. Voor een kluisje denk ik. De vrouw achter de kassa spreekt geen woord Engels, dus hopelijk gaat alles goed zo meteen. Ze wijst naar de ingang van het badhuis. Daar staat een jongen die ons naar binnen helpt door een poortje. Achter het poortje staan allemaal kleedhokjes. Ze zijn alleen allemaal bezet… De jongen verwijst ons door naar boven. Daar zijn nog wel hokjes vrij. We verkleden ons en kunnen onze spullen in de hokjes achterlaten. Een badmeester schrijft het nummer van onze sleutel op het kleedhokje met een krijtje, zodat hij weet welk hokje bij ons hoort. Nou ja, hopelijk gaat dat goed.
We lopen richting de baden. Het is heel druk. Vooral in het begin zijn alle baden vol. Het ruikt hier heel erg naar zwavel. Al het water in de baden komt ook uit de Hongaarse zwavelbronnen. Dat schijnt gezond te zijn. Maar het stinkt ook!
We nemen eerst een sauna en daarna enkele kruidenbaden, de een iets warmer dan de andere. Lekker hoor, na die dagen dat we zoveel hebben gelopen. Het is heerlijk ontspannen. Anke, Ine en Bastiaan laten zich ook nog lekker masseren. Dick en ik wachten al badend totdat ze klaar zijn. Daarna gaan we weer.
Bij dezelfde markt als gisteren, nemen we even wat te eten voordat we naar de boot gaan. Hier kunnen we ook meteen nog even tellen hoeveel geld we nog hebben voor het eten vanavond en voor morgen. Het is te weinig dus we moeten straks na het varen even pinnen.
Bij een toeristen-infopunt vlakbij de Donau kunnen we kaartjes kopen voor de boottocht. Met korting, haha. Tja, gewoon proberen toch? We lopen naar de aanlegplaats. Het is wel een beetje bewolkt en koud! We kunnen beter niet op het dak van de boot gaan zitten. Het wordt de tussenverdieping. Deze is overdekt en de stuurhut voor ons vangt de meeste wind op. “Biertje?” “Tuurlijk!” Er start een bandje met een stem die ons vertelt waar we allemaal langs varen. Eerst in het Engels en dan in het Duits. Halverwege de tocht komen er wat eigenwijze mensen aan die toch op het dak waren gaan zitten. “Koud windje hè!”

Boedapest

Boedapest

Na de tocht pinnen we nog even en gaan we per metro weer naar een restaurant uit de gids van Dick: ‘Csarnok Vendélglö’. Vraag me niet wat het betekent. Het is -net als gisteren- weer even zoeken. We lopen eerst totaal de verkeerde kant op. Dick heeft het al bijna opgegeven, maar uiteindelijk vinden we het weer hoor! Dick had gewoon even de kaart op z’n kop gehouden! Nee hoor Dick, grapje.
De eerste kennismaking me t de gastheer van het restaurant, valt een beetje tegen. Het lijkt een beetje een snauwerige man. Gelukkig maakt hij het even later goed. Hij blijkt best aardig te zijn.

Boedapest
Bas en Dick nemen een Wiener Schnitzel, Anke, Ine en ik nemen iets met foie gras. Wederom heerlijk moet ik zeggen! Ine vindt het eten vanavond het lekkerst tot nu toe. Na een tijdje zijn we de laatste in het restaurant. We vragen de rekening, dan gaan we ook. We hebben namelijk nog 10 blikjes bier in de koelkas staan, en die moeten op voordat we naar huis gaan. Halve liters zijn het ook nog. We hebben dus nog een zware avond voor de boeg.
We lopen terug naar ons appartement. Hemelsbreed is het namelijk helemaal niet ver. Ongeveer een kwartiertje later zijn we er al. Top. Eenmaal binnen krijgen we ieder een halve liter voor onze neus van Dick. Haha, geweldig. Ik neem een paar goeie slokken, de rest krijgt Dick. Ik krijg het gewoon niet weg! Voor Annie geldt hetzelfde. Wij hebben toch liever een wijntje. Gelukkig heeft de rest er minder moeite mee. Maar of ze alle tien opgaan…. Ineens krijg ik een vieze geur in m’n neus. Het is helaas wel een bekende geur. “Jezus Bas, heb jij soms je schoenen uit gedaan ofzo! Het is niet te harden man!” “Ja inderdaad!” Ik krijg een natte sok in m’n neus geduwd. Daar kon ik op wachten natuurlijk. “Gatverdamme ga je weg of niet!” Ik gooi de vieze sok weg. Ine staat op, pakt de sok en stopt haar neus erin. “Mmmmm, heerlijk toch! Dat ruikt net zoals vroeger. Er gaat niets boven de geur van een zweetsok van m’n zoon” Is ze gek of niet! We liggen met z’n allen in een deuk. “Ruik deze eens dan!” zegt Annie. Ook hier stopt Ine haar neus in en neemt een diepe snuif. “Deze is ook niet gek, maar die van Bastiaan is lekkerder”, zegt ze bloedserieus. Volgens mij is het weer hoogtijd om te gaan slapen..

Maandag 5 april, 2e Paasdag

Vandaag gaan we alweer naar huis, snif. Bastiaan is om 8 uur al uit de veren, want hij wil graag nog een cache doen voordat we gaan. Een andere dan die bij het Comedy Theater, deze ligt bij het station. Anderhalf uur later komt hij weer binnen, zeiknat geregend en helaas zonder de schat te hebben gevonden. Jammer. Het was ook een beetje vies bij het station, dus dan is het ook niet echt smakelijk om te zoeken en dingen vast te pakken. Dan maar niet hoor. Jammer.
In de tussentijd begint Dick al lichtelijk de reisstress te pakken te krijgen. Annie en ik staan nog half opgemaakt in de badkamer, Ine ligt nog in bed, Bastiaan moet nog douchen, we moeten nog ontbijten en er is nog geen koffertje ingepakt. O jee o jee. Zou het nog goed komen? Zal het vliegtuig straks niet zonder ons vertrekken?
Gelukkig zijn we allemaal op tijd klaar. We zeggen gedag tegen ons appartement, gooien de sleutels via het keukenraam naar binnen en lopen door de regen naar het station. Gelukkig hebben we het de afgelopen dagen droog gehouden, dat was vette mazzel. Vanaf het station nemen we de metro naar een busstation valkbij het vliegveld. Vanaf daar is het nog maar een kwartiertje.
Eenmaal op het vliegveld verloopt alles ook soepeltjes. Bij de incheckbalie komt er een Paris Hilton look a like met twee kleine chihuahua’s in haar handtas aantrippelen. Een mooie slanke dame. Ze trekt de aandacht van iedereen.
Bij de douane staat een zeer chagrijnige man die overduidelijk aan iedereen laat merken dat hij ‘the man’ is. Een jongen voor ons pakt per ongeluk de bak van de band waar zijn riem en jas inzitten. De man gaat uit zijn plaat! “Can’t you read!!!” Er hangt een klein bordje boven de band waarop inderdaad staat dat de bak op de band moet blijven staan. Maar het is echt niet duidelijk. De jongen mompelt wat naar hem en loopt door. Nu zijn wij aan de beurt met onze spullen. Bas en ik doen alles ‘volgens de regels’. Annie pakt per ongeluk de bak van de band, maar gelukkig kan ik net op tijd zeggen dat dat niet mag! De koffertjes van Ine en Dick worden achtergehouden door de man. Hij wacht. Wij wachten ook. En wachten en wachten. Er gebeurt niets. Dan loopt Ine er maar heen. “Is this your suitcase?”, zegt die vent.
“Yes!” Ja, waarom dacht je dan dat wij blijven wachten, eikel! “Put up your happy face!”, gooit Bas er ook nog achteraan. “Dit is het moment om te gaan jongens”, voordat we allemaal naar achteren moeten,” zegt Annie. We lopen alvast door de douane, terwijl Ine en Dick op hun koffertjes wachten. Achteraf werd die van Ine achtergehouden omdat ze een klein flesje deo was vergeten in het plastic zakje te doen. En die van Dick moest open vanwege zijn whiskyfles van de rommelmarkt. Ze dachten dat ie vol was.
Als we even lekker hebben geshopt op het vliegveld (3 handtassen, wat sigaretjes en Hongaarse sambal) kunnen we boarden. Zitten we net rustig in het vliegtuig, wie denk je dat er binnenkomt! Geert Wilders! Nou, dan zit je ineens wat minder relaxed! We zeggen maar niets tegen Dick. Die voelt zich eindelijk wat minder gestrest omdat hij naast Paris zit. Dat willen we niet verpesten, hihi.
De vlucht verloopt gelukkig zonder problemen.
Met de trein gaan we weer naar Hilversum. Om het geweldige weekend af te sluiten nemen we nog een drankje bij ons thuis. Dan is het echt afgelopen. Helaas. ’s Avonds suizen onze oren…. van de stilte. Dat wordt weer afkicken van de gezelligheid!

Bedankt Ine! Weer!

Liefs Joyce

Verslag Egypte 2010

Zondag 14 maart 2010
Vandaag staat een reis op het programma richting Egypte. Met Ronald en Jochem hebben we na het behalen van hun GVB besloten om eens in het buitenland golfen. We gaan naar het plaatsje Taba. Een klein plaatsje dat pas sinds enkele tientallen jaren bij Egypte hoort. Om 11:07 uur pakken Ronnie en ik de intercity richting Schiphol. Daar aangekomen ontmoeten we Gakkie en doen nog wat inkopen. Gakkie alias wetboek sluit nog een even snel een reisverzekering af bij de ABN en dan zijn we klaar om te gaan. We gaan naar de bagage drop off en vervolgens richting de douane. We hebben nog wel zin in een hapje eten en drinken dus gaan ontspannen naar een restaurant. Na een tosti en broodje lopen we richting de gate. Aangezien we richting de vertrektijd gaan kunnen we gelijk door naar het vliegtuig. Op verzoek van Gak zitten we echt helemaal achterin het vliegtuig. 31 D, E en F zijn onze plekken. Mijnheer Wetboek heeft nog een nek kussen gekocht om de vlucht goed door te komen.
Netjes op tijd gaan we om 14:00 uur de lucht in. Als Bas een lekker uiltje ligt te knappen wordt er omgeroepen dat we een tussenlanding gaan maken. De aankomsttijd van 20:00 uur gaan we dus nooit halen.  Dit is ff balen. Hier hebben we geen rekening mee gehouden. Uiteindelijk komen we pas om 22:00 uur aan in Taba. Twee stempels en drie controles later zijn we officieel in Egypte. Dan weer een uur later komen we aan in ons resort. Deze reis is ons alle drie wat tegen gevallen. Ook vanwege de tussenstop. Na een redelijk vermoeiende reis belanden we eindelijk op onze hotelkamer. Nadat de kleinste van ons zich tevreden stelt met een paar planken en een matras, overvallen wij de mini-bar. Cola, bier en nootjes verplaatsen zich snel in onze buik, we lijken wel uitgehongerd.
De generaal roept: “Slippers aan en vertrekken!” We lopen rustig door het enorme gebouw, zoekend naar iets wat op eten  en drinken lijkt. Helaas is het geluk niet aan onze kant, er is geen gezelligheid meer te vinden in dit enorme verlaten gebouw. Het enige wat je hoort is de zee en onze klapperende slippers. Zijn er überhaupt mensen die een kamer hebben geboekt in dit hotel of zijn we beland in een goedkope horror-film? Gelukkig hebben wij de kleine generaal in ons midden en hoeven we geen angst te kennen. Met zijn enorme sabel baant hij zich een weg door de het doolhof van gangen en trappen. Na deze barre tocht belanden we uiteindelijk weer in room 2316. Onze lopend wetboek leest toch nog even snel de voorwaarden door, maar komt tot de conclusie dat wij al voor een flinke duit hebben gegeten en gedronken. De mini-bar valt namelijk niet binnen het all-inclusieve package. Moe gestreden en mokkend poetsen we onze witte tanden om uiteindelijk tussen de zure lakens in slaap te vallen.
Maandag 15 maart
Na een nacht vol gezaag, vult onze kamer zich langzaam met de prachtige Egyptische zonnestralen. Onze ogen komen langzaam uit de half zeven stand. Even snel een douche pakken en daarna vlug als echte kudde dieren op naar het ontbijt buffet. Helaas is private Ronnie niet helemaal bij de tijd. Voordat we gingen slapen kreeg ik de opdracht van Bonaparte om de wekker te zetten, en zoals een trouwe soldaat het betaamt voer ik de opdracht naar behoren uit. Alleen was ik even vergeten dat er nog uur tijdsverschil is. Dus in plaats van rustig wakker worden, moeten we ons nu snel haasten om onze eerste Egyptische ontbijt niet mis te lopen.
Na de buikjes vol gegeten te hebben, bakkeleien we over de vraag “lopen we de 18-holes vandaag of gaan we ons vermaken in het zwembad? Uiteindelijk kiezen we voor het laatste. Na de gebruikelijke ochtendsessies, in de vrolijke vierkante meter, smeren we ons in en lopen we richting het zwembad. Even onze strandlakens van het hotel ophalen, al mag het de naam strandlaken niet dragen. Dan gaan we op zoek naar drie strandbedjes. Helaas voor de generaal is er weinig vrouwelijk schoon te ontdekken of hij moet zich tevreden stellen met 65-plussers, want die zijn hier in overvloed. Nadat we een paar uurtjes hebben genoten van de zon, is het weer etenstijd. We vertrekken in rijen van acht naar het restaurant. Dit keer hebben we ons tevreden gesteld met een lekkere salade en een glas mineraalwater. Nu nog even een uiltje knappen en we zijn klaar voor de zwembadbar. Op een kruk en tot ons middel in het water genieten Bassie en ik van een heerlijk koud tapbiertje. Ondertussen werkt Gak zijn borstspieren bij door wat baantjes te trekken. Na 500 meter houdt Gak het voor gezien en komt hij ons verblijden met zijn aanwezigheid in de zwembadbar. Wij hebben inmiddels al wat biertjes weggetikt, en zijn niet vies van nog een biertje. Met man en macht proberen we de aandacht te trekken van de barkeepers, die meer aan het lullen zijn met elkaar dan dat ze de gasten bedienen. Elke bestelling is weer een gevecht tussen ons en de barkeepers. Na wat gezwaai en geroep, komt er een wat norse Egyptenaar die al snel de bijnaam ‘Stipje’ van ons krijgt, ons vriendelijk verzoeken niet meer te bestellen vanuit het zwembad. Er wordt hier namelijk niet bediend. Wel raar aangezien we al vier keer eerder besteld hebben. Toch geeft onze vriend “Stipje”, met zijn bekende norse blik, ons de drankjes. Aangezien wij alleen orders opvolgen van de generaal, bestellen we even later weer gewoon uit de zwembad. Al kiezen we nu zorgvuldig voor de barkeeper die ons met een iets vrolijkere uitstraling voorziet van een nieuw vers getapt biertje. Jochem heeft inmiddels weer een prooi in zicht die langs ons loopt, een leuke dame waarmee hij bij lunch zat te sjansen. Helaas is het bier Bassie een beetje naar zijn hoofd gestegen, want met de beruchte zin “O my goodness” weten we meteen welke nationaliteit deze dame heeft. De kansen voor Gak verdwijnen dan ook als sneeuw voor de zon. Helaas voor ons moeten we ons lichamen toch verplaatsen uit het zwembad, want klokslag vijf uur is de bar gesloten. Gelukkig kunnen we onze dorst lessen in een bar even verderop. De avond is nog jong en wij zijn al lekker in de holadiee stemming. Na nog een paar drankjes is ook onze maag toe aan brandstof, even snel douchen en dan naar het restaurant. We maken nog tussenstop om als echte toeristen, ons hoofd te laten vullen met informatie over praktisch zaken en de excursies die worden aangeboden.
Het avondeten viel ons een beetje tegen, dus we hebben ons maar tegoed gedaan aan de zoete taartjes. Maag is weer vol en nu op zoek naar nog wat vertier. Dit vinden we in de Archers bar, met een cuba libre lekker swingen op de Egyptische versie van “Suzanne”, zou VOF de kunst hier zijn royalty’s voor ontvangen? Vooral Bassie haalt al zijn dans kwaliteiten uit de kast en gebruikt de volledige dansvloer als zijn eigen domein. Gelukkig is de gemiddelde leeftijd in deze bar een stuk lager en probeert Gak zijn versiertrucs uit op een leuk uitziende Engelse jongedame. Toch was zij niet de nieuwe mevrouw Gottmers. Na een mooie eerste dag in Egypte en na een lange monoloog van de generaal op ons balkon, sluiten we deze dag af door heerlijk onder invloed van wat alcohol diep in slaap te vallen.

Dinsdag 16 maart
De volgende ochtend worden we rond klok van negen wakker met een klein beetje brak gevoel. Voor Gak was het meer een braak gevoel. Helaas laat de zon ons in de steek, 7 uur gevlogen en dan hebben we dit. Dus na een stevig ontbijt besluiten we dat vandaag een mooie dag is om dat gene te gaan doen waaruit het idee is ontstaan voor deze vakantie. Jawel we gaan lekker golfen. Naast het hotel ligt namelijk een prachtig gelegen 18-holes tournament baan. Dus ons tour-schoenen en handschoentjes aan, wat extra ballen mee en de pro’s zijn er klaar voor.
Om half twaalf scheuren we in een golfkar, al denkend aan de film Navy Seals, naar de eerste hole. Met in onze kielzog een ontspannen Bassie die als een volleerd golfkar rijder over de paden crosst. Vandaag is hij Jan Paparazzi en wordt hij al snel ook gepromoveerd tot chef ballen zoeker. Bij de eerste hole aangekomen analyseren we even kort de baan en slaan we onze eerste bal van de dag weg. De bal van Ronnie belandt keurig op de fairway, helaas heeft Gak minder geluk, want de eerst zoektocht naar een bal is een feit. Gak herstelt op de volgende holes en slaat al gauw een aantal pars. Ronnie is na drie holes niet alleen het gevoel kwijt, maar ook een aantal ballen.
Af en toe wordt er gevloekt en vliegen er wat plaggen door de lucht, maar op zich gaat het zeker niet slecht voor een eerste keer op een 18-holes baan. En toegegeven de baan ligt er erg mooi bij, aan de ene kant een berg aan de andere kant kijken we uit op zee, met aan de overkant Jordanië, Saoedi-Arabië en Israel. Zo brengen we al golfend de dag door, lekker ontspannen met tussendoor een overheerlijke hamburger.
Zelfs Bassie slaat ook een bal, al moet hij daarvoor eerst een aantal keren over de bal heen maaien. Geef hem een helm, een knuppel en een handschoen en een nieuwe ster in het honkbal is geboren. Nadat we ons met succes door de 18-holes hebben heengeslagen, lopen we terug naar het hotel. Een biertje hebben we wel verdiend na zo’n intensieve sportdag. ‘s avonds eten we weer in de kantine en al snel weet Bassie welke saus hij voortaan met rust moet laten. Een enorme hete zweet aanval treft zijn voorhoofd. Gelukkig  doet een koud biertje wonderen en al snel kan hij het servet van zijn voorhoofd afhalen. Na het eten nog even een afzakkertje halen in de Archers bar. Helaas was het vrij snel afgelopen voor ons, ook wij zijn de dertig gepasseerd, en vertrekken we naar onze kamer. Daar aangekomen begonnen de zaagmachines al snel op volle toeren te draaien. Na een half uur geluisterd te hebben naar deze prachtige klanken pakte ik mijn matras om van de badkamer een slaapkamer te maken. Hier vond ik eindelijk de stilte die ik zocht, waardoor ik al snel werd bevangen door de slaap.  

Woensdag 17 maart
Weer laat de zon ons in de steek, hopelijk ontwaakt hij na het ontbijt uit zijn slaap. Nadat hij ons de order heeft gegeven om Petra te gaan boeken gaat de tiny general na het ontbijt alvast op zoek naar de beste plaats aan het zwembad. Terwijl hij wacht op de eerste zonnestralen, staan Bassie en ik in de centrale hal te wachten op onze Vlaamse reisleidster. Ze heeft waarschijnlijk de gewoontes overgenomen van de plaatselijke bevolking, want nadat ze gisteren niet is komen opdagen is ze vandaag 20 minuten te laat. En dat gaat van onze baktijd af. Bassie spot haar gelukkig als eerste en trekt haar direct aan het jasje. Want nog voordat ze naast ons komt zitten, komt er uit elke hoek van het hotel toeristen op haar afgevlogen. Na wat verwijten van een overhitte bejaarde Duitser over een bepaalde reis, helpt ze ons toch als eerste. In een poep en een scheet zijn we ruim 500 euro lichter. Maar nu hebben wel een mooie trip geboekt naar Petra in Jordanie, een van zeven wereldwonderen. Nu kunnen ook wij eindelijk wat kleur opdoen. Helaas is de zon nog niet ontwaakt en met de wind is het zelfs fris te noemen aan het zwembad. Na een middaglunch is het nog steeds bewolkt en besluit Gak om dan maar 9-holes te gaan lopen. Bassie en ik blijven bij het zwembad, wachten op betere tijden wat betreft de zon. Maar de zon laat zich die dag niet meer zien en wij zoeken ons heil dan maar aan de bar.
Eerst wat indrinken bij de zwembadbar om daarna in een andere bar alle 5 de verschillende cocktails uit te proberen. Een ding weten wel, een bloody-mary is niet zuipen, maar het gaat wel weer een gezellige avond worden. Snel even het lijf schoonmaken en op naar de kantine voor weer een uitgebreid buffet, waar vooral de Engelse toeristen van smullen. Die zijn dan ook dit voedsel gewend. Na het buikje volgegeten te hebben met vooral brood en salade afgespoeld met een biertje, gaan we naar de courtyard. Hier gebeurt het allemaal, wat drinken en entertainment betreft. Al is het vooral gericht op de wat oudere toeristen.

Lurkend aan een waterpijp met appelsmaak en genietend van een cubra libre blijven we toch even hangen op courtyard. Al is de muziek vreselijk, toch bedenkt Bassie zich geen minuut om zich meteen aan te sluiten bij polonaise. Als een bedreven polonaise loper sluit hij achteraan en swingt hij met de oudjes mee.

De waterpijp is inmiddels uitgerookt en onze glazen zijn leeg. Het is dus weer tijd voor de Archerbar, We lopen de Archerbar binnen en de barmannen groeten ons met zoals altijd een uitgestoken hand. We bestellen weer onze huidige recept en Bassie gaat meteen verder waar hij op de court-yard is gebleven, namelijk zijn nieuwe dansmoves uitproberen. Vooral op de muziek van MJ en ABBA komt Bassie het beste uit de verf. Als de wieken van een Oudhollandse molen zwaaien zijn lichaamsdelen door de lucht. Hierdoor is hij waarschijnlijk ook de enige die zich op dansvloer bevindt, aangezien niemand graag een klap van deze wieken wil krijgen. Jochem is inmiddels in gesprek geraakt met een Engels stel en al snel staan we met ze vijven een wodka weg te tikken. Althans dat dacht ik, uiteindelijk heeft Gak het drankje achter de bar leeg gekieperd en heeft Bassie zijn wodka overgegoten via zijn mond in mijn bier. Dit alles hoor je natuurlijk weer pas de volgende dag. Al snel hebben we het enorm naar ons zin en genieten we van de opzwepende muziek en van de alcohol die we tot ons nemen.

Om twee uur ’s nachts worden verzocht de Archerbar te verlaten. We besluiten om nog even naar het strand te gaan. Al snel hielden het Engelse stel de eer van de Engelse toeristen hoog, Neil stond tegen een muurtje bij het zwembad zijn urine te lozen terwijl zijn vriendin languit op de trap licht. Op het strand aangekomen stonden Neil en ik te schreeuwen naar de overkant van de baai en ontfermen Bassie en Jochem zich over zijn vriendin die blijkbaar een beetje emotioneel is. De strandtijd was van zeer korte duur, want Neil trekt zonder wat te zeggen zijn vriendin ineens mee en vertrekt naar hun hotelkamer. Wij blijven verbaast achter, maar al snel besluiten wij ook onze bedden op te zoeken. Tijdens de terugtrekking van de troepen, komt bij Bassie weer het exhibionisme naar boven en al snel waggelt hij met zijn broek op zijn enkels en zijn slurf uit zijn boxer door de gangen van het Hotel. Gelukkig roept de generaal hem als snel tot de orde door zijn boxer aan flarden te scheuren. Aangezien de terugtrekking niet helemaal zonder geluid is gegaan, rinkelt al snel de telefoon op onze hotelkamer. Wij worden vriendelijk verzocht minder geluid te produceren maar zoals een echt rechtenstudent het betaamt ontkent Gak alles.

Donderdag 18 maart
Ja daar gaat de wekker weer en deze keer zou ik hem het liefst het raam uitgooien ware het niet dat het gaat om mijn mobiel. Langzaam ontwaken we uit een diepe slaap, helaas voor ons is de man met de hamer rustig onze voorhoofden aan het bewerken. Maar gelukkig hebben we daar een wondermiddel voor, genaamd Advil. Ga dus nooit zonder deze pareltjes op reis, want ze kunnen een dag weer helemaal goedmaken. Even snel de gebruikelijk ochtendscheten, urine lozen, een warme douche en we zijn gereed voor het ontbijt. Dit is gelukkig het beste van de drie maaltijden die we op een dag krijgen. Heerlijk gebakken eieren of een omelet met toast. Ook de croissant valt bij ons in de smaak. Na het ontbijt zijn we redelijk weer aanspreekbaar en dat is maar goed ook, want we hebben een zware dag van luieren aan het zwembad voor de boeg. Na wat relaxte uurtjes aan het zwembad besluiten we dat het tijd is voor het katervoedsel bij uitstek, namelijk hamburgers met patat. Helaas voor mij valt de hamburger als een steen in mijn maag en veroorzaakt hij wat kleine problemen in mijn darmen. Vanaf dat moment heb ik de rest van de vakantie hier last van. Ook Bassie en Gak worden al snel geconfronteerd met de zogenaamde “vloek van de farao”. Wij zijn dan ook snel een veel geziene gast op de WC. Maar ook hier is een middel voor dat wij als eerste in onze toilettas hebben gestopt, genaamd diarreeremmers. Morgen staat Petra op het programma en dat betekent een piepende wekker om 6:00 in de ochtend. We gaan dan ook snel na het eten ons bed op zoeken. Helaas voor mij beginnen die twee kanonnen al weer snel te donderen en verhuis ik weer met matras en al naar mijn vertrouwelijk plek in de badkamer. Hierdoor hoop ik toch nog wat slaap mee te kunnen pakken.


Vrijdag 19 maart
Om 6.00 in de ochtend gaat de wekker, ik kijk naar rechts en zie Bassie al weer slaperig onder aanvoering van een scheet zijn ochtendurine lozen in het toilet. Ja dat is even anders wakker worden dan een kus van mijn vriendin. Na het douchen gaan we kijken of de kantine al open is. Na 5 minuten kunnen we aanvallen en genieten we even lekker van ons ontbijt als of het onze laatste is. Om 6.50 moeten we aantreden in de lobby van het hotel en worden we verzocht plaats te nemen in een van de busjes. Hier kunnen we genieten van wat heerlijke Arabische klanken. Zoals gewoonlijk zijn er altijd mensen te laat, maar gelukkig wijst Bassie deze mensen daar op door duidelijk even op zijn klokje te tikken. Zo de toon is weer gezet voor deze dag. Na een kwartier vertrekken we eindelijk en zijn we op weg naar de stad Petra.

Aangekomen in de haven voor de overtocht naar Jordanië is het weer geduld hebben. Eerst weer zo’n achterlijk briefje invullen, hoe zo bureaucratie, en pas na een uur mogen we door de douane. Als eerste door een metaaldetector en daarna staan er weer een aantal Egyptenaren je paspoort vol te stempelen, waarna je paspoort bij de uitgang, nog geen meter verderop, nogmaals gecheckt wordt op stempels. Eindelijk kunnen we op de boot stappen, even drie kwartier onze ogen dicht en wij zijn in Jordanië. Voordat we de boot af kunnen, moeten we eerst via de brug voor een aantal nieuwe stempels. In Jordanië worden we opgewacht door onze Engels sprekende gids, al snel blijkt dat hij over portie droge humor beschikt. Samen met hem lopen we door het havenstadje, wat meer lijkt op een filmset in Hollywood dan een Arabisch vissersdorpje, naar de bus. Na drie kwartier in de bus stoppen we even, zodat volgens de gids iedereen even kan plassen als men moet. Maar al snel blijkt de ware reden van deze stop, we moeten de plaatselijke economie even spekken door allemaal toeristisch rommel aan te schaffen. Aan ons hebben ze niet echt veel al koopt Bassie nog even prachtige koelkastmagneet van de stad Petra. Goed gedaan ouwe! Na een half uur worden we verwacht bij “The green bus”, ik herhaal “The green bus” en voor de mensen die mij niet hebben gehoord wij zitten in “The green bus”. Iedereen is weer binnen en we zijn weer op weg, al snel zien we het prachtige landschap waarin de stad Petra is verborgen. Onze gids vertelt vol trots dat in dit unieke landschap de blockbusters Star Wars, Indiana Jones and the Last Crusade en Lawrence of Arabia deels zijn opgenomen. Ook recent hebben de makers van Transformers 2 hun weg naar deze magische plek gevonden. Voordat we de stad Petra mogen bezoeken, hebben we eerst nog een lunch. Dit maal mogen we het eten in de kantine van het Marriot beoordelen. Na een prima lunch van een uur gaan we dan eindelijk echt op weg om het wereldwonder te aanschouwen.

Aangekomen op een enorm parkeerplaats vol met bussen worden ons nog even kort de spelregels uitgelegd. Dit maal is ons huiswerk niet alleen het onthouden van  “the green bus” , maar ook de cijfers 03 van het nummerbord. Gelukkig hebben wij een Master in alles in ons midden en hoeven Bassie en ik ons geen zorgen te maken over dit ingewikkelde vraagstuk. De gids gaat ons voor op het pad richting de stad Petra. Wij lopen aan de rechterkant, want aan de linkerkant word je anders ondersteboven gelopen door een stel opgejaagde paarden. Deze paarden worden door de lokale bevolking gebruikt als vervoersmiddel voor toeristen richting de stad Petra. Hierdoor pikt een van de armste bevolkingsgroepen in Jordanië ook een graantje mee van deze toeristische trekpleister. Het is ook een geweldig schouwspel, wanneer deze paarden met hun jockey over het zand heen scheren. Wel moeten we op de gids blijven letten, want meneer staat voor je het weet al weer een paar meter verder op met zijn kaart in de lucht te zwaaien. Het wordt weer tijd voor een verhaal en we hangen weer vol overgave aan de lippen van onze gids. Met een redelijk tempo lopen we de beroemde kloof binnen, waarbij we steeds meer te weten komen over de oorspronkelijke bewoners van deze prachtige oude stad. Na een uurtje bereiken we het einde van de kloof. Langzaam zien we de schatkamer van Petra uit het niets verschijnen en voordat we het weten staan we oog in oog met een 40 meter hoog, 25 meter breed en ruim tweeduizend jaar oude schatkamer, genaamd de Khazneh.
Dit lijkt me toch wel een kodak momentje en de flitsen volgen elkaar dan ook snel op. Helaas hebben we weinig tijd, want onze gids heeft zich te houden aan een strak tijdschema. We lopen dan ook snel langs de andere imposante gebouwen die deze stad rijk is. Na het laatste verhaal van onze gids, krijgen we de mogelijkheid om in de voetstappen van de Nabateeërs te treden en op eigen houtje de stad te verkennen. Nadat we nog wat hebben rondgelopen in de oude stad, bereiken we na een uur de parkeerplaats waar onze “green” bus rustig staat te wachten om ons weer terug te brengen naar de haven. In de haven aangekomen, lopen we via de brug voor nog eens een stempel in ons paspoort richting onze plaatsen. De boottrip duurt normaal gesproken niet langer dan drie kwartier, maar in de haven van Egypte worden we weer eens geconfronteerd met de bureaucratie die dit land in zijn greep houdt. Er lag namelijk al boot voor ons in de haven en deze mensen moeten eerst gecontroleerd worden. Zoals gewoonlijk duurt dit nou eenmaal erg lang, voordat alle mensen weer beschikken over de juiste stempels. Na een uur in de haven te hebben gelegen, is onze boot aan de beurt. Er vormt zich dan ook al snel een lange rij voor de douane met ons als een van de laatste in deze rij. Ook dit schouwspel neemt een uur in beslag. Na de benodigde stempels mogen we plaats nemen in de bus. Al gaat dit ook niet zonder slag of stoot en belanden we eerst in de verkeerde bus voordat we de juiste bus hebben die ons terug brengt naar het hotel. Het is inmiddels al weer half elf wanneer wij redelijk uitgeput aankomen in lobby van het hotel. Helaas is er niet voldoende tijd om eerst even het Jordanese woestijnzand van ons af te spoelen en haasten we ons naar de kantine. Op de weg er naar toe hopen we op eindelijk een heerlijk portie kebab dat onze honger kan stillen. En yes, we hebben  geluk, er is kebab al moet het wel lekker gemaakt worden met wat mayo en ketchup. Na redelijke maaltijd, bestaande uit kebab dat wordt afgespoeld met een biertje, zoeken we ons bedje op. Want zo’n dag gaat je niet in de koude kleren zitten, ja ook wij worden toch wel een dagje ouder al is dat niet aan ons af te zien.
Zaterdag 20 maart
Het is zaterdagochtend, de dag voor vertrek. Het wordt waarschijnlijk weer een ouderwetse luierdag aan het zwembad. Dat hebben we ook wel nodig na ons grote avontuur in de bergen van Jordanië. Na weer wat eieren genuttigd hebben tijdens het ontbijt, proberen we een plekje te vinden aan het zwembad. Dit valt weer niet mee, want het moet natuurlijk wel een plek zijn zonder uitzicht op onze oudere medemens, met uitzicht op de Engelse barbiepop in een te strakke roze bikini en tegelijkertijd moet zon de mogelijkheid krijgen om onze goddelijke lichamen te bruinen. Gelukkig kunnen we de strandstoelen verschuiven, tot ze op de plek staan die voldoet aan onze drie voorwaarden. Na wat genoten te hebben van de zon en ons uitzicht, besluiten weer eens keer niet de kantine te bezoeken. Het is weer een tijd voor een vette hap in de vorm van hamburgers en pizza. Na de middaglunch, moet de generaal even rusten en gaan de verkenners op pad. Bassie heeft namelijk een geocaching fetisj en gaat daarom niet zonder zijn gps apparaat op vakantie. Ook in Egypte vlakbij het hotel is een cache verstopt. Om die jongen niet in zijn eentje te laten gaan, strijk ik een keer over mijn hart en sluit ik me aan bij zijn immense zoektocht langs de woeste kust van Taba. Waar in elke hoek het gevaar kan schuilen. Na een barre tocht van een uurtje staan we boven op een berg, met aan de ene kant een prachtig uitzicht over de zee en aan de ander kant de 18-holes golfbaan. We kijken op het gps apparaat, ja hoor we staan boven op onze schat. Wat zou zijn, is het de heilige graal, de zilvervloot van Piet Hein of gewoon de schat van kapitein Zwartbaard. Maar helaas nadat we de stenen weg hebben gehaald is de schat niet meer dan oude doos pringles, gevuld met wat prularia. De teleurstelling van mij is groot, maar Bassie kan zijn geluk niet op. Hij kan weer loggen. Tevens pakt hij uit de doos een speciale geocaching munt uit Tjechie. Met een brede glimlach op zijn gezicht bekijkt hij de munt aandachtig waarna deze snel in zijn linker broekzak verdwijnt. Bij ons hotel terug gekomen, is ook Gak weer wakker en ziet hij met zijn neus in een tijdschrift. De zwembadbar is nog open dus al snel zitten we dan ook te genieten van koud biertje in het nog koudere zwembad. Lang kunnen we niet genieten van de zwembadbar, want de berg Taba Heigths staat zoals elke dag rond 17:00 in de baan van de laatste zonnestralen. Hierdoor is het niet meer vol te houden in het koude water van het zwembad. We zoeken onze heil dan ook snel in een ander bar waar we onze borrel gezellig hebben kunnen voortzetten. Nadat we weer een tijdje slap hebben zitten ouwehoeren, maken we ons gereed voor de laatste avond in Egypte. We ruilen deze keer een kantinetafel om voor een mooi gedekt tafeltje in een Thaise restaurant, in downtown Taba.
Na een uurtje douchen en omkleden, zijn we alle drie weer het mannetje en lopen we naar de lobby van het hotel. Tussen de hotels en downtown Taba rijdt een open busje, in de volksmond ook wel de taf taf genoemd. Heel relaxed werken we alle hotels af om eventuele gasten op te halen. Wat opvalt is dat bij elk hotel de bewakers eerst even een spiegel onder de auto houden voordat het hek open gaat. Ik tik Bassie aan en vraag of hij deze mensen kent uit zijn geocaching netwerk. Nee zegt Bassie, deze mensen zijn echte schatgravers, kijk maar ze gebruiken de ouderwetse methode om te zoeken naar die Pringles doos. Bassie steekt deze vakbroeders nog even een hart onder de riem en roept “You good busy” Na twintig minuten in een winderige taf taf te hebben gezeten, komen we aan in downtown Taba. Toch een voordeel dat we iets minder haar hebben, want het blijft ondanks de wind goed in model. We lopen door de uitgestorven straten van Taba op zoek naar de Thai. In de verte zien we het restaurant met de mooie Thaise naam “Bird nest”. Twee uur lang genieten we van heerlijke Thaise gerechten, koud bier en vertellen we elkaar de gebruikelijke sterke verhalen. Na het eten rijden we met de taf taf terug naar ons hotel en denken we maar aan een ding “was dit restaurant ook maar inclusief”.
Aangekomen in het hotel lopen we naar onze stamkroeg “de Arches bar”. De stemming zit er bij ons al snel weer in na een aantal Cuba libres. Ook onze Engelse vrienden sluiten snel bij ons aan. Alleen Neil is redelijk rustig en wil eigenlijk snel terug naar zijn hotelkamer. Ze zouden namelijk de volgende dag vroeg met een snorkelexcursie meegaan. Na een discussie met zijn vriendin lopen ze samen zonder wat te zeggen weg. Na een half uurtje komt zij alleen terug met de mededeling dat zij nog graag met ons wil doorfeesten. Gekleed in een leuk wit jurkje, krijgt ze al snel de aandacht van Gak op de dansvloer. Al snel is de bar zoals elke dag uitgestorven. Gelukkig blijft de DJ trouw zijn plaatjes draaien en springen wij af en toe wat op en neer op de dansvloer terwijl er natte sneeuw op ons gezicht daalt. Even later zoekt Gak een rustige plek op aan het eind van de bar om alleen te zijn met zijn verovering. Al snel slaat hij zijn slag en gaat zijn tong op zoek naar die van haar. Terwijl Gak schaamteloos aan het tong worstelen is, vermaken Bassie en ik ons aan de bar. Zuigend aan het ritje van onze Cuba libre hangen we over de bar heen en schreeuwen in koor naar de barman en de DJ “You are the man, he is the DJ”. En dit dan zo’n vijftig keer.
Op eens staat Gak naast ons. “Ze is weg, verdwenen in de nacht”: zegt hij met een snik. Kom zeggen wij deze bar is gesloten, we gaan nog even het strand onveilig maken. Als een stel puberende tieners lopend we zwenkend naar het strand. Bassie probeert te hordelopen over stel strandstoelen, wat al snel eindigt in een struikelpartij. Helaas voor de gasten van dit hotel gaat dit gebaard met flink wat kabaal. Al snel hoor ik geritsel en duiken er schaduwen op van de bewakers. Ik blijf even staan, kijk achterom en vraag aan Bassie en Gak of zij hun stemgeluid iets  kunnen verlagen. Maar dit werkt natuurlijk averechts en is het stemgeluid al snel verdubbeld. Dan maar snel het strand op, dan zijn we wat verder weg van het hotel. Op het strand is de evenwicht van Bassie ver te zoeken, hij ligt dan ook snel languit in het zand. Gak volgt zijn voorbeeld en trekt mij in zijn val mee. Bassie doet daar nog even schepje bovenop en schopt een halvol bierflesje naar mij toe, zodat mijn kleding onder het bier en zand zit.
Volgens mij zijn we niet langer dan half uur op het strand geweest, nadat we verstandig zijn geworden om op de weg te gaan naar onze hotelkamer. Gelukkig hebben de film nog, want tijdens dit strandavontuur heeft onze hippocampus niet goed gewerkt. Nu kunnen we alsnog dit avontuur in onze cortex opslaan. Tijdens de terugtocht zorgt Gak nog even dat de planten zijn gesnoeid en hier kan Mcloud alleen maar jaloers op worden. Terwijl Gak languit in de planten ligt, horen Bassie en ik voetstappen en zien we de lichten van zaklantaarns. De bewakers zijn weer terug, we bedenken ons geen minuut en rennen zonder Gak richting onze hotelkamer. In plaats van rechtstreeks naar onze hotelkamer te sprinten, stoppen we een verdieping hoger in het trappenhuis om te zien hoe Gak in zijn toestand de hotelkamer gaat vinden. We hoeven niet lang te wachten, want in de verte horen we bekende geluiden. Homo’s Homo’s galmt er door de lucht, dit is het enige woord dat nu nog in zijn vocabulair voorkomt. Gak komt steeds dichterbij,  uiteindelijk loopt hij verdieping lager in de richting van de hotelkamer. Na een tijdje is hij de hoek om en horen we alleen nog maar zijn aanwezigheid, we besluiten zijn richting op te lopen, maar worden opgeschrikt door een bewaker die ook op het geluid van Gak is afgekomen. Hij spreekt ons aan en voordat wij een woord kunnen zeggen, komt er aan het eind van gang, als duveltje uit een doosje, Gak om de hoek springen. Helaas voor ons heeft Gak niet door dat er een bewaker naast ons staat en schreeuwt hij: “Homo’s, Homo’s, ik zie jullie wel”. Gelukkig kunnen wij de bewaker geruststellen met het feit dat we hem snel naar zijn hotelkamer brengen en we mogen godzijdank onze aftocht voortzetten. Aangekomen in de hotelkamer is het kwestie van secondes voordat de kamer zicht vult met gesnurk.

Zondag 21 maart

Mijn ogen gaan langzaam open en ik denk maar een ding, hij is terug, de man met hamer. Niet alleen mijn voorhoofd heeft bezoek, ook de voorhoofden van Bassie en Gak mogen deze man verwelkomen. Gelukkig hebben we nog wat Advil en die worden dan ook snel ingenomen. Bassie komt nog even tot de conclusie dat zijn hordeloop actie over de strandbedden heeft geresulteerd in een enorme schuur in zijn spijkerbroek. In Nederland heeft hij uiteindelijk na waarschijnlijk het vertellen van een iets ander verhaal, een nieuwe broek mogen meenemen.
Na een lekkere lange douche komen we tot de conclusie dat we onze laatste ontbijt in Egypte hebben gemist. Dus zit er niets anders op dan het pakken van onze koffer en daarna nog even te gaan chillen bij het zwembad. Nadat we even iets hebben gegeten bij het zwembad zoeken we een heerlijk strandbedje op. Het is even tijd om wat bij te slapen. Een uurtje later is de kater gelukkig met de horizon vertrokken. Bassie en ik gaan even kijken hoe laat we worden opgehaald door de bus die ons door de woestijn naar het vliegveld brengt. Op weg terug naar het zwembad komen we onze Engelsen vrienden tegen, hij kan nog net goedendag zeggen maar zij durft ons niet aan te kijken. De vraag is dan ook of zij haar nachtelijk slippertje met de generaal heeft verteld. Daar zullen we waarschijnlijk nooit achter komen. Aan het eind van de middag gaan we ons helemaal klaar maken voor vertrek. Even douchen en onze rekening betalen. Deze staat na al onze nachtelijke uitstapjes vol met heel veel Cuba libres en snacks. We drinken nog even onze laatste drankje in de bar en genieten nog even van een prachtig uitzicht op zee. Begin van de avond worden we opgehaald door de bus en vetrekken we richting het vliegveld. Op het vliegveld eten we na het inchecken nog pizza en nemen daarna wat diarreeremmers in, ja de vloek van farao heeft ons nog steeds in zijn greep. Na de pizza lopen we door de douane en wachten we in een grote hal op ons vliegtuig. Helaas voor ons moeten we ons een uur langer vermaken, want Transvertagia is weer eens te laat. Een uur later dan gepland zijn we dan eindelijk op weg naar Amsterdam. Midden in de nacht komen we aan op Schiphol. Bassie en ik moeten nog een uur wachten op de eerste trein naar Hilversum. We nemen afscheid van Gak die met de metro naar huis gaat. Bassie en ik eten nog een broodje en wachten daarna op onze trein. Een uur later zitten we in de trein en zijn ook wij op weg naar onze eigen bed en WC.

The end!!!!!

Lapland 2010

Reisverslag Fins Lapland 2010

Lapland 2010

Net toen we terugwaren uit Cuba, had Bastiaan het al over de volgende reis. “Zal ik eens kijken wat het kost om een weekje naar Lapland te gaan Beppie?” “Bas! We zijn net terug, hou op! Meneertje Vakantie zal ik je noemen” Meneertje Vakantie krijgt natuurlijk weer zijn zin. Stiekem vind ik het zelf toch ook wel leuk 😉

Zondag 7 februari, van -5 ºC naar -7 ºC

We mogen weer lekker vroeg uit de veren, drie uur welteverstaan. Een uurtje later rijden we naar Ine en Dick, zij zijn weer zo lief om ons weg te brengen naar Schiphol. Na de incheck hoeven we nog maar een uurtje te wachten totdat we de lucht in gaan richting Kuusamo! Daar komen we weer voor de tweede keer!
Het vliegtuig zit nokkievol. Hoezo crisis? Drie uur later landen we. Ik heb me qua kleding extra voorbereid, want de vorige keer dat we het vliegtuig uit liepen wilde ik zo gauw mogelijk weer terug naar binnen omdat het zooooo koud was!!!! Dus extra trui aan, muts op, handschoenen aan en gaan! Hmmm…het valt eigenlijk best mee deze keer!  Maar -7 ºC!
De bus brengt ons naar weer naar het vertrouwde bungalowtje in Iso Syöte. Openhaardje, sauna… hier gaan we de komende week weer doorbrengen, net als drie jaar geleden.
Eenmaal uitgepakt en dik aangekleed, gaan we naar buiten, richting het bijbehorende Hotelli Iso Syöte op de heuvel. Kijken of we hier iets kunnen eten. Er is een pizzabuffet dus dat komt goed 😉
Later vragen we bij de receptie of we een sleetje kunnen krijgen. Dat kan (huren dan, 3 jaar geleden was het gratis) want is het is wel leuk om naar beneden te glijden natuurlijk.

Lapland 2010
We zijn al zowat een hele dag op, dus eenmaal terug in de bungalow kijken we relaxt een filmpie, Serendipity. Er is alleen wat mis met de TV ofzo, alle gezichten zijn blauw. En dat komt niet door de kou 😉 Maf. Dat moet iemand maar even komen checken. Na het eten ‘s avonds in het hotel, pakken we nog een lekker sauna’tje in de bungalow. Daarna zijn we helemaal moe! Truste!

Lapland 2010

Maandag 8 februari, -7 ºC

Om 8.00u gaat die fijne wekker. Het is hier een uurtje later dus eigenlijk is het pas 7.00u. Lijkt wel gewoon een doordeweekse werkdag qua opstaan man! Bah! Maar ok, je hebt wel wat aan je dag.
Na het ontbijt krijgen we een introductie van de sales- en marketingmanager Geralda, een Nederlandse dame, das handig. Zij vertelt over de omgeving en wat we allemaal kunnen doen deze week.
Aansluitend vindt er een sneeuwscooter introductie plaats. Ik dacht dat er alleen zou worden uitgelegd hoe zo’n ding werkt, maar we mogen er ook zelf op! Leuk!
We worden eerst in een bloedheet thermopak gehezen, we krijgen helmen, speciale handschoenen en laarzen, dan volgt de uitleg. Vervolgens worden de motoren gestart. We worden er weer aan herinnerd hoe gaaf het ook al weer was! Als het even mogelijk is keihard gas geven en scheuren door de Finse besneeuwde bossen! Wauw!

Lapland 2010

Lapland 2010

Lapland 2010

Lapland 2010

Lapland 2010

Wat gaat een uur dan snel…jammer! Maar goed, donderdag mogen we weer, want dan gaan we met de sneeuwscooter naar de rendieren.
Nadat we ons weer hebben ontdaan van het pak, doen we ff een warm chocootje Stroh in het Hotelli. Hè lekker.
We hebben nog een hele middag voor de boeg, dus we hebben bedacht dat we naar het dal gaan, Bas lopend en ik met de slee. Ben net een kind hè.. wat erg eigenlijk ;-). Maar zo leuk!
Een uurtje ofzo later, komen we daar aan. Het was super. We zijn helemaal onder gesneeuwd, zowel door de neerslag als door het crashen met de slee in de sneeuw. Geweldig! Rozig lopen we het restaurant binnen om wat te eten en te drinken. Hier is ook een groepje mensen uit Helmond. We kennen ze vanuit het vliegtuig. We kletsen ff gezellig. Later komen we erachter dat het busje van het hotel dat hier twee keer per dag komt, al geweest is, dus we nemen met z’n allen een taxi terug naar boven. In ons hutje kijken we een filmpie
’s Avonds eten we weer in het hotelli. Voor het eten vragen we bij de receptie of we op woensdag een huskytocht safari kunnen doen. Dat is een hele dag Huskysleeën, met lunch erbij. Helaas is het al vol. De receptioniste vraagt of we morgen willen terugkomen, dan is Geralda er weer. Zij kan ons vertellen of er nog een wordt gepland deze week.

Dinsdag 9 februari, -11 ºC

Voor het ontbijt vragen we Geralda aan de receptie of er nog plaats is bij de extra geplande excursie van vrijdag. Ze vertelt dat deze ook al vol is. Misschien wordt er nog eentje op zaterdag gedaan, maar dat is nog niet zeker. Shit wat moeten we nu? Er is vandaag ook wel een tocht met de Husky’s maar deze is veel korter. Je gaat er heen met de sneeuwscooter. Daar is nog wel plek. Dan doen we toch deze? Als zaterdag niet doorgaat, hebben we helemaal niks. Gauw ontbijten dan!
Als we onze pakken weer aan hebben, springen we op de sneeuwscooter. Op weg naar de Husky’s! Leuk!

Lapland 2010

Lapland 2010

Lapland 2010

Lapland 2010

Lapland 2010

Lapland 2010

Lapland 2010

Het is een andere Huskyfarm dan drie jaar geleden. En de honden zijn niet allemaal Huskyhonden. Volgens mij zitten er ook Golden Retrievers bij en andere rassen. Op zich maakt het niet uit. Ze blaffen zich weer helemaal gek! Zo enthousiast zijn ze om te gaan lopen! Omdat de groep te groot is, worden we in tweeën gesplitst. Wij zijn groep twee en gaan eerst even koffie drinken rond het haardvuur.
Als groep 1 terugkomt, zien we één slee aankomen zonder bestuurders…Haha! Achteraf horen we dat de slee was omgevallen. De bestuurders waren uit de slee gekropen en de honden waren gewoon doorgelopen. Altijd dus de slee vasthouden, is de tip!
Nu mogen wij. De honden zijn nog lang niet uitgeput. Bastiaan staat achterop de slee en stuurt en ik zit erin. Wat is het toch geweldig hier! Zo mooi!
Als we terugkomen hebben we nog wel even tijd om te wandelen/ sleeën en eventueel een cache te zoeken. Tja, het blijft Bas z’n hobby hè. We vinden ‘m niet vanwege de sneeuw, maar het uitzicht is evengoed mooi!

Lapland 2010

Lapland 2010

Terug in het hotel nemen we een lekker chocootje om op te warmen! Daarna lekker relaxen in onze hut ;-).

Woensdag 10 februari, -17 ºC

Vandaag hebben we geen safari’s op het programma staan. Maar we vermaken ons evengoed wel hoor! Na het ontbijt gaan we weer richting dal. De eindbestemming is Syötteen Luontokeskus (jawel), hier schijnen twee caches te liggen die je wel kunt vinden ondanks de sneeuw.

Het is vandaag heel koud, maar zo voelt het absoluut niet aan. Ok, je moet je wel warm aankleden, maar als het in Nederland -17 ºC zou zijn, dan zou niemand naar buiten komen. Hier kan dat makkelijk. We lopen en sleeën en lopen, en sleeën en lopen. Soms warmen we binnen even ergens op, en lopen en sleeën we weer verder. We zijn er! En wie vindt de schat? IK!! Haha! Onder een huisje met haardhout, daar ligt de cache. Trots sta ik ermee op de foto :-). Bas weet me over te halen om er nog een te zoeken, hier in de buurt. Ook deze vinden we!

Lapland 2010

Lapland 2010

Trots gaan we op weg terug. We lopen tot de ski piste in onze eigen plaats. Hier drinken we nog wat. Even later rijden we met het busje van het hotel mee terug naar boven. Is ook niet meer gratis helaas… maar je betaalt toch liever twee euro dan dat je het hele stuk nog omhoog moet lopen.
Nu is het nu.. en Bas ligt te pitten op de bank terwijl ik dit schrijf. O nee, hij slaapt toch niet. Hij vraagt hoe ver ik ben met schrijven :-).

Donderdag 11 februari, -17 ºC

Kan nog steeds niet wennen aan die wekker. Dat bed ligt gewoon veel te lekker. Hup opstaan!
Om 10 uur moeten we namelijk klaar staan. We gaan met de sneeuwscooter naar een rendierfarm!
Tjee wat is het koud! Nog kouder dan gisteren lijkt wel. Eenmaal in het hotel aangekomen blijkt dat niet zo te zijn. Er hangt daar een digitale thermometer. De temperatuur is hetzelfde als gisteren, alleen lijkt het kouder door de wind en het sneeuwt ook. Als we om 10 uur naar de kleedkamer gaan om de thermopakken etc. aan te doen, zegt de excursiegids dat het in de bossen wel -22 ºC is. Extra paar sokken aan dus!
En inderdaad, het is heel koud op de scooter. Tintelende tenen! Maar wel weer gaaf hoor! Het is best een eind naar de rendierfarm. We komen aan en zien tientallen rendieren in het besneeuwde land staan. Mooi om ze eens in het echt te zien! De rendierboer vertelt een verhaaltje over de rendieren. Onder andere hoe hij en zijn collega’s de dieren ’s zomers van elkaar kunnen onderscheiden; als ze nog klein zijn wordt er een hoekje uit hun oor gesneden met een mes. De plaats en de vorm van het hoekje geven aan wie de eigenaar is. Zo kunnen de boeren hun eigen dieren in de winter weer naar de boerderij halen. Verder vertelt hij dat ze worden gehouden voor het vlees en de huid. En voor de toeristen dus!
Een paar rendieren worden voor een slee gezet. Iedereen mag een rondje sleeën. De beesten zijn zo eigenwijs als de pest! Haha! Die van mij vindt het halverwege de ronde wel genoeg geweest en blijft staan. Na een paar keer aan het touw te hebben getrokken gaat hij ineens als een speer. Bas maakt foto’s. Als ik terug ben gaat hij op een volgende slee zitten, met daarvoor een rendier met één gewei. Dat beest schiet ervandoor en haalt iedere andere slee in! Geweldig! Als het rondje klaar is loopt ie gewoon door en maakt nog een ronde, met Bas erop dus. Je had zijn gezicht moeten zien.

Lapland 2010

Lapland 2010

Lapland 2010

Lapland 2010

Als iedereen is geweest, kunnen we binnen in een soort grote wigwam koffie of thee drinken rond het haardvuur. Hè, even lekker ontdooien! Alleen met de tenen gaat het niet meer goed komen vandaag denk ik.. Meer mensen hebben er last van.  Ondertussen krijgen we van de boer allemaal een “rendierrijbewijs” omdat we de ronde op de slee goed hebben afgelegd. We bedanken hem en gaan weer richting de scooter.
De tweede helft van de dag staat er een sneeuwschoenwandeling op het programma. Dit hebben we drie jaar geleden ook al gedaan. Alleen toen sneeuwde het niet. Brr! We krijgen weer van die grote ovale “rekken” onder onze schoenen. In het begin even wennen met lopen!
De excursiegids gaat voorop de wildernis in. Da’s mooi dan kan hij mooi een paadje maken. Af en toe stopt hij om te vertellen over de natuur in Lapland. Het is een beetje een slome duikelaar. Hij kan niet echt boeiend vertellen. Maar hij bedoelt het goed, haha. Hij heeft het onder andere over de wilde dieren die hier leven; bruine beren, wolven en de lynx. De beren slapen nu gelukkig. Veel van de dieren slapen gewoon onder het sneeuw, ook vogels. “If you see one hole, then the bird is in there, if you see two holes, then it’s not there anymore” Nou dan weet je wel hoe hij ongeveer vertelt.
Halverwege krijgen we iets warms te drinken en een koekie. Daarna lopen we naar de top van de berg van Iso Syöte. Mooi hoor, om zo over de hele omgeving te kunnen kijken. Wel een beetje jammer dat de sneeuw het uitzicht een beetje belemmert.

Lapland 2010

Lapland 2010

Lapland 2010

Eenmaal terug in het hotelli hebben we wel weer een chocootje verdiend na deze zware dag!  
‘s Avonds lekker het openhaardje aan en een film op. Bas pakt nog ff een sauna’tje. Wat is het toch vervelend hier.

Lapland 2010

Vrijdag 12 februari, -13 ºC

We worden wakker met een blauwe lucht en een zonnetje. Lekker. Het is voelbaar minder koud dan gisteren. We hebben de rest van de vakantie geen excursies meer op het programma staan. Na het ontbijt gaan we daarom weer even terug naar het hutje, ik om een beetje op te ruimen en te typen, Bas om even lekker te lezen. Zo meteen gaan we weer naar buiten om een stukkie te wandelen.

Lapland 2010

Lapland 2010

Lapland 2010

Toen we met de sneeuwscooter op pad waren van de week, had Bas al een mooie open vlakte gezien niet ver van het hotel. Hij wil daar wat foto’s gaan maken dus we lopen er heen. De heenweg is heel leuk, met het sleetje naar beneden. Keihard gaan we! Helaas zijn we snel beneden. Maar de omgeving daarentegen is weer geweldig! De zon schijnt nog steeds, dat maakt het ook zo mooi. We maken een paar mooie foto’s.
En dan weer omhoog! Pfff… das ff minder zeg. Gaat ook een stuk langzamer! Wat een eind! Dat hadden we net niet in de gaten toen we zo snel beneden waren met die slee.
Uitgeput (Joyce) komen we de hut weer binnen. Na die wandeling in de kou zijn we wel toe aan een bezoekje aan onze eigen sauna! Heerlijk even ontdooien. Als we er klaar mee zijn, stappen we van de warmte naar buiten in de ijskou. Het stoom komt van ons af!
’s Avonds in het hotel drinken we nog ff wat met een groepje medereizigers uit Helmond. Zij hebben vandaag een snowscooter tocht gedaan. Het zijn gezellige- en gestoorde gasten. “Waar denk je nou aan Joyce als je ons ziet?” “Nou ik moet meteen denken aan Jos van Oss!” “Jos van Oss wie is da?” Bastiaan laat ze ‘m zien op z’n I Phone. “Bastiaan doe eens ‘Stien en de stoeptegels’!”

Lapland 2010

Zaterdag 13 februari, -10 ºC

De laatste volle dag van de vakantie is aangebroken… We doen lekker rustig aan vandaag. Net als gisteren na het ontbijt weer even terug naar de hut. Beetje lezen en relaxen. Bastiaan leest ‘Echte mannen eten geen kaas’. Wel een heftig boek zegt hij. Ik lees ‘De mannentester’, een leuk boek.   
Als we klaar zijn met lezen gaan we weer naar buiten. Met het sleetje natuurlijk! We gaan vandaag voor het laatst deze vakantie naar beneden naar de ski piste. Voordat we beneden zijn, maken we eerst een paar goede afdalingen met de slee naar beneden. We zitten soms echt van top tot teen onder. En koud dat dat is! Een heuvel is zo leuk dat we weer terug omhoog lopen om nog een keer van die af te glijden. Als ik het zo schrijf zijn we echt net twee grote kinderen.. Tsjonge jonge.

Lapland 2010

Lapland 2010

Zo wat is het druk bij de piste! Zo druk hebben we het nog nooit gezien hier. In het restaurant/café is alles vol. We wachten even aan de bar totdat er een plek vrijkomt bij het raam zodat we alle skiërs kunnen zien. Ik heb helaas nog steeds een skitrauma van de vorige keer dat we hier waren overgehouden, anders hadden we het welk een dagje kunnen doen. We doen gewoon net alsof! Biertje? Of neem je dan fris.…
Tegen vijven komen we erachter dat het weekend is en dat dan het busje van het hotel niet rijdt… Hmm hoe komen we dan boven? Gelukkig is er nog een stel oenen zoals wij die ook netjes op het busje staan te wachten. Toevallig die jongens die van de week mijn slee hadden gestolen! Zij bellen een taxi. Als die er is, is er gelukkig ook nog ruimte voor ons. Ok, we zijn weer vrienden…
Eenmaal terug in de hut kijken we nog ff een filmpie. Zo jammer dat we morgen alweer naar huis moeten… Dit is echt zo’n relaxt leventje..

Lapland 2010

Lapland 2010

Zondag14 februari 2010, van -10 ºC naar -3 ºC

Dan is het toch echt zover. We hebben het even nagevraagd en we moeten om 12 uur het hutje verlaten. Om 5 uur komt de bus dus we mogen ons nog vijf uur vermaken in het hotel. Gelukkig gaat de tijd best wel snel. We lezen en we kletsen wat met de anderen die ook vandaag naar huis gaan. Tegen vijven komt de bus. “Dag Iso Syöte!!” We gaan het weer vreselijk missen…
Anderhalf uur later komen we aan bij het vliegveld(je). Na de incheck moeten we nog twee en half uur wachten op het vliegtuig! Vertraging dus. Ik word daar altijd zo chagerijnig van. Niet dat dat helpt, maar goed. In plaats van 8 uur gaan we pas om 9.30 uur de lucht in. Gelukkig gaat de vlucht verder goed.
Als we zijn geland zet ik m’n telefoon aan en zie “Hoera ze is er!…”  Elin Elisa Mare Ros is geboren op Valentijnsdag! Dat maakt onze dag weer helemaal goed! Welkom Elin!

XXX Joyce

Vuurtoren Harlingen

Overnachting Vuurtoren Harlingen

Vuurtoren Harlingen

Woensdag 20 januari 2010

Vanaf oktober 2009 maakt Bastiaan mij al nieuwsgierig over dit cadeau. Dan weet hij namelijk zelf al wat hij gaat geven. Het is heel speciaal, zegt ie.
Op Kerstavond mag ik eindelijk weten wat het is; althans, dat gaat ook niet makkelijk hoor. Mijn lieve vriend heeft namelijk een puzzel laten maken van de afbeelding van het cadeau en heeft dit in 10 verschillende doosjes ingepakt. Dit laat hij mij verspreid over de hele avond uitpakken. Het laatste pakje krijg ik – natuurlijk – aan het einde van de avond.
Als ik alle puzzelstukjes bij elkaar heb, komt de afbeelding tevoorschijn; het is een vuurtoren. Tja… nu weet ik nog niks. Wat moet je met een vuurtoren?

Op woensdagmiddag 20 januari gaan wij met de auto onderweg naar Harlingen, Friesland. Hier staat namelijk de beroemde vuurtoren van Harlingen! Wie weet dat nou niet! Het is een vuurtoren die niet meer als zodanig in werking is, maar nu dienst doet als soort van hotel. En hier gaan wij een nachtje in slapen! Dat is het dus, mijn kerstcadeau! De vuurtoren is 365 dagen per jaar volgeboekt en je moet een jaar van tevoren reserveren!!! Bastiaan had in oktober de mazzel dat er net iemand had afgezegd voor vandaag. Dus wij hebben mazzel!

Vuurtoren Harlingen
Rond vijven komen we aan bij de toren. Er komt een mevrouw die ons de sleutel overhandigt en ons een fijn verblijf wenst. Een stuk of 70 treden later staan we op de “eerste” verdieping, de badkamer. Lekker met een rainshower en een verwarmde douchemuur. Een paar treden verder omhoog komen we in de woon/slaapkamer met een bedbank, een keukentje en een eethoekje. Allemaal in de rondte ingericht natuurlijk. Nog een trapje hoger kom je in het bovenste gedeelte van de toren, met een radio waar je echt de schippers met elkaar hoort praten via de scheepsradio. Wauw wat is dit te gek zeg! Wat een uitzicht! Je kijk zowat over heel Friesland heen! Wat een origineel cadeau heb ik weer gekregen schat!!
We trekken een lekkere fles champie open en ploffen op de bedbank. Er staan een paar leuke DVD’s op de plank hier, dus das leuk om ff te kijken.
‘s Avonds eten we in Harlingen centrum, bij restaurant De Gastronoom, een best wel chique tent eigenlijk. We zijn de enige gasten, dus we hebben de hele bediening voor onszelf. Het eten is echt heerlijk! Allemaal aparte gerechten en amuses, echt een aanrader om hier te gaan eten als je eens in Harlingen bent.
Voldaan keren we weer terug naar “onze”vuurtoren. Het is wel raar slapen op een rond bed!

Vuurtoren Harlingen
‘s Morgens staat er een ontbijtje voor de deur, letterlijk. Een tas vol met lekkere broodjes en beleg, een gekookt eitje en verse jus. We hebben zelf een cooker om koffie en thee te zetten. Heerlijk!
Het is zo jammer dat de tijd zo snel gaat. We moeten al weer gaan. We maken nog gauw even een paar foto’s van het uitzicht, en nemen daarna afscheid van de mooie vuurtoren.

Vuurtoren Harlingen
We blijven nog even hangen in Harlingen want mijn vriend heeft natuurlijk -onvermijdelijk- een cache uitgeprint. Het is echt koud buiten!! Het voelt aan als -10 ºC! Onderweg koop ik een warme muts. Als we halverwege onze tocht zijn, voel ik ineens iets vallen op mijn hoofd, zo lijkt het. “Bas! Heeft er soms een vogel op  m’n hoofd gescheten? Kijk es!?” “Nee joh, doe niet zo gek!”, zegt ie. Ondertussen voel ik met m’n vingers door m’n haar. “Nou kijk dan!!!!” Mijn handen zitten vol groene drap! Gatverdamme!!! Ook al is het zoooo vies, we krijgen er gewoon de slappe lach van. En ze zeggen dat het geluk brengt als en een vogel op je kop kakt, dus ach. Bas veegt het meeste eruit met een zakdoekje. Haha, heb ik dat!
Na -al zeg ik het zelf- lang te hebben gelopen, vinden we gelukkig de cache. We lopen terug en drinken nog wat.
Het was gezellig lief! Dank je wel voor dit gave originele cadeau!
HVJ,
Joyce

Cuba 2009

Reisverslag Cuba 2009

Een van de dromen van Bastiaan is om ooit eens naar Cuba te gaan. Alleen een klein dingetje houdt hem tegen. Hij heeft sinds een jaar of zeven een vriendin die het niet echt (of zeg maar gerust: echt niet) op vliegen heeft. Laat staan 10 uur achter elkaar.
Maar toen kwam Desiree een avondje langs met folders en foto’s en boeken en een heel mooi verhaal. Tja….

Zaterdag 22 augustus

Wij vliegen om kwart over acht deze morgen naar Varadero, Cuba. Nee, helaas kunnen we niet met de boot. Met allerlei kalmeringsmiddelen op zak, stap ik in. Eigenlijk voel ik me helemaal niet zo zenuwachtig, puntje bij paaltje. En ik heb nog geen pilletje of druppeltje genomen! Goed hè.
Het is tien uur en tien minuten vliegen. We huren een mediaplayer om wat filmpjes te kijken. Af en toe dommelen we een beetje, of lezen we wat. Gaat allemaal hartstikke goed.
Op het laatst zijn we er wel klaar mee, omdat je gewoon alle zit posities al een keer hebt gehad. We komen aan op Varadero en gaan zes uur terug in de tijd. Wel heftig dus! Het is hier nu pas twee uur ‘s middags!
Alle medewerkers op de luchthaven hebben een mondkapje voor. Ziet er wel angstaanjagend uit moet ik zeggen. In het vliegtuig gingen de stewardessen ook al de gangen door met een soort desinfecterende spray. Moest van de Cubaanse autoriteiten. Pfff. Zeg, de ziekte komt hier uit de buurt, hoor. Worden wij Europeanen als bacterienesten behandeld! Nou ja, aan de andere kant ook wel weer goed.
Iedereen wacht buiten in de warmte op de bus, die hen naar het gewenste hotel zal brengen. Behalve Bas en Joyce; die gaan de rij voorbij en stappen een klein busje in dat direct wegrijdt. Lekker decadent he! Doeiii! Wij gaan vast hoor!
Villa Tortuga is een ok hotel. Het is all in, dat wist ik niet eens! We krijgen en bandje om, dus dat betekent dat we ongelimiteerd kunnen vreten en zuipen. We moeten wel nog even wachten op de kamer. Check in is hier normaal pas om vier uur.
Nadat we wat hebben gedronken, gegeten, en geld hebben gewisseld, kunnen we de kamer in. Heerlijk met een airco, want het is warrum! Lekker even douchen ook, daar worden we een beetje wakker van.
Helaas heeft de douche voor mij niet geholpen. Ben werkelijk waar kapot! Ik kan geen boe of bah meer zeggen. Bas is nog redelijk opgewekt en probeert me op te peppen, maar zelfs hem lukt het niet. Het enige wat ik wil is slapen. Maar dat mag gewoon niet, want anders kom je niet in het nieuwe ritme. We houden het vol tot acht uur en dan gaat het licht uit.

Zondag 23 augustus

Na een heerlijke lange nacht worden we om ongeveer 7 uur wakker. We zijn nu wel uitgeslapen… want eigenlijk is het dus 1 uur in de middag Nederlandse tijd. We blijven nog even een half uurtje dommelen en dan gaan we er echt uit. Even douchen en de koffers weer inpakken. Ik droog nog even mijn haar met de nieuwe supersonische 2000 Watt föhn. En ineens PATS! Alle stoppen slaan door! Daar kan de stoppenkast helaas niet tegen! Shit das balen. Haha. Nou ja, dan maar met half nat haar naar het ontbijt. Om negen uur krijgen we de huurauto, dus we moeten een beetje opschieten.
Eenmaal aangekomen in de eetzaal zoeken we een plekje. Het lijkt hier werkelijk waar wel op een vreetschuur! Mensen lijken wel uitgehongerd. Vrouwen met twee kindjes scheppen borden vol met broodjes en beleg en laten vervolgens de helft staan. Iedereen hier denkt dat ie te kort komt. Ongelofelijk.
Na negenen komen we aan bij de receptie. We zien nog geen Peugeot staan, dus we zoeken rustig de voucher op en vragen aan de meneer bij de receptie of hij weet dat er een auto voor ons wordt gebracht. “He’s sitting over there and waiting for you since nine o’clock” Oeps foutje, het is nu kwart over! Gelukkig is de autoverhuurder niet boos op ons. We laten onze rijbewijzen en paspoorten zien, betalen voor de verzekering en de borg en lopen naar de auto. Het is een blauwe Peugeot 206. Met hier een daar een paar deukjes die de meneer was vergeten te noteren. Toch maar even doen hè, voor het geval dat we de borg niet meer terug krijgen ;-).
We pakken de koffers uit de kamer, checken uit, en daar gaan we dan! Beginnen aan het grote avontuur! Vandaag staat er een kleine 300 kilometer rijden op het programma. We gaan namelijk naar Hotel Melia in Cayo Santa Maria, een kleine eilandengroep aan de Noord Oost kant van Cuba, om heerlijk te relaxen de komende twee dagen.
Ik begin met rijden, Bas navigeert. We hebben het Geocache GPS apparaatje meegenomen, om ons de goede richting uit te leiden, en ook een gewone kaart. Dan zou je denken dat het best knap is om meteen verkeerd te rijden, maar wij krijgen het voor elkaar hoor. Keren maar!
Op een gegeven moment rijden we toch weer op de goede weg! Mooi! De wegen hier zijn niet echt geweldig. Je moet zo denken; de hoofdweg is vrij ok. Als je heel veel gaat hobbelen, dan zit je echt verkeerd. Zoals wij dus weer na een uurtje. We worden door een Cubaan tegengehouden. Hij maakt gebaren dat we moeten omkeren. We vertellen hem waar we heen moeten, en hij wijst ons hoe we het makkelijkst weer op de goede weg komen. Totaal in een andere richting dan degene die we reden, haha. Wat ook heel erg wennen is hier, is dat er op de snelweg ook gewoon fietsers en voetgangers te vinden zijn, en dat je helemaal niet raar op moet kijken als je paard en wagen in moet halen. Laat staan al die zwerfhonden midden op de weg. Nee, je moet hier geen moment de aandacht verliezen.
Met vol vertrouwen rijden we weer de goede kant op, denken we. Totdat we weer worden tegengehouden door een andere Cubaan. Wat? Weer keren? Ja hoor! Pff. “Nou ik weet het niet meer hoor Bas.” Ik schuif het raam naar beneden om de volgende routebeschrijving aan te horen. Deze Cubaan spreekt gelukkig heel goed Engels, dat scheelt. Hij biedt ons aan om met ons mee te rijden voor het grootste deel van de route. Van te voren heb ik gezworen geen lifters mee te nemen, maar ik ben inmiddels zo wanhopig dat dit wel een goed idee lijkt. Bas vindt het sowieso al prachtig, dus die stemt snel in.
Daar zitten we dan in de middle of nowhere, met een onbekende man achter in de auto, genaamd Alberto, op weg naar Cayo Santo Maria. Maar we kunnen nu in ieder geval niet meer verkeerd rijden!
Alberto is een hele aardige vent. Hij vertelt honderduit over zijn leven, zijn gezin en zijn land. Over wat je als toerist wel en niet moet doen, wat je beslist moet zien, enzovoort. En bovenal, we rijden echt de goede kant op! Onderweg stoppen we even om te tanken en om wat drinken te kopen. Heel Cuba staat zowat om de auto heen. De een haalt er een lapje overheen en de ander kijkt of er nog wat te halen valt. We vinden het best griezelig, want alles ligt in de auto; geld, reispapieren, kleding, alles! Alberto stuurt ze gelukkig weg. En ze gaan ook.
We vervolgen de weg weer. Alberto vertelt ondertussen dat een goede vriend van hem een sigarenfabriek heeft hier in de buurt. Dat we daar veel goedkopere sigaren kunnen kopen dan ergens anders op het eiland. En wij trappen daar natuurlijk in 😉 Hij belt de vriend die daar aan het werk is vandaag en vraagt of hij een pakje kan komen halen voor ons. Dat kan. Hij stapt uit en komt terug met een stuk of dertig sigaren. Voor maar 30 pesos! Wij hebben er niet echt verstand van natuurlijk, maar ze ruiken in ieder geval best goed! De echte sigarenliefhebber zal hier best van houden denk ik.

Cuba 2009
Alberto laat zich afzetten in Santa Clara. Hij zegt dat we nu een heel eind op weg zijn in de goede richting. Dat het nu nog 20 minuten rijden is voordat we de eindbestemming bereiken. Hij schrijft nog even zijn adres op, zodat we hem en zijn gezin nog kunnen bezoeken aan het einde van de vakantie, als we dat willen. We geven hem een bellenblaas en ballonnen voor zijn dochtertje, en zeep en tandpasta en 20 pesos voor hem en 30 voor de sigaren. Alberto wil het allerliefst T shirts of andere kleding van ons, maar we hebben eigenlijk geen oude spullen bij ons, dus dat geven we maar niet. Doei Alberto! Bedankt!
We vervolgen onze weg. Het lijkt allemaal de goede richting op te gaan, met de nadruk op “lijkt”. Op een gegeven moment raken we weer op een heel erge hobbelweg, dus toen hadden we het al kunnen weten; niet goed. De GPS laat ons in de steek. We vragen het aan een gezin dat langs de weg loopt. Helaas is alles in het Spaans, dus we komen niet veel verder dan wat handen- en voeten werk. We keren weer om en vragen nog zo’n vijf keer aan mensen of we de goede kant op gaan. En eindelijk! Veel later dan Alberto’s 20 minuten raken we dan op de goede weg. Het is een lange weg met aan beide kanten zee.

Na een half uurtje rijden komen we eindelijk aan bij ons hotel; Melia Cayo Santa Maria, vijf sterretjes, hehe. En dat is te zien! Het ziet er hier heel luxe uit. En alles is wederom all in!We checken in en worden door twee buddyboys naar onze kamer gereden, terwijl ze ons wegwijs maken op het terrein. Wauw man. Het is hier fantastisch!

Cuba 2009

Om over onze kamer maar te zwijgen; de inrichting is blauw geel met zonnetjes en maantjes. Heel leuk. En het bed is echt huge! Twee twijfelaars naast elkaar zeg maar. Er kunnen ermakkelijk vier in. En de badkamer, tja, gewoon mooi! We hebben nu toch al veel reisjes gemaakt, wij tweeën, maar zo’n mooie kamer hebben we nog nooit gehad!
We trekken wat zwemkleding aan en gaan richting de zee. Zelfs zo’n mooie zee heb ik nog nooit gezien. Azuurblauw water en wit zand. Even voelen met de teentjes; het water is lauw! Lekker dobberen dan maar na de lange tocht van vandaag! Klein nadeeltje is dat er inimini kwalletjes rondzwemmen, minder leuk. Maar zij vinden ons helaas wel heel leuk. Auw! Het lijkt net of je een steekje krijgt van een speld die daarna een beetje nabrandt. Bas heeft natuurlijk weer meteen een bult.
Na de zee gaan we even het zwembad checken. Ook al zo groot en mooi. Er zit ook een snackbar naast. We hebben wel een beetje trek, dus we bestellen een pizzaatje en een biertje.

Cuba 2009
Heerlijk daar waren we wel aan toe! Nou, nu nog even zwemmen dan. Wat zo leuk is, is dat er in het zwembad een bar gemaakt is. Dat is natuurlijk wel wat voor ons.
Daar zitten we dan, aan de bar in een zwembad op Cuba met ieder twee Cuba Libres voor onze neus. Wat wil je nog meer dan? Zonnetje is er bij, het is gewoon paradijs op aarde. Als je het zo gezellig hebt, heb je ineens niet meer in de gaten hoeveel van die Cuba Libres je nu eigenlijk op hebt. Vooral Bas niet.
In de hotelkamer gaat hij dan ook half knock out. Ik heb het in het begin nog niet zo in de gaten, dus ik sleur ‘m gewoon mee naar het buffet. Ik zal ‘m niet al te veel voor gek zetten, maar op het moment dat ik dit schrijf, ligt hij al te pitten. En we zijn net binnen. We moesten wel, want alles ging draaien zei hij. Haha. Morgen geen rum meer voor mijn lief denk ik.

Maandag 24 augustus

Bastiaan is zo fris als een hoentje! Ongelofelijk! Hij heeft ook wel een lange nacht gemaakt. Het erge is dat hij dus echt niet meer weet wat er is gebeurd sinds dat het licht uitging. Hij weet niet eens meer wat hij gisterenavond heeft gegeten. Aan het ontbijt zegt hij: ”We zaten daar toch?” “Nee, schat we zaten in de andere hoek, daar dwars tegenover” Vreselijk dus.

Cuba 2009
Maar goed, alles gaat weer lekker en na het ontbijt gaan we heerlijk naar het strand.
Even de handdoeken van gisteren omwisselen in de ‘handdoekkamer’. Ja echt, hier hebben ze een ‘handdoekkamer’. Mooi hè.
Tegen een uurtje of half een beginnen de maagjes wel weer te knorren. Vlakbij het strand zit er een restaurantje waar we kunnen lunchen. Ok, nog heel even liggen dan. Maar dat hadden we beter niet kunnen doen want ineens begint het me toch te gieten! Niet normaal! We racen naar het restaurant. Doorweekt komen we aan. Maar er zijn meer mensen die er zo uit zien gelukkig. Die waren ook net iets te laat.

Cuba 2009
Op de terugweg naar het strand stoppen we even bij de strand bar voor een pina coladaatje. Eentje maar hoor. We hoeven niet hetzelfde mee te maken als gisteren, hè schatje.

Cuba 2009
Om een uurtje of half vier en een paar kwallenbeten later ben ik het een beetje zat op het strand. We liggen er ook al vanaf vanmorgen half 10 ofzo. Dus we gaan nog even naar het zwembad. Hier relaxen we nog even lekker.

Cuba 2009
Jammer dat we morgen al weer weg gaan hier. Maar aan de andere kant, we gaan wel naar een mooie stad; Trinidad! Kijken hoe we er komen gaan… Hmm. Daar ga ik nu maar even een nachtje over slapen.

Dinsdag 25 augustus

Nadat we een lekker ontbijtje hebben genomen aan het luxe buffet van het hotel, is er toch echt een einde gekomen aan ons verblijf hier. Op onze deur hangt een briefje of we gebruik willen maken van een bellboy om ons en onze spullen naar de auto te rijden. Nou dat zou mooi zijn! Vijf minuutjes later staat hij voor de deur. Een hele vrolijke jongen. Eenmaal op het karretje vragen we aan hem wat de snelste route is naar Trinidad. Dat scheelt onderweg weer een paar stops 😉 Hij kan het ons in het Engels makkelijk uitleggen. We bedanken hem en geven een fooitje.

Cuba 2009

Cuba 2009

Ok dan! Op naar Trinidad. Bas z’n GPS en de routekaart staan weer op scherp. Onderweg genieten we van de mooie landschappen om ons heen. En aan de andere kant ook van de kleine huisjes waar de Cubanen in wonen. Je kunt je als je hun leefomgeving ziet niet voorstellen dat de mensen hier zo gelukkig zijn, maar ze zijn het echt. Ze zijn voornamelijk allemaal buiten en maken een praatje met elkaar of staan in de rij om een door een dorpsgenoot zelfgemaakt drankje te kopen. Welke dan gewoon uit het raam van een huis wordt verkocht. Lachen. En ze zijn gelukkig ook niet te beroerd om een toerist even te helpen met het vervolgen van zijn route. Het gaat natuurlijk wel in het vloeiend Spaans, waar wij geen r**t van verstaan, maar uiteindelijk komen we er toch altijd weer uit. Helemaal vandaag hebben we geluk. We rijden namelijk in één keer naar Trinidad, zonder te keren! Dat is een unicum tot nu toe. Er is even een klein stressmomentje als we middenin een stadje terecht komen waar maar mondjesmaat wordt aangegeven hoe we moeten rijden, maar gelukkig ziet iemand ons bekvechten. De man komt naast de auto staan en hij biedt aan om ons voor te rijden op zijn scootertje om ons zo door de stad heen te loodsen. Helemaal top dus.

Cuba 2009
Een half uurtje later komen we aan in Trinidad. We rijden een heuvel op en worden tegengehouden door een jongen. Hij gebaart dat we moeten omkeren. Nee hè. Hij zegt in het half Engels dat de straat is afgezet voor auto’s en vraagt waar we heen moeten. “Hotel Las Cuevas”. “Ah Hotel Las Cuevas, that is up the hill, go on!” We gaan dus toch goed gelukkig. Even later zien we het naambord van het hotel verschijnen. “High five!!”.

Cuba 2009

Cuba 2009

We frissen ons even op en willen eigenlijk meteen de stad in lopen, maar dan bedenken we dat de airco van de auto onderweg soms een beetje stonk en dat de motor soms niet in een keer startte. Nu is het niet zo erg omdat we er al zijn, maar stel je voor dat we onderweg naar de volgende bestemming stil komen te staan, daar moet je toch niet aan denken. Daarom lopen we naar de receptie om te vragen of zij voor ons het autoverhuurbedrijf willen bellen zodat iemand hierheen kan komen om de auto even na te kijken. De jongen van de receptie zegt dat hij niet kan bellen (er kan alleen op het terrein gebeld worden, niet daarbuiten), maar hij wil wel even met ons meerijden naar het verhuurbedrijf. Met gevaar voor eigen baan, dat wel, want als zijn baas erachter zou komen dat hij van het terrein af is, dan heeft hij een probleem. Dat bedoel ik nou dus, de mensen hier zijn gewoon zo gastvrij.
Met een omweg verlaten we het hotelterrein. De jongen navigeert ons door de stad. Bastiaan zit achter het stuur en ik zie hem zweten, rijdend door die kleine straatjes. Haha. Het eerste verhuurbedrijf waar hij ons heen wil brengen, is dicht. De tweede gelukkig niet. De auto wordt van top tot teen bekeken, maar de mannen kunnen niets vinden. Voor de zekerheid wordt wel even de reserveband opgepompt. Een geruststellende gedachte…..
Tijdens het wachten op de auto vraag ik aan de receptiejongen of hij nog een leuk restaurant weet in de stad, voor vanavond. Nou en dat weet hij wel hoor, we kunnen er heerlijk kreeft en garnalen eten enzo, zegt hij. We rijden er zo wel even langs, dan kunnen we gelijk reserveren. Haha.
“Karren maar weer”. Op naar het restaurant voor vanavond. De weg wordt steeds slechter. De verharde weg verandert in een weg met kleine keitjes. Vreselijk. Als de auto nog niks mankeerde dan doet ie dat nu wel! Gelukkig stoppen we snel bij het restaurant. Nou ja, restaurant, het is een huis met aan de achterkant een terras met vijf tafeltjes. Dit is gewoon van een familie die wat bijverdient door te koken voor toeristen. Een “Casa particular” genaamd. Ik kan niet anders zeggen, het ziet er hier goed uit. Het huis is mooi en schoon. Dus we reserveren om half 8 uur. Hopelijk kunnen we het nog terugvinden. Gelukkig schrijft de receptiejongen het adres voor ons op. En anders wil hij ons eventueel vanavond ook nog wel komen ophalen in de hotelkamer. Geregeld.
Op weg terug naar het hotel komt Bastiaan erachter dat zijn cameratas niet in de auto ligt. “Joyce, waar heb jij mijn tas gelegd?” “Welke tas, ik heb geen tas gezien.” “Die heb ik aan jou gegeven toen ik de auto ging halen voordat we wegreden!” “Ik heb echt geen tas gezien Bas, rustig!” “Ik kan nu even niet rustig zijn Joyce,…..” Paniek alom dus. Bastiaan beweert dat ik de tas had en ik weet 100% zeker van niet.
Hoe het ook zij, de tas ligt gelukkig nog bij de receptie van het hotel. Zij hebben ‘m netjes voor ons bewaard. Na nog wat gekibbel achteraf kunnen we nu eindelijk de binnenstad van Trinidad in.
We lopen de heuvel af naar beneden. Na al het rijden en de consternatie hebben we eigenlijk best wel trek gekregen. Beneden aangekomen horen we aan de linkerkant muziek. Leuke Cubaanse muziek. We lopen ernaar toe. Laat daar nou toch ook een bar en restaurant zijn zeg!
Er komt meteen iemand op ons af gelukkig. We geven aan dat we wat willen eten. Speciaal voor ons wordt er een tafeltje gedekt en we krijgen de menukaart. Lekker. We bestellen kip met rijst en natuurlijk een watertje en een biertje. 😉 Want we blijven immers Joyce en Bas..

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Na het eten zijn we klaar voor een tochtje door de stad. Trinidad is mooi. De straten bestaan uit keien en de huisjes zijn roze en blauw en geel gekleurd. De mensen zijn vrolijk, maar arm. Op een hoek van een straat is een winkeltje waar de lokale bevolking boodschapjes kan doen. Zeep en rijst, sigaren en eieren worden er onder andere verkocht. We lopen door en we komen een barretje tegen. “Hier wat drinken?” Binnen ziet het er heel gezellig uit. Cubanen zitten onder het genot van een fles Havana Rum gezellig te praten. Onder andere een hele leuke vent met een witte linnen broek en een grote riem met de letters “Royal Flush”, haha. Bas noemt hem ‘Big Daddy’.
Als we wat hebben besteld begint er een bandje te spelen. Vijf mannen. Een met een Bas gitaar, twee met gewone gitaren, een twee met een soort trommel. Echt heel gezellig. Volgens ons is dit typisch Cubaanse muziek en ook typisch genieten! Heel gezellig.
Als Bas even plassen is, word ik de dansvloer opgetrokken door een of andere man die hier ook feest aan het vieren is, haha. Als de band klaar is laten we ons verleiden tot het kopen van hun CD. Ach, leuk toch.
Als het tegen de klok van 7 uur is, gaan we weg, want we moeten om half 8 bij het restaurant van de receptiejongen zijn. Gelukkig duurt het niet lang voordat we het vinden. Nadat we het hier en daar hebben gevraagd natuurlijk.

Cuba 2009

Cuba 2009
In het begin zit er nog niemand. We zijn er zeker weer ingetrapt! Maar nee hoor, op een gegeven moment zitten alle tafeltjes vol! We krijgen een groot bord met vis, onder andere kreeft. Ik kan niet anders zeggen, het is echt heerlijk, en veel! De receptiejongen komt ook nog even checken of we er wel echt zijn. En dat zijn we!
Na het eten moeten we nog even plassen. Gewoon bij die mensen in de badkamer! Dat is wel gek eigenlijk, maar voor de mensen hier heel gewoon.
We beginnen alweer te gapen natuurlijk, dus op naar het hotel maar weer. De heuvel op! Wat een klim zeg, pfff. Nog een klein tussenstopje bij de bar van het hotel, en dan lekker slapen!

Woensdag 26 augustus.

Om een uurtje of 10 lopen we weer naar beneden de binnenstad van Trinidad in. Het is verschrikkelijk warm! We komen een druk straatje tegen waar de Cubanen winkelen en sapjes drinken aan een ‘lokale bar’. Dit wordt weer geserveerd vanuit de ramen van huizen, waar de mensen een blender hebben staan, en klaar! Een drukte van jewelste.
We nemen plaats op een terrasje om alles te overzien. Prachtig. Een vrolijk oud vrouwtje vraagt me om een vuurtje voor haar sigaret. Ze loopt wat in het rond op de straat en af en toe komt ze even terug om een praatje te maken.

Cuba 2009
Even later lopen we verder. Het lijkt wel steeds warmer te worden, niet normaal. We zijn echt doorweekt! Onderweg komen we nog een markt tegen, en we lopen nog een kerkje in.

Cuba 2009
Eenmaal weer buiten is het wel weer tijd voor wat drinken, omdat we veel vocht zijn verloren. Ook bij dit barretje is er weer een leuke band te vinden, die speciaal voor ons begint te spelen. En daarna natuurlijk weer een cd probeert aan te smeren. Maar zoiets hebben we er gisteren al gekocht, helaas voor de mannen.

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

We besluiten rustig aan weer naar het hotel te lopen. Er is een zwembad, dus daar kunnen we dan even relaxen en afkoelen! Dan gaan we vanavond weer naar beneden voor het eten. Zo gezegd zo gedaan.
We liggen een paar uurtjes onder de parasol, als er een enorme donkere lucht boven ons komt drijven. Hmm misschien maar terug naar de hotelkamer? Te laat! Het begint al te regenen. Als een gek rennen we bij het dichtstbijzijnde restaurant naar binnen, waar de deuren al voor iedereen worden opengehouden. In een half uur tijd valt er me toch een water! Dat valt in Nederland in een week nog niet eens! Als het iets minder is geworden, sjezen we naar de kamer.
Voor het diner lopen we weer de heuvel af naar beneden. In het grote Cuba boek dat we van Desiree hebben geleend, staat een restaurant aangegeven waar we wel heen willen. En we vinden ‘m! Ja niets is ons meer te gek 😉 Restaurant is hier op Cuba trouwens een groot woord hoor, het is meer een zaaltje met een paar gerechten op de kaart, that’s it. Er zijn nog een paar toeristen. Ook tijdens het eten worden we weer begeleid door een duo met gitaar en trommel. Gezellig.

Cuba 2009
Café Cancanchera staat bekend om zijn gelijknamige cocktails. Honing, spuitwater, citroen en nog wat alcoholisch zit erin, haha. Dat moeten we dus niet missen! Helaas gaan ze tien minuten na onze aankomst al dicht. Dus als we nog meer willen drinken, zullen we toch echt naar een ander onderkomen moeten. Op weg terug naar het hotel vinden we er een. Hier nemen we nog zo’n Cancanchera. Is lekker man! Het begint weer te regenen en iedereen wordt nat. Ach joh, wat maakt het ook uit!
Tegen elven lopen we toch echt terug. Ik ben het wel zat, maar Bastiaan wil nog even naar de discotheek bij ons hotel, Las Cuevas. Deze is zo speciaal omdat het in een grot is gebouwd. Nadat de bewaker aan het begin van de heuvel ons de verkeerde kant op stuurt en we door hem twee keer diezelfde heuvel op zijn gelopen, is ook Bas het zat. Slaapie slaapie. Wat een mietjes he…

Donderdag 27 augustus

Vandaag gaan we vroeg op, want we hebben een hele lange autotocht voor de boeg. Nog even een leuk feitje: Ik word deze morgen niet door de normale wekker wakker. Dan zou je denken, hoe dan wel? Nou, om tien voor zeven loopt er een kakkerlak over mijn buik. Jawel, onder de dekens. En het was geen nachtmerrie. Ik kan je zeggen, een betere wekker kun je haast niet hebben. Ik sta gelijk klaarwakker naast het bed. Bas denkt eerst nog dat ik een grapje maak, maar dan ziet ook hij het twee centimeter grote beestje suf in een hoek liggen waar ik ‘m heb heengeslagen. Lekker hè? Maar goed, ik probeer het trauma vanaf nu achter me te laten.
De autotocht dus, is maar liefst ruim 500 kilometer. Voor Nederlandse begrippen is dit al vrij fors, maar voor Cubaanse begrippen al helemaal. Dit aangezien de wegen hier dus vrij hobbelig zijn op de eerste plaats. Je kunt dus niet 120 km per uur rijden. En daarnaast moet je van alles en nog wat ontwijken onderweg. Met van alles en nog wat bedoel ik vandaag; Paard en wagens, fietsers, geiten, krabbetjes, honden, varkens, voetgangers, nog meer honden, bussen en een paar oude Amerikaanse auto’s. Niet gelogen! We komen ze allemaal tegen.
Wat dat betreft gaat de eerste helft van de tocht best voorspoedig. We maken nog een tussenstop in Cienfuegos, een mooie stad. Hier kopen we een schilderijtje van de enige echte Che Guevara, voor op de WC 😉

Cuba 2009
Maar dan.. Nadat we van de Autopista National afgaan, om de route naar Vinales te volgen, komen we terecht op een soort tussenweg, wat eigenlijk geen echte weg te noemen is. Het is meer een onverhard pad met hier en daar een stuk asfalt. Tot overmaat van ramp begint het ook nog een keihard te regenen. Bastiaan is de wanhoop nabij, haha.
Als we eenmaal weer op een harde weg terecht komen, raken we weer terug waar we begonnen waren. Met ander woorden; dat stuk onverharde weg hebben we dus helemaal voor niks gereden! Ik vertel alles nu wel in 1 alinea, maar in werkelijkheid hebben we hieraan zo’n twee uur tijd verloren! We stoppen in een stadje, kopen daar en stukje brood, en rijden verder. Net als er aan deze dag geen einde meer lijkt te komen, zien we een bord met daarop de Autopista National richting Vinales. Hèhè, die moeten we hebben. Na drie keer vragen langs de weg, komen we er uiteindelijk! Nu kunnen we doorrijden en de verloren tijd inhalen.

Cuba 2009
Ik denk zo’n twee uur later bereiken we Vinales, om half zeven in de avond. Dus toch wel zo’n 11 uur rijden later. Moet je nagaan.
We komen aan bij de receptie van Hotel San Vincente. Dit hotel is samen met twee andere hotels deel van Complejo Vinales. Het enige wat we niet weten is in welk van de drie hotels we gaan logeren de komende twee dagen. Dat staat niet op de reisvouchers. We hopen dat het dit hotel is, want de omgeving is prachtig! Het ligt in een mooie groene vallei met mooie bomen en planten en andere schoonheid der natuur! En het hotel zelf ziet er ook prima uit. Dus we wagen het erop. De meneer bij de receptie kijkt eens op zijn reserveringlijstje, en nog eens. Dan bekijkt hij de reisvoucher en trekt een vragend gezicht. “No reservations for you here” Kut, dit is ‘m dus niet. Wat jammer. Ik vraag in het Engels of hij dan de andere twee hotels zou willen bellen om te vragen waar we dan welkom zijn. Maar dat doet hij niet. De voucher is voor hem genoeg bewijs dat we vanuit Nederland hebben gereserveerd, zegt hij, dus hij zal een kamer voor ons regelen. “YES”!

Cuba 2009
Nadat we onze bagage in de kamer hebben gedropt, lopen we naar het hotel restaurant om een hapje te eten. En daarna kunnen we een glaasje befaamde Cuba Libre natuurlijk niet weerstaan. Daar kun je lekker op slapen. Zonder kakkerlakken, hopelijk… 😉

Vrijdag 28 augustus

Bastiaan wil vandaag graag vroeg uit de veren. Ik waardeer dat zo hè, van de lieve schat. Als hij een bepaalde tijd in zijn hoofd heeft om te vertrekken, kan ik daar namelijk minstens een uur van aftrekken, omdat ik die tijd nodig heb om te douchen, te föhnen, op te maken en aan te kleden. Vooral dat haar van mij kost veel tijd. Heel veel tijd. Maar ja, die krullen moeten toch goed zitten hè.
Maar goed, we gaan namelijk vandaag een excursie doen. Wel een hele leuke; een wandeling door de stille vallei van Vinales, en een bezoekje aan een lokale tabaksboer. Na het ontbijt lopen we naar de receptie om het te boeken. Eerst doen ze een beetje moeilijk omdat het eigenlijk een dag van tevoren gereserveerd moet worden, maar na een paar telefoontjes te hebben gepleegd, kunnen we toch terecht. We krijgen een briefje in de hand gedrukt met een adres erop. Daar moeten we heenrijden, dan wacht ene Susy op ons. Ok!
Nou, dat was makkelijker gezegd dan gedaan natuurlijk, want het halve dorp stuurt ons eerst drie keer de verkeerde kant op, voordat we eindelijk op de plaats van bestemming aankomen. En daar komt nog eens bij dat wij zoeken naar ‘de vrouw’ Susy. Je raadt het al, het is een kerel.   
Hij begeleidt ons naar een parkeerplaats aan het einde van de straat. Hier gaan we eruit en de vallei in. Op dit moment is het nog niet zo heel warm. Tijdens het lopen vertelt hij ons over de planten, dieren en de bevolking hier. Er was bijvoorbeeld vorig jaar een orkaan door de vallei heen geraasd, die alle huizen had verwoest. Dan moeten de mensen weer van voor af aan beginnen met het opbouwen van alles. Vreselijk gewoon.

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Aan de andere kant zien we prachtige plantages met bananen, cassaves, mais, aardappelen, enzovoort. En een mooi meer in het dal.
Na een uurtje lopen in de inmiddels iets warmer geworden vallei (pfffff), komen we aan bij de boerenfamilie die ons gaat laten zien hoe de tabak voor de o zo beroemde Cubaanse sigaar wordt verbouwd. We krijgen uitleg in het Spaans, maar het boertje praat heel langzaam en het is wel redelijk te begrijpen: de bladeren worden geplukt in november. Vervolgens worden ze tot maart te drogen opgehangen in een speciaal daarvoor gemaakte schuur. 90% van de bladeren verkoopt het boertje aan de regering. Deze bladeren gaan naar de sigarenfabrieken in de steden. De rest houdt hij voor zichzelf. Hij spuit de tabaksbladeren in met een mengsel van honing, citroen en rum voor een, naar eigen zeggen, specifieke smaak. De ingespoten bladeren bewaart hij vervolgens nog een aantal maanden in een baal, dan kan de smaak erin trekken. Na die tijd zijn ze klaar om tot sigaar gedraaid te worden.

Cuba 2009

Drie keer raden wie er eentje mag maken: Ikke!!! Hij doet er eerst een voor. Het is nog een heel precisiewerkje hoor. Maar het lukt mij ook! Deze mag ik zelf oproken, onder het genot van een kopje zelf verbouwde koffie. Bas, als niet roker, neemt ook een paar trekjes van mijn met trots gedraaide sigaar. Dat hoofd!! Prachtig. We kopen een setje sigaren van het boertje, bedanken hem voor de gastvrijheid en gaan weer de vallei in. Op de weg terug. Het is zo heet, je kunt onze shirts uitwringen.

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Als we terug zijn bij de auto, brengen we Susy terug naar zijn adres. Het was een zeer geslaagde tocht dit. Geweldig!

Cuba 2009
Na inspanning komt ontspanning. We hebben ons zelf beloofd dat we de rest van deze middag bij het zwembad van het hotel mogen vertoeven. Relaxed.
De zon is achter een wolkje verdwenen, dus het is niet meer zo warm. Als we een uurtje hebben gezeten en gezwommen, wordt het wel weer erg donker. Het lijkt wel alsof hier elke dag rond een uur of drie, vier een fikse bui valt. Zo ook weer vandaag. Schuilen! Helaas, daar gaat ons middagje zwembad. Toch heb ik er hier minder moeite mee als het regent op een of andere manier. Als dit Spanje zou zijn, dan zou ik nu chagrijnig zijn. Het heeft gewoon wel wat. Gek hè.
Toen we hier gisteren naartoe reden, zag Bastiaan in de verte een grote grot. Het leek alsof het een restaurant was. Best leuk om daar vanavond te gaan eten dus. We rijden erheen.
Eenmaal daar, is het helaas geen restaurant, maar gewoon een bar waar je ook de mogelijkheid hebt om de grot wat verder in te gaan. Dat willen we niet, dus we nemen alleen een drankje. Dan eten we wel wat verderop, want daar hebben we ook een leuk ogend restaurantje gezien.
Het lijkt wel of we pech hebben, want het leuk ogende restaurantje verderop is dicht. Wel staan er twee mannen die ons naar een casa particular willen krijgen, maar daar hebben we vanavond geen zin in. Dan eten we gewoon bij het hotel, ook prima hoor.

Cuba 2009
Op het terrein hier bij het hotel lopen erg veel (zwerf)honden. Eentje is er zo lief.. Ik heb hem gevoerd, ook al mag dat eigenlijk niet van de eigenaars. Nou ja, die beesten hebben toch ook hartstikke honger!
Na het eten nemen we nog een cocktailtje, en dan zzzzzzzz…..

Zaterdag 29 augustus

Om een uurtje tien na het ontbijt vertrekken we, met een klein beetje pijn in ons hart, uit deze mooie plaats. Maar aan de andere kant staat er wel een hele leuke plek op het programma voor de komende dagen; Havana! Dé hoofdstad van Cuba! Daar moet je zijn geweest! We gaan hier drie nachten doorbrengen. Havana here we come!
Het is ongeveer een kilometertje of 160 vanaf hier, en aangezien we hier gelukkig vlakbij de Autopista National zitten, denken we er zo’n drie uur over te doen. Voor Cubaanse begrippen vrij snel dus, vooral vergeleken met eergisteren.
Na een uurtje zitten we inderdaad op deze weg. Het is vandaag op een of andere manier best eng om over deze weg te rijden. Het gebeurt hier van alles, behalve dat mensen op de weg letten. En het is ook drukker omdat het weekend is denk ik. Niet te hard rijden dus maar.
Het is geen leuk verhaal, maar we hebben ontdekt dat wanneer er een zwerm kalkoengieren boven een bepaald stuk op de weg zweeft, er een dier is aangereden. Deze vogels zijn namelijk echte lijkenvreters, hebben we ons gisteren laten vertellen door Susy.
Ja hoor, daar zien we wat liggen. Het is best groot! Oh nee hè, het is een zwerfhond die is doodgereden! Echt vreselijk om te zien. Hier kijkt men niet om naar honden, ze lopen overal rond en zijn heel mager. Echt zielig. Laat staan als er eentje dood langs de weg ligt. Dat doet niemand wat. Bah. Nou, mij laat het niet los. Helaas komen we nog een aantal keer een dode hond tegen, die wordt opgevreten.
Maar nu het leuke! We rijden Havana in. Het is druk, heel druk! Ik let weer goed op de weg, en Bas navigeert ons naar hotel Inglaterra. Gelukkig gaan we in een keer de goede kant op.
Het is hier echt volgebouwd, en je ziet overal auto’s, bussen, fietsers en scootertjes. De gebouwen zijn oud en vervallen. De panden die wel mooi onderhouden zijn, zijn van de staat.
We parkeren de auto voor de deur van het hotel. Er komt gelijk een mannetje naast onze auto staan. Hij vraagt ons hoe lang we willen parkeren. Bas zegt: “We don’t know”, ik zeg: ”We leave 1 September”. Lekker op één lijn ook weer hè 😉 We bedenken dat we eerst gaan inchecken, en later terugkomen om te zeggen hoe lang we hier precies zullen parkeren. Misschien hebben ze wel een ondergrondse parkeerplaats bij het hotel, je weet niet toch?
We checken in en worden naar onze kamer gebracht door de bellboy. Als Bas heeft geplast, stopt de WC alleen niet meer met doortrekken. Er moet iemand bijkomen.
De man kan het niet fiksen, dus we krijgen een andere kamer. Prima. De kamers hier zijn wel ok, maar best aan de kleine kant. Helemaal vergeleken met wat we gewend zijn de afgelopen dagen. O ja, en ze hebben geen raam. Dus daglicht zit er niet in. Haha.
We gaan naar beneden om een broodje te eten en daarna de stad in. Eerst nog even de parkeerman zeggen hoe lang we nu blijven, want er is dus geen ondergrondse parkeerplaats. Tot en met 1 september kost 6 pesos, zeg maar even 5 euro. Valt mee voor drie dagen, in Amsterdam betaal je dat per uur. De man wijst ons op de linkerachterband van onze auto. Oei, die is aan het leeglopen zo lijkt het. Oh nee. We hebben wel eens gezien hoe een band verwisseld moet worden, maar om het nu zelf te doen is toch wel weer het andere uiterste. Dat wordt een echtscheiding denk ik. Laten we nog even afwachten tot morgen en nu de stad inlopen.
Het is weer verschrikkelijk warm. We lopen door een winkelstraat en Bas wordt gelijk aan zijn mouw getrokken door een moeder met een klein kindje. Of hij een pakje melk voor het meisje wil kopen. Dan moet je net Bastiaan hebben. Ik weet inmiddels dat wanneer hij nee zegt, hij ook echt nee bedoelt. Maar deze vrouw nog niet… Op z’n zachtst gezegd is Bas niet blij. En ik ben op dat moment ook nog eens een winkel in gelopen, dus als ik terug kom word ik meegesleurd een andere straat in. “Hier gaan we weg! Ik word hier gek!”

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

We lopen een ander straatje in en op de hoek hiervan zien we een (gelezen in het Cubaanse boek) beroemde bar: El Floridita. Hier dronk een van Cuba’s helden, schrijver en kunstenaar Ernest Hemingway altijd een daiquiry, of twee.. Nu is het alleen nog maar een bar en restaurant waar veel toeristen komen, die dan natuurlijk ook een daiquiry drinken. Zo ook wij, als echte toeristen zijnde! Lekker hoor! En dat mag ook wel voor die prijs. 12 pesos voor twee drankjes is hier echt rete veel geld. Maar het is het waard.
We hebben voor vandaag niet echt een plan gemaakt, dus we lopen lekker wat in de rondte. Winkeltje in en uit, barretje in en uit. En heet dat het nog is. We zweten ons weer helemaal leeg.
Soms lopen we een straatje in waar je nauwelijks toeristen ziet, dat is best naar. Niet dat de mensen zo eng zijn, maar het is gewoon zo armoedig en vies hier. Dan worden we ook aangesproken door bijdehandte mensen die vragen om zeep of ze bieden sigaren aan of weten een restaurant. Bastiaan is nog een beetje in de war van die moeder van vanmiddag, dus die wijst iedereen af, haha. En qua sigaren hebben we sowieso al een lesje geleerd. O o o wat waren wij naïef zeg. Achteraf hebben we namelijk in het Cuba boek gelezen dat je nooit sigaren van Cubanen moet kopen die ergens een “vriend” hebben die in fabriek werkt, omdat deze van veel mindere kwaliteit zijn dan de sigaren uit de echte fabriek of de winkels. En dat zo’n pak maar 3 tot 5 pesos waard is. Wat betaalden wij ook al weer? Scroll maar even terug…. Ik durf het niet meer te zeggen!

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Op een gegeven moment komen we een kunstgalerietje tegen. “Dat vind ik een mooi doek”, zegt Bas. Het is een schilderij met daarop de bar “La Bodeguita del Medio” en op de voorgrond staat zo’n typisch Amerikaans (en inmiddels Cubaanse) oldtimer. Heel leuk. Trouwens ook deze bar is bekend door het bezoek van Ernest Hemingway. Hij dronk hier mojito. We kopen ‘m. Voor op Bas zijn computerkamertje 😉
Je raadt het natuurlijk nooit, maar welke bar komen we verderop tegen; juist! La Bodeguita del Medio!! Een mojitootje dan maar? Hmmm!
We zijn het zweten wel een beetje zat, dus we gaan naar de hotelkamer om even te douchen en iets anders aan te trekken. Even lekker fris.

Cuba 2009
Eigenlijk wilden we vanavond eten bij een restaurant uit het Cubaanse boek, maar die konden we niet vinden. Dus vanavond gaan we lekker makkelijk in het hotel zelf eten. We hebben vouchers gekregen zodat je een gratis hoofdgerecht kunt eten. We blijven toch Hollanders nietwaar? Het eten is niet geweldig hier. Ten eerste zijn het niet alle hoofdgerechten die gratis zijn, maar vier. En dan willen we een van die vier bestellen, is het op! Beetje jammer. Maar ja.
Na het eten gaan we nog even lekker buiten zitten en luisteren naar een Cubaanse band. Onder het genot van zo’n veel te dure nepsigaar. Ja, zelfs Bastiaan heeft weer meegerookt. Ongelofelijk hè.

Zondag 30 augustus

Als de wekker van de telefoon gaat om half negen, denk ik dat het nog middernacht is. Zo donker is het in die kamer! En ik heb altijd al een beetje last van opstartproblemen. Hup, eruit en douchen, dan gaat het wel weer.
Eenmaal gegeten en buiten, lopen we eerst naar de parkeerplaats om te kijken hoe het ervoor staat met onze band. Die is dus hartstikke lek. Kut, dat wordt verwisselen. Een van de parkeerbeheerders komt naar ons toe en wijst naar de band. Ja, dat hadden we al gezien! Hij wijst naar de achterbak en we doen ‘m open. Hij pakt uit zichzelf de reserveband en begint ‘m te verwisselen. Wat lief! Wij staan erbij en kijken er naar, voelen ons eigenlijk een beetje lullig, maar ja. Als hij het doet.. Met 10 minuten is het gebeurd. Nou ja, te gek! We bedanken hem en geven hem een paar pesos. Kunnen we met een gerust hart naar de sigarenfabriek.
Deze schijnt achter het hotel te liggen. Onderweg komen we een arm mannetje tegen, die een vies oud flesje omhoog houdt. Hij gebaart of ik er een beetje water uit mijn flesje in wil doen. Ik vind hem wel zielig, dus hij krijgt wat. Het mannetje is heel dankbaar.

Cuba 2009
Een stel Cubanen, ziet het gebeuren en lacht goedkeurend. Een jongen en een meisje. Ze praten redelijk Engels; “You have a nice Holiday?” vraagt de jongen. Zo raken we aan de praat. De jongen werkt in de sigarenfabriek en het meisje is salsadanslerares. We horen dat de sigarenfabriek gesloten is op zondag, dus we lopen al pratend een stukje met hun mee. Het meisje wil graag de dansschool laten zien. Ok, best leuk. We lopen mee, een paar straten het centrum in. Ze kletsen honderduit. We komen bij de dansschool aan en ze laat het een en ander zien en vertelt dat deze dansschool vroeger het huis was van de zoon van Fidel Castro. Grappig, best leuk om te weten. We lopen weer verder en ze vragen of we meegaan wat drinken in een barretje op de hoek daar. Prima, dan gaan we daarna weer onze eigen weg.
Dit cafeetje was vroeger de stamkroeg van de Buena Vista Social Club, zeggen ze, en we krijgen een soort Mohito voorgeschoteld. We kletsen weer verder, over van alles en nog wat. Zij hebben bijvoorbeeld Havana nog nooit verlaten omdat ze dat niet mogen van de regering. En ze vertellen over de munteenheid van de Cubanen zelf, over hun werk, dat ze samen met hun familie in een huis wonen, en ze vragen ook veel over Nederland. Ze bestellen ondertussen nog een drankje. Op dat moment hebben Bas en ik nog een half glas staan.
Als wij ons glas leeg hebben, geven we aan dat we weer verder gaan en dat we willen betalen. Bas begint zich ook een beetje ongemakkelijk te voelen met die -toch eigenlijk- vreemde mensen. De barman schuift Bas de rekening voor zijn neus, dat is al het eerste. Wij moeten dus betalen. Maar dan komt het; 36 pesos!!! Dat komt neer op ongeveer 6 euro per drankje waar nog niet eens alcohol in zat. Veel te veel dus. En daar komt bij dat zij er dus even gauw in die korte tijd twee ophebben. En dat mogen wij neertellen. Met andere woorden; wij zijn er weer eens ingeluisd! Wij naïeve toeristen zijn voor de tweede keer blind van vertrouwen ergens op in gegaan. Maar gelukkig komt dat besef op tijd, en hier ga ik dus niet aan meedoen.
Ik zeg tegen haar dat wij ons deel wel betalen, 12 pesos dus, wat eigenlijk al veel te veel is. En dat zij en haar vriend zelf maar de rest moeten bijleggen. “You had four drinks and we only two, I’m not paying this amount for your drinks!” “But we cannot pay in convertible pesos”, zegt ze. (Convertible is alleen voor toeristen). De jongen schreeuwt wat tegen Bas en inmiddels staat de barman er ook bij, die mengt zich er ook nog even in: “You invited them, then you have to pay,” zegt hij tegen Bas. Jaja, denk ik, die eikel zit natuurlijk gewoon ook in het complot. “Bas sta op, we gaan, ik betaal dit absoluut niet.” “Ja, maar dat kan toch niet zomaar.” “Bas sta nu op!” De barman zijn prijs is al gezakt. Als we nog een tientje zouden neerleggen dan zou het goed zijn. 22 dus, moet je nagaan, al 14 van de beginprijs af. Maar nee, bedankt!!!! “Bas, NU!” Eindelijk staat ie op. De jongen en het meisje spreken ineens geen Engels meer, en de barman gebaart wat in de rondte over politie die zou komen als zij niet konden betalen, blablabla. Nou het zal wel, wij lopen weg, daaaggg! Pfff, hebben wij dat weer? We lopen iets harder dan normaal weer richting de hoofdstraat, waar we vandaan kwamen. Gelukkig komt niemand ons achteraan. Eenmaal weer in de hoofdstraat spreekt een ander stel ons aan: “Happy Holidays?” Haha… “ Fuck you!”

Cuba 2009
Om even bij te komen van de schrik drinken we even een frisje op het terras van het hotel. Bas is trots op me dat ik me niet liet ompraten door die gasten. Wat een avontuur op de vroege morgen!
Iets ontspannenders dan maar. Een bustour door Havana. Voor een paar pesos kun je door de stad toeren, je kunt ook uitstappen en weer op de volgende bus stappen als je wilt. Wel leuk dus. We zitten op het dak, dan kunnen we alles goed bekijken.
Als we een half uurtje onderweg zijn en veel bezienswaardigheden hebben gefotografeerd komt Bas erachter dat we wel dicht bij een cache rijden. “Zullen we dan de volgende halte uitstappen?” Helaas is de volgende halte niet zo dichtbij en kunnen we in die bloedhitte nog anderhalve kilometer terug lopen. En dat ook nog zonder resultaat. We weten namelijk wel ongeveer waar die moet liggen, maar alles is te vies om aan te raken. Dus we besluiten dat we een cache gaan doen als we richting Varadero rijden overmorgen. Daar ligt er ook een.

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

We kunnen geen bushalte van de tour vinden en hebben geen zin om naar het hotel te lopen, dus we houden een dopje aan. Zo noemen wij de gele overdekte ronde taxiscooterjes, die je hier overal ziet rijden. Heel grappig zijn ze. Je kunt met z’n tweeën achterin. De chauffeur probeert ons natuurlijk onderweg een rondje stad aan te smeren, maar daar hebben we geen zin in.
Vanaf het hotel lopen we de winkelstraat in die ertegenover zit, om een eettentje uit te zoeken voor de lunch. Laten we hopen dat we een redelijke vinden, aangezien Cuba, en vooral Havana, niet bekend staat om z’n goede keuken. En dat is nog aardig omschreven. We vinden een muffige pizzeria. Eigenlijk wil ik hier niet naar binnen, maar Bas haalt me over. Achteraf zijn de pizza’s best lekker! Eindelijk een beetje iets met een vertouwde smaak naar binnen gekregen. Na het eten lopen we nog wat verder de straat in en horen een leuk bandje spelen. Dat is hier zo leuk! Zo wat op elke hoek van de straat staan er mensen muziek te maken. Heel gezellig. We gaan naar binnen en drinken wat. We zijn de enige hier, dus ze spelen zelfs verzoeknummers, haha. En uiteindelijk gaan we ook nog met ze op de foto. Leuk. Als we achteraf hun CD niet kopen, spelen ze ook geen noot meer. De liefde is meteen over.

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Ik ga hier nog even plassen. Er zit een oud toiletjuffrouwtje voor de wc deur te wachten op klandizie. Ze wil graag 1 peso ontvangen. Wel veel dus voor 1 plasje. Maar, ik krijg er wel maar liefst drie velletjes WC papier bij voor die prijs, haha. Stel je voor dat ik niet alleen hoefde te plassen…
Nu willen we douchen! Heel graag douchen! We voelen ons namelijk echt vies door het zweten en de omgeving.

Cuba 2009

Cuba 2009
In het Cuba boek heb ik gelezen over een Italiaans restaurant met positieve omschrijving. De kok is zelf Italiaans dus dat moet goed komen met het eten. Het restaurant zit onder een hotel Capri. Het is best wel ver weg, dus we bedenken dat we het eerste stuk lopen en voor de rest nemen we een dopje. Zo gezegd zo gedaan. De chauffeur, die overigens dezelfde is als van vanmiddag, alleen hij kent ons niet meer, zet ons af en vraagt; “You really want to stop here, hotel Capri is closed.” Haha nee toch? Grapje. Maar nee, helaas geen grapje. Het gebouw dat vroeger hotel Capri was, is omringd door hekken. Dus het restaurant kunnen we ook wel vergeten. Maar we hebben net 6 pesos afgetikt, dus we blijven hier wel even rondzwerven op zoek naar wat anders. Onderweg komen we een ander restaurant tegen; La Roca. De staat ook in het boek dus die zal dan ook wel goed zijn. Eenmaal binnen ziet het er inderdaad heel goed uit. De obers en de serveersters zijn mooi gekleed, en is geheel is gewoon best chique. Nou wat een geluk, toch nog wat gevonden in deze omgeving.
Vooraf nemen we parmaham en een mandje brood met aioli. Echt zo lekker hebben we de laatste dagen niet gegeten! Als hoofd neemt Bastiaan een soort biefstuk op spies en ik neem een gordonblue van kip. Helaas is deze laatste niet zo geslaagd. Tot drie keer toe moet ik ‘m terug sturen naar de keuken, omdat de kip gewoon nog roze is van binnen. Dat kan natuurlijk niet, maar dat hebben ze hier niet zo in de gaten geloof ik. De derde keer dat ik de kip terug krijg, ben ik er wel klaar mee. Bas is allang klaar met eten dus dan is het ook niet meer zo gezellig. Jammer.
We gaan met een gewone taxi terug naar het hotel en nemen hier nog een slaapmutsie.

Maandag 31 augustus

Dan is vandaag toch echt de dag dat we de sigarenfabriek gaan bezoeken! Zonder ons te laten aanspreken door vreemde mensen. Op de weg ernaartoe worden we om de paar meter aangesproken door mannen die (nep)Cohiba’s aan ons willen verkopen voor weinig geld. Op het laatst worden we er echt gek van. Zelfs als we binnen zijn in de fabriek staan ze op een hoekje: “Pssssttt! Sigars Cohiba’s Come look!! Cheap!!” NEEEE!!!

Cuba 2009
De volgende tour in het Engels is pas over ruim een uur. Hmm. Dan lopen we nog even terug en gaan nog een keer de bustour van gisteren doen, die hebben we toen niet helemaal afgemaakt. Even lekker uitwaaien op het dak van de bus, want het is weer lekker heet vandaag.

Cuba 2009

Cuba 2009

Ruim een uur later staan we weer bij de fabriek. We mogen geen fototoestel meenemen, das jammer. De gids neemt ons mee. Er werken in totaal 700 mensen in het gebouw, verdeeld over zo’n 6 afdelingen. De verschillende bekende merken, zoals Montecristo, Cohiba en Romeo y Juliette, worden hier geproduceerd. Iedere afdeling doet een ander deel van de productie. Eerst worden alle tabaksbladeren geteld en gesorteerd op kwaliteit. Op de volgende afdeling worden ze per baal gewogen. De bladeren die het mooist zijn, worden gebruikt voor de buitenkant van de sigaar. Deze bladeren zijn ook het meest kostbaar. Vervolgens wordt op afdeling drie de binnenkant vakkundig tot een cilindervorm gerold. Echt mooi om te zien. Dan gaan ze in een speciale pers, waar ze een bepaalde tijd in moeten blijven om helemaal tot vorm te komen. Daarna wordt het blad voor de buitenkant uitgesneden en dit wordt om de ‘binnenkant’ heen gerold. Een heel klein rondje wordt vervolgens uitgesneden voor het puntje van de sigaar. En deze wordt er met een soort lijm gemaakt van gom en rijst, op geplakt. Wat kunnen ze dat goed ook, ongelofelijk. Allemaal even strak. Een leek ziet het verschil niet.
Maar de mensen hier zien het verschil wel, want op de volgende afdeling wordt naar de kwaliteit van de gerolde sigaren gekeken. Als de sigaren door deze ronde heen komen, worden ze steekproefgewijs geproefd. Het lijkt een leuke baan, maar je moet wel verplicht de hele dag sigaren roken. Pfff.
Als laatste worden ze de in de doos gelegd, op kleur. Het is dus echt een heel werk vanaf het moment dat het tabaksblad binnenkomt tot het moment dat de sigaar in de doos gelegd wordt. Omdat het soms wel eentonig werk is, wordt tussendoor de krant voorgelezen of de radio staat aan. Afgekeurde sigaren trouwens, mogen de werknemers zelf oproken of meenemen naar huis. Daar komt ook het aanbod op straat mede vandaan, denk ik. Nooit kopen op straat dus, deze kwaliteit is niet, of minder goed. Moet ik zeggen dus… Maar goed, al doende leert men zullen we maar zeggen.
Na deze leerzame rondeleiding, vinden wij het wel weer tijd geworden voor een ‘lekker’ Cubaans hapje. Van de week tijdens het lopen heb ik ergens een restaurant/bar gezien waar ze ook sandwiches en hamburgers hebben, dus daar lopen we heen. Bastiaan neemt een hamburger met friet (wat later gekookte aardappels blijken) en ik een broodje chorizo/ queso. En een biertje om de boel snel weer weg te spoelen. 😉
Hierna lopen we nog even de winkelstraat in om nog ergens wat muziek te luisteren. Onderweg komen we een man tegen met een hond. Ik zie ineens dat hij als riem een snoer van een telefoon gebruikt, en nog gekker, in zijn hand heeft hij de hoorn vast. Om te gieren! “Moet je nou kijken Bas!! Die vent laat zijn hond uit aan een telefoonsnoer! Hahaha effe stiekem een fotootje maken!” De man heeft natuurlijk allang in de gaten dat wij naar hem staan te kijken en hij gebaart dat ik dichterbij moet komen met de camera. Ok! Hij pakt die hond aan een pootje vast en legt hem op de grond met de hoorn tegen zijn oortje. Dat heeft ie dus vaker gedaan want doe hond geeft geen kick. Als die man die hond nog een paar poses aan heeft laten nemen, vind ik het genoeg. En een beetje zielig toch wel. Hij vraagt om geld. Ik geef hem een tube tandpasta. Dan kan hij die drie tanden in z’n mond fris houden. Hihi.

Cuba 2009

Cuba 2009

Ik loop weer terug naar Bas. We willen een barretje in lopen, als de man met de hond weer onze kant opkomt. Bastiaan moet mij, hem en de hond op de foto zetten, is de bedoeling. Ik moet dan de hoorn vasthouden. Ok, vooruit dan maar eventjes. Hij geeft me die vieze gore hoorn in de hand en ik houd ‘m voor m’n oor. De man pakt de hond vast en Bas begint foto’s te maken. Het ziet er niet uit! Ik met die man en die hond, haha. En wat denk je dat die vent ook nog doet? Hij pakt het pieletje van die hond voor de grap vast! Nou dat is toch niet normaal! Ik weet niet waar ik kijken moet en ondertussen ligt Bas helemaal krom van het lachen vanachter de camera. Tjezus!!! Ok klaar nu! Arme hond! Nou ja, hij is waarschijnlijk niet anders gewend dat beest.. Heb ik weer hoor.
En nu echt heel snel dat barretje in Bas! “Je had die kop van jou moeten zien”, sputtert hij door. “Jaha, weet ik veel dat ie dat ging doen!!”
Na nog wat winkeltjes te hebben bekeken komen we aan het einde van de middag terecht bij een net uitziend terrasje in een mooie straat. Hier gaan we ff een Cuba Libre drinken. De bediening is ook heel aardig. Alleen als we de drankjes krijgen zit er haast geen rum in. Ja, want we zijn inmiddels kenners geworden weet je. Ik vraag de serveerster of er wat bij mag. Prima. Nu is ie goed. Als we willen betalen blijkt waarom er zo weinig rum in zat, het kost maar 1,25 pesos per glas. Hier blijven we dus nog even zitten, dat snap je. We blijven eigenlijk zo lang hangen dat we bedenken hier ook maar te blijven eten. We zagen net namelijk lekkere spaghetti voorbijschuiven. We bestellen het bij de ober. Eerst krijgen we nog een schaal broodjes. Lekker. Als we dan ook nog een overheerlijk soepje krijgen, denken we dat het niet goed gaat; “We ordered only spaghetti?” “Yes this is included”, zegt de ober. Ok als we dan maar wel genoeg geld hebben!  
Uiteindelijk gaan we helemaal volgegeten en gedronken weg voor maar 16,50 pesos. Koopje niet? En lekker ook voor de verandering!
Eenmaal terug in het hotel beginnen we rustig aan met pakken. Dit is onze laatste dag hier namelijk. Morgenochtend gaan we naar Varadero om de laatste vier dagen van de vakantie lekker te relaxen. Heerlijk! We hebben er allebei zo’n zin in!

Dinsdag 1-, woensdag 2-, donderdag 3- en vrijdag 4 september

We vertrekken vroeg, een uurtje of acht deze morgen. Dan liggen we op tijd op het strand. We checken uit en stappen in de auto.
Havana uitkomen is moeilijker dan Havana inkomen, moeten we toegeven. Maar gelukkig bereiken we uiteindelijk de weg naar Varadero. Het is geen Autopista, iets kleiner, maar het rijdt aardig.
We rijden Varadero binnen. Bastiaan, onze enige echte Geocache fanaat, wil willens en wetens zijn Geocoin hier achter laten op Cuba. Omdat dit niet is gelukt in Havana, heeft hij als back up een paar caches uitgeprint voor hier. We rijden er in de buurt volgens de GPS. De cache heet “Mi Casa”. Het piepje gaat vlakbij een huis. Dat zal Mi Casa wel zijn dan. Maar er is gewoon iemand thuis. Hoe kun je dan zoeken?! Bastiaan stapt uit de auto en de bewoonster komt naar buiten. “Geocache” Vraagt hij aan de vrouw? Eerst hoort ze het niet zo goed maar als hij het nog een keer vraagt hoor ik: “Si si!!” Ze loopt naar binnen en komt buiten meet een doosje met allerlei geocoins en kleine speelgoedjes. Of we even binnen willen komen. Haha wat een grap dit zeg. Leuk hoor!
De vrouw spreekt natuurlijk alleen Spaans, maar we begrijpen dat haar man (of haar schoonzoon, kan ook) van Duitse afkomst is, en dat hij de cache hier heeft gemaakt. We krijgen koffie en water en we praten gezellig wat. Bastiaan verruilt zijn coin met die van iemand anders die hier is geweest en dan gaan we weer op pad.

Cuba 2009

Cuba 2009

Nu moeten we toch niet ver weg meer zijn van ons hotel; Paradisus. Paradijs dus, dat klinkt alleen al geweldig. Het is een lange weg die we af moeten rijden, dan zouden we er moeten komen. Na een half uur rijden komen we ook inderdaad Hotel Paradisus tegen. We rijden het erf op en pakken de auto uit. Met koffer en al rijden we naar de ingang. We worden aangehouden door een man met een gastenlijst. Onze namen staan er niet op. Hmm dat is vreemd, dat kan gewoon niet. We laten de koffers even staan en lopen door naar de receptie. Hier horen we dat er twee hotels zijn die de naam Paradisus dragen, en dat wij dus niet bij het goede hotel staan nu. Natuurlijk. Zelf op het laatst gaat er nog wel weer wat mis bij ons. Hoe kom je er ook op om in een plaats twee hotels dezelfde naam te geven? Ik kan hier niet bij hoor. Maar goed we pakken de boel wel weer in. Bas is inmiddels ook een beetje zijn geduld kwijt. We krijgen aanwijzingen waar ons hotel moet zijn. Ongeveer vijf minuten van hier, na een politiepost rechts. Het is ook goed dat we die aanwijzingen kregen, want er staat dus geen enkel bordje dat ons lijdt naar deze weg. Na nog een keer vragen rijden we de goede kant op, denken we. Het rottige is namelijk, we komen bij de leverancieringang in plaats van de ingang voor de gasten. Er hangt een touw dus we kunnen er niet door. De man die verantwoordelijk is voor deze ingang laat ons er ook beslist niet door. We moeten helemaal terugrijden en een andere weg inslaan, dan komen we bij de goede ingang. Dit terwijl de ingang voor ons op vijf meter afstand is, echt waar. Alleen niet via de officiële weg dus. Heel heel heel flauw. Maar goed, dan rijden we wel weer om joh. Als we eindelijk wel de goede ingang hebben gevonden, begint gelukkig het echte paradijs. Want het is hier mooi, heel mooi! En nog luxer dan ons relaxhotel aan het begin van de vakantie. We moeten even een uurtje wachten tot de kamer klaar is, maar dat is niet zo’n probleem hoor. We wachten wel op het strand. Wit zand en lichtblauw water, daar word je niet chagerijnig van toch? Hier redden we het wel de komende dagen denk ik zo. Hhhmmm.

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

We gaan elke dag bijtijds uit bed om lekker vroeg op het strand neer te strijken. Beetje lezen, beetje zonnen, beetje luieren. Tussen de middag een lekkere lunch in het restaurant aan het strand. Na het strand nog even lekker een drankje aan de bar in het zwembad. Ja, die hebben ze hier ook! Werkelijk, het is hier heerlijk! Dus je begrijpt wel dat het binnen een mum van tijd vrijdagavond is. En in dit geval betekent vrijdagavond: inpakavond.

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Cuba 2009

Zaterdagochtend om half elf worden we opgehaald en naar het vliegveld gebracht. De lange reis naar huis gaat helaas beginnen.
Cuba. Wij zullen dit geweldige, indrukwekkende, mooie, gastvrije, arme, communistische en soms vieze, verkeersbordloze eiland in ieder geval nooit vergeten. Het was top!

Joyce

Weekend Milaan

Verslag weekend Milaan juni 2009

Weekend Milaan

 

Bastiaan vond dat hij als verjaardagscadeautje wel een weekendje weg had verdiend. Daar heeft hij eigenlijk wel gelijk in, want ik heb al zó veel weekendjes weg van hem gekregen. En aangezien ik een paar enorme geldbomen in de tuin heb staan (pfff), kon het er nog wel vanaf. We gaan naar Milaan!

Donderdag 4 juni

Om half zes in de avond nemen we de trein naar Schiphol. Dan zijn we ruim op tijd voor vertrek aanwezig. Dat klopt inderdaad, want iets na zessen zijn we er al. En we gaan om half negen vliegen. Dan kunnen we mooi nog even shoppen!

Als je met Easyjet vliegt, vertrek je vanaf een andere gate dan normaal. Dus helaas gaat de shopvlieger niet op. Nou ja, dan gaan we vast door de douane en dan wachten we toch bij die andere gate? Aldaar worden we tegengehouden. We zijn te vroeg! Volgens de douanemevrouw is er hier niets te doen, dus we moeten wachten tot een half uur voor vertrek. Wat vind je daar nou toch van. Overal staat dat je twee uur van te voren aanwezig moet zijn. Ben je een keer op tijd, mag je niet door de douane!

Dus een tippie voor degene die met Easyjet gaan vliegen binnenkort: als je een klein uurtje van te voren aanwezig bent, dan ben je ruim op tijd.

Verder is er in de vertrekhal zelf ook niet veel te beleven, dus we gaan maar weer even naar beneden, naar Schiphol Plaza. Hier komen we een Italiaans eetcafé tegen, dus dan kunnen we alvast in de stemming komen. Bastiaan neemt een salade en ik een tosti met mozzarella en tomaat. Hier leggen we ook even de boekjes met bezienswaardigheden in Milaan naast elkaar, om te bepalen wat we gaan doen op welke dag.

Tegen achten mogen we eindelijk boarden. Bij gate G valt inderdaad weinig te beleven. Maar toch vind ik het raar dat we er niet door mochten net. Naja.

Na een korte vlucht arriveren we op vliegveld Malpensa in Milano! We kopen twee kaartjes voor de shuttlebus die ons rechtstreeks naar Statione Centrale zal brengen. Ons hotel zit daar namelijk vlak bij. Goede verbinding dus!

Ruim een uur later komen we daar aan. Hmm, nu nog even bedenken hoe we moeten lopen. Na 10 minuten te hebben stilgestaan besluiten we om voor deze eerste keer maar even een taxi te nemen. Maar de taxichauffeur vindt het niet nodig om ons te brengen, want het hotel is te dicht bij om met de auto heen te gaan. Haha. Ook goed, met handen en voeten legt hij ons uit hoe we moeten lopen.

En inderdaad; het is heel dicht bij. Na 5 minuutjes lopen komen we het Virgillio Hotel tegen. Dat is ‘m! Het is een beetje een duister hotel. Een aantal gokkasten in de lobby met daarachter wat vreemde figuren. We krijgen een sleutel van de receptionist. Ontbijt tot 10 uur morgenochtend zegt hij.

De hotelkamer is wel ok. Het stinkt een beetje naar riool, dat wel. We besluiten dat we nog even een drankje gaan doen in het straatje beneden. Dan kan het hier nog even luchten met de ramen open.

De Silverbar, zo heet het cafeetje vlakbij het hotel. Het is klein, met alleen de eigenaar in de bediening. Er is nog een tafeltje voor ons vrij, de andere drie tafels zijn bezet. Bas neemt een wijntje, ik een biertje. We krijgen er een bak pinda’s en Italiaanse koekjes bij. Lekker! Eindelijk even relaxen! Aan het tafeltje naast ons zitten twee mensen uit Australië. Ze horen ons praten over het hotel en beginnen een praatje. Heel aardig. Ze hebben een paar weken door Spanje gereisd en gaan via Milaan terug naar Australië. Morgen al. Een 24 uur durende reis voor de boeg dus. Mij niet gezien.

Nadat we nog een drankje hebben genomen, gaan we lekker slapen! Gelukkig is de stank wat minder geworden.

Vrijdag 5 juni

Voor tienen moeten we beneden zijn voor het ontbijt, dus de wekker gaat om negen uur. Wat een nacht zeg! We slapen aan de straat, met de ramen open. Het was een flinke herrie vannacht. Voorbij scheurende motoren en het leek wel of ze een glasbak aan het leeggooien waren ofzo. Dus ik zat een aantal keer recht op in bed! Bas niet hoor, die heeft lekker geslapen 😉

Nou gauw opschieten anders komen we te laat voor het ontbijt. Om tien voor tien staan we netjes in het keukentje, of hoe je het ook noemen mag. De mevrouw achter de bar kijkt ons raar aan. “Breakfast?” “No! Too late!!” Ze wijst ons op een briefje dat boven de balie van de receptie hangt. “Breakfast till 9.45” En gisteren zei die vent dat het tot tien uur is! Bas had het briefje wel zien hangen gisteravond, maar hij ging ervan uit dat de man niet zou liegen. Nou, we krijgen mooi niks meer! Wat een service hè. Dan maar een broodje onderweg.

Weekend Milaan

Met de metro gaan we richting de Duomo! Hier gaan we de dag doorbrengen. Namelijk niet alleen de Dom bevindt zich hier, maar ook het mooiste en duurste shopgebied van Milaan, waaronder de Galleria Vittorio Emanuelle II en de Gouden Driehoek. Dat wordt alleen kijken dus, hihi. Maar eerst even een broodje. We gaan zitten bij een eettentje aan het plein en bestellen twee cappuccino, twee water en twee broodjes. Nou lekker hoor, dat Italiaanse eten! Genieten! Ondertussen bedenken we wat we eerst gaan doen, de Dom bezoeken of shoppen. Ok, eerst de Dom bezoeken. Even later komt de rekening. 32 euro, hatsiekadee! Alsof je een emmer leeggooit! Haha.

Weekend Milaan

De dom is mooi! Van buiten wel mooier dan van binnen vind ik. Alle kerken zien er van binnen wel een beetje hetzelfde uit. We lopen een rondje, branden twee kaarsjes en gaan weer naar buiten. Daar komt het cultuurbarbarisme in ons weer naar boven. Als je wilt, kun je ook op de Dom, met de trap of met de lift. Maar dat is nu nog niet open. Dan doen we dat vanmiddag.

Weekend Milaan

Dan gaan we nu eerst naar het mooie overdekte winkelcentrum, de galerie Vittorio. Wat prachtig zeg! De winkels hebben allemaal een gouden naambord in dezelfde stijl, heel chique. Dat zie je ook wel aan de merken: Prada, Louis Vuitton, Todds, etc. Ik heb zelfs nog nooit zo’n mooie Mac Donald’s gezien ;-).

Weekend Milaan

Weekend Milaan

De vloer in het midden van de galerie bestaat uit allerlei afbeeldingen, waaronder die van een stier. Nu schijnt het dat de ballen van deze stier geluk brengen als je ze aanraakt. Je ziet dus ook iedereen met hun hak een rondje draaien op die ballen! Er zit zelfs een gat in de vloer daardoor. Nou dan kunnen wij natuurlijk niet achterblijven! Haha.

Weekend Milaan

Naast de Louis Vuitton winkel zit een ijssalon. Je kunt natuurlijk niet in Milaan zijn geweest zonder dat je er eentje hebt geproefd! Dus dat is een mooi excuus! IJssie? Mmm lekker!

Al likkend lopen we richting de Gouden Driehoek. Dit zijn drie winkelstraten in de vorm van een (je raadt het al) driehoek op de kaart. Ook deze zijn niet goedkoop! Maar zeker wel de moeite waard om even doorheen te lopen. En het is sowieso al leuk om het soort mensen te bekijken dat hier komt winkelen. Wat dat betreft heeft men hier wel smaak!

We zijn wel weer toe aan wat drinken dus we ploffen neer ergens aan de rand van de Driehoek. We krijgen meteen de lunchkaart. We hoeven niet te eten, dus als de ober terug komt, bestellen we alleen twee water. “Only drink?” “Yes, only drink.” De ober loopt naar zijn collega. Ze overleggen. Dan komt de collega naar ons toe: “If you only order drinks you can only stay for 10 minutes.” Haha, zo gaat dat hier dus, als je niet genoeg geld uitgeeft kun je vertrekken. Nou, we doen lekker rustig aan want het zit hier toch niet vol. En ze krijgen lekker geen fooi!

Weekend Milaan

Weekend Milaan

Na de Driehoek gaan we weer richting de Duomo, want inmiddels kunnen we het dak op ;-). Sportieve Bastiaan wil graag met de trap, maar luie Joyce natuurlijk niet! Weet je hoeveel treden dat is! Stuk of 500! Pff ik word al moe bij de gedachte! Nee, nee ik ga met de lift hoor! Hihi. En Bas ook uiteindelijk. Na lang zeuren. Het dak van de Dom is mooi. En het uitzicht ook! We nemen wat fotootjes van beide. Vanaf deze hoogte kan ik ook mooi bekijken waar we zometeen gezellig een biertje gaan drinken.

Eenmaal weer beneden lopen we naar het terrasje dat ik net van bovenaf zag, en we gaan zitten. Ik werp een blik op de kaart en schrik; wat denk je dat een biertje hier kost! “We gaan Bas!” “Ja maar ik zit hier net lekker!” “Dat zal wel, maar als we 16 euro kwijt zijn voor twee biertjes, dan zit ik hier niet lekker!” Niet te geloven hè.

We lopen verder. Helaas lijken de prijzen niet te dalen. Ik denk dat we een kilometer of drie moeten lopen voordat we eindelijk een tentje vinden waar een biertje ‘maar’ 5 euro kost. We krijgen er wel een bak chips bij. Dat is hier wel leuk, als je een drankje bestelt, krijg je er altijd wat lekkers bij. Dat zit natuurlijk wel bij de prijs in, maar toch. Dan voel je je toch iets minder genaaid.

Op dit terrasje bepalen we waar we vanavond gaan eten. Bastiaan heeft in Nederland al een heleboel printjes gemaakt van restaurant die aangeprezen worden. Ons oog valt op restaurant Al Matarel. Het heeft de volgende omschrijving:

Al Matarel

Deze trattoria kent geen menukaarten, maar hier vind je gegarandeerd de ‘ware’ Milanese keuken. De schilderijen en tekeningen aan de wand geven een typische ambiance. Heerlijke antipasta, koude soepen en polenta met eekhoorntjesbrood. Maar de echte lekkernij is hier de ‘Rostin Nega’: geroosterd brood met gegrild rundvlees en aardappelen, afgebakken in de oven! Bewaar dit restaurant voor het laatst, want hierna smaakt de rest toch wat minder! Op de gevarieerde wijnkaart staan voornamelijk Italiaanse wijnen, maar ook enkele internationale klassiekers. Het publiek bestaat voornamelijk uit locals, dus dan weet je dat je goed zit! Reserveren is aanbevolen.

Deze gaat het worden! Ziet er leuk uit toch? We kijken even hoe we er moeten komen met de metro. Het is niet zo ver weg. Maar aangezien we moeten reserveren is het wel handig om er op tijd te zijn. Eerst lopen we even naar de Decatlon om wat hardloopshirtjes voor Bas te kopen. Ook een roze, enig hè!

Na het afrekenen komt het met bakken uit de hemel! Wat een regen! En onweer! We zijn er gelukkig op voorbereid. En daarnaast, de metro richting Al Matarel is vlakbij.

Als we daar uitstappen is het alweer iets droger. We kunnen het restaurant niet meteen vinden, dus we vragen even de weg aan een vrouw die buiten staat te roken. Ze wijst ons de weg. Ah daar! Van de buitenkant ziet het er een beetje ouderwets uit. Oude gordijnen voor het raam die half dicht zitten. Een beetje stoffig zeg maar. Maar goed, daar trekken we ons niks van aan, want dit schijnt een van de beste restaurants van Milaan te zijn! Oh, maar ze zijn nu nog gesloten zien we. Op vrijdagavond gaat ze pas om zeven uur open staat op de deur. En het is nu? vijf uur. Hmm. Nou, dan gaan we gewoon direct om zeven uur erheen, dan zal er vast nog wel een plekje zijn zonder te reserveren. Tot die tijd kunnen we dan een drankje doen bij een cafeetje waar we net langs liepen.

Zo gezegd zo gedaan. We vermaken ons goed op het (overdekte) terras van het café, want iedereen die vanaf de natte straat komt en onder het overdekte deel wil gaan lopen, glijdt zowat op z’n reet. En sommigen dus echt. Heel grappig om te zien, haha.

Na een aantal wijntjes slaat de klok zeven uur. Spannend! 😉 We lopen in de richting van het restaurant in de volle verwachting dat het rijen dik voor de deur staat. Maar… nee. Dan zal iedereen al wel binnen zijn. We lopen naar binnen. Gelijk bij de ingang staat de eigenaar te hangen aan een tafeltje en hij kijkt ons aan. Vervolgens kijkt hij op zijn horloge en kijkt ons weer aan. “You want to eat now” “Yes.” We lopen achter de man aan naar binnen. Je kunt bij wijze van spreken zijn voetstappen horen galmen, zo LEEG is het restaurant. Er zit werkelijkwaar nie-mand! “Reserveren is aanbevolen.

Weekend Milaan

We nemen plaats. De rest van het personeel komt even uit de keuken om te kijken wat voor malloten het in hun hoofd hebben gehaald om rond deze tijd hun restaurant binnen te stappen. Een van hen geeft ons toch maar de kaart. “Deze trattoria kent geen menukaarten .

Zo, dat zijn geen laffe prijzen. Maar als het eten hier echt zo geweldig is, dan mag je daar natuurlijk ook wel wat voor rekenen, is ons argument. Vooraf nemen we een plakje salami en als hoofd neemt Bastiaan een taartje van gorgonzola. Ik neem de beroemde ‘Rostin Nega’. Omdat het nog steeds leeg is in het restaurant, krijgen we de gerechten ook nog eens heel snel achter elkaar. De gorgonzola taart is lekker, maar ik zou het thuis ook wel kunnen maken. De Rostin Nega bestaat uit draadjesvlees met een bruin sausje en een plakkerig ‘stuk’ aardappelpuree. Het vlees gaat wel, maar het is echt niet bijzonder. De prijs daarentegen is ineens wel een stuk bijzonderder geworden. Nee, dit is echt niet wat we ervan hadden verwacht. Jammer. Na het eten blijven we nog maar even zitten om te kijken of het alsnog vol gaat stromen zometeen, maar nee. Er komt nog een koppel binnen en daar blijft het bij. “Bewaar dit restaurant voor het laatst, want hierna smaakt de rest toch wat minder! ” Laat me niet lachen…

We spoelen de teleurstelling even weg bij de Silver Bar en gaan daarna lekker slaapies doen.

Zaterdag 6 juni

Vandaag zullen we het niet laten gebeuren om te laat te zijn voor het ontbijt! Dus we staan stipt op tijd in het keukentje. We mogen naar boven, naar de eetzaal! Haha. Je kunt er niet eens rechtop staan. Het ontbijt bestaat uit een cappuccino, een sapje, twee broodjes en jam, heel veel jam! Het heeft wel iets weg van het ontbijt dat we hadden in New York.

Nadat we de maagjes vol hebben gegeten gaat de reis vandaag richting het stadion van AC Milan en Inter Milan: San Siro.

Weekend Milaan

Volgens het metrokaartje kunnen we er op twee manieren heen; het stadion ligt namelijk net tussen twee lijnen in. Vanaf elk van beide stations is het dan nog wel een stukje lopen. Althans, Bastiaan noemt dat een stukje. Ik noem 4 kilometer een pokken eind. Gelukkig lopen we wel meteen in de goede richting, want mijn lieve vriend heeft zijn GPS apparaat meegenomen! “Schat ik zie daar een tram!” “Op de terugweg nemen we de tram Joop (dat ben ik).”

Na een sanitaire stop bij een tankstation zien we in de verte een vage verschijning van San Siro. Hè hè daar is ie! We lopen naar binnen. Er wordt zometeen een rondleiding gegeven, dus dat is leuk. Alleen we mogen niet in de kleedkamers komen vandaag, want er is een wedstrijd. Jammer, maar ok. We blijven nog even wachten in het bijbehorende museum en dan wordt er omgeroepen dat de tour begint. Vol verwachting lopen we achter de gids aan. De eerste stop is de tribune. De gids vertelt het een en ander over de geschiedenis van het stadion en zegt daarna dat we even de tijd krijgen om hier rond te kijken. Er is inderdaad een competitie aan de gang. Geen bekende voetballers volgens mij. Het zijn mannen en vrouwen door elkaar.

Nadat we wat foto’s hebben gemaakt en een poosje hebben gekeken naar de voetballers op het veld, vinden we het wel weer tijd worden voor het volgende. We wachten en we wachten. De gids staat gewoon te praten met wat andere groepsgenoten. Op een gegeven moment vraagt Bastiaan maar even aan hem wat we hierna gaan doen. “This is it”, zegt ie. Ok. Mooi is dat! Hebben we daar ieder een tientje voor betaald, om de tribune te bekijken. Wel een beetje jammer. Eenmaal terug in de museum bekijken we nog het een en ander en dan gaan we maar weer. Er is nog een winkeltje bij, misschien hebben ze leuke sokken ofzo. Ook niet, haha. Nou daag! We hebben het wel gezien hier. We nemen, zoals beloofd, de tram terug naar het metrostation.

Weekend Milaan

Next stop: de wijk Navigli. Dit betekent “gracht”. Deze loopt dan ook dwars door de wijk. Met heel mooi helder water. En de huizen aan de gracht zijn mooi kleurvol. Vooral geel. Vanaf een bruggetje nemen we wat foto’s. Mooi hier! Je zou absoluut niet denken dat je je hier in het centrum van Milaan bevindt.

Weekend Milaan

We hebben wel wat trek, dus we nemen plaats bij een restaurantje aan de gracht. Nou ja, zo gemakkelijk ging het niet, want we zaten eerst bij een ander restaurant. Maar daar zaten we in de schaduw en ze hadden geen hamburgers, dat wilde Bastiaan graag. Haha, dus we zijn weer verkast. Nu zitten we wel in het zonnetje. Alleen het waait wel heel hard vandaag. Achteraf hoorden we dat er een grote storm was in het noorden van Italië. Dat zal er wel mee te maken hebben gehad. De burger waait nog net niet van ons bord af. Wat wel van de muur afwaait, is het zonnescherm! En er zijn alleen maar dames in de bediening, die zijn dus aan het ploeteren om het ding er weer op te krijgen. Uiteindelijk lukt het.

Weekend Milaan

Op naar de volgende bestemming van vandaag! Het kasteel Sforzesco, een van de beroemdste monumenten van Milaan. Leonardo Da Vinci heeft hier diverse zalen ontworpen. En de binnenplaatsten zijn ook heel mooi. Dit laatste is ook het meeste wat we zien van het kasteel, want de biertjes bij de lunch zijn bij ons in de benen gaan zitten! Wat zijn we toch ook een stel vreselijke cultuurbarbaren, het is niet te geloven!

Weekend Milaan

Daarom gaan we naar het achtergelegen park om even lekker in het zonnetje te liggen; het Sempione park, welteverstaan. Ha, wat mooi hier. Heerlijk!

Als we worden weggejaagd door de wind en de pollen in de lucht, lopen we via het kasteel terug richting Via San Marco. Hier bevindt zich namelijk een enotheek. Wel eens van gehoord? Ik ook niet tot nu toe. Een enotheek is een soort café dat alleen wijn schenkt. Verder niets. Maar dan wel een heleboel soorten. En je kunt er ook gewoon flessen wijn kopen. Degenen die mij kennen weten dus dat je me geen twee keer hoeft te vragen of ik daar heen wil. Nee dus, haha. Wel wel wel!!

Weekend Milaan

We komen aan en het ziet er vanaf buiten uit als een klein kroegje eigenlijk. Er is niemand binnen. We willen eigenlijk weer weglopen en dan zegt de postbode dat we naar beneden moeten lopen. Ok, dan doen we dat. Eenmaal beneden weten we niet wat we zien! Een enorme kelder met een en al wijn! Wauw! Een walhalla, haha. En ook niet eens al te duur. Het is dat we geen liquids mee mogen nemen op de terugweg, anders hadden we wel wat kunnen kopen. Ik vraag aan de eigenaar of we ook een glas kunnen drinken. Hij zegt dat dat wel kan, maar pas vanaf zes uur. Het is nu pas half vijf dus dan moeten we nog even wachten. Ok dan gaan we dan terug.

Aan de overkant van de enotheek zit een café, het Fashion Café. Het ziet er ook heel fashion uit moet ik zeggen. Zodra je opstaat vanuit je lounge seat worden meteen de kussentjes geschud voor de billen van de volgende gast. Pfff.

We ploffen neer en bestellen een wijntje. We krijgen er een bakje chippies bij. Hmm lekker even wat zouts. Het is best warm vandaag dus dat geeft wel een oppepper.

Weekend Milaan

De mussen hier weten ook precies dat de gasten chips krijgen. Wat lachen zeg! Ze springen gewoon op tafel of op je glas en vervolgens zo het chipsbakkie in! Bas maakt er wat leuke foto’s van. Boefies.

Op een gegeven moment komt onze serveerster vragen of we willen afrekenen, want haar shift zit erop. Maar als we nou nog wat willen bestellen, moeten we dan weer apart afrekenen ofzo? We vinden het vreemd, maar we betalen. Iets later nemen we nog maar een frisje, want we gaan zo ook nog naar de enotheek. De rekening wordt op tafel gelegd. En dan ineens begrijpen we waarom we net alvast die wijn moesten afrekenen. De prijzen zijn met de helft omhoog gegaan!!! Wat denk je dat we betalen voor twee fris? 14 euro! Niet gelogen! Net betaalden we voor twee wijntjes 12 euro, dat schijnt de ‘happy hour’ prijs geweest te zijn, en nu is dat dus voorbij. Niet te geloven.

Weekend Milaan

Het is tegen zessen dus we lopen weer naar de overkant. Hier kunnen we buiten zitten en van een wijntje genieten. Bas neemt rood en ik wit. Ondertussen kijken we naar een groep yuppen die hier ook buiten wijn staan te drinken. De duurste auto’s hebben ze bij zich en de slankste meisjes. Mooi om ze te zien pronken.

Als we ons wijntje op hebben, lopen we richting La Torre di Pisa. Dit restaurant hebben we gisteren ook uitgekozen van de uitgeprinte lijst. Het is aan het einde van een klein steegje waar nog meer restaurantjes zitten. Alleen deze heeft weer zo’n muffige look en dichte gordijnen, net zoals het restaurant van gisteren. En die was dus niet zo goed bevallen. Ook hier staat de ober weer bij de ingang te wachten, erop duidend dat het leeg is binnen. Maar dat kunnen we niet zien. We wagen het er maar niet op. Bij alle andere restaurantjes in de steeg is het wel druk, dus we besluiten om naar een van die te gaan. Het wordt een pizzeria. Een drukke pizzeria. Het is een beetje lopende band werk zeg maar. Nou ja. Het is wel lekker. Althans, ik neem een mozzarella salade en Bastiaan een pizza. Op de pizza zit alleen wat kaas en saus, maar Bas heeft de verkeerde keuze gemaakt denk ik, want de rest ziet er allemaal lekker uit. En het is niet duur hier voor de verandering.

Op de terugweg naar de metro komen we een jongen tegen die nep Louis Vuitton tassen heeft. Niet van echt te onderscheiden zowat! “How much?”vraag ik. Hij vraagt hoeveel ik ervoor wil betalen. Ik zeg: “Thirty!” Haha hij lacht me zowat uit. Voor €130 is ie van mij. Dan hoeft het niet. Daar koop ik zowat een echte voor. Nou ja, dat is ook weer overdreven. Toch jammer ;-).

Op weg naar de metro horen we hele lekkere muziek. Er staat een DJ te draaien voor de ingang van een concertgebouw. En er staan allemaal mensen op het pleintje ervoor te dansen. Ziet er heel gezellig uit. Daar gaan we even bij zitten. Op een gegeven moment kijken we elkaar allebei tegelijk aan. “Er lopen hier wel een heleboel mannen hè? Volgens mij zijn we op een homo feest beland.” We kijken wat beter. Ja echt wel. Ze kussen elkaar ook enzo. Als Bas half wordt aangerand gaan we maar weg. Nee hoor, geintje. Leuk feessie.

Laatste avond is al weer voorbij! Nou hoor! Gaat altijd veel te snel, zulke weekenden. We willen nog een laatste afpils nemen bij de Silver Bar, maar het is jammer genoeg dicht! Slapen dan maar.

 

Zondag 7 juni

 

Na het geweldige ontbijt pakken we onze koffertjes weer in. We hoeven pas aan het einde van de middag met de bus naar het vliegveld, dus we hebben nog even de tijd om wat leuks te doen. We leggen onze koffers tijdelijk even in de bagageruimte van het hotel neer, waar het een grote bende is! Als ze er straks nog maar liggen, want de deur blijft gewoon open.

Bastiaan heeft een paar caches uitgeprint die vlak bij het station schijnen te liggen. Die gaan we dus even zoeken! De eerste is heel makkelijk. We lopen even in het rond en op een gegeven moment vind ik ‘m! Met een soort magneetje zit het doosje aan een ijzeren spijl van een gebouw vast. Bastiaan is trots op me dat ik ‘m heb gevonden.

De tweede daarentegen laat zich minder makkelijk vinden. Wat zeg ik, deze laat zich helemaal niet vinden. En we hebben toch echt de aanwijzingen goed gevolgd. Vreemd. Toch nog even goed kijken. Misschien zien we iets over het hoofd. We zijn zo verdiept in het zoeken, dat we niet door hebben dat we in de gaten worden gehouden door een oud vrouwtje dat hier woont. Ze denkt dat we inbrekers zijn! Haha! We proberen haar uit te leggen dat we een spelletje aan het doen zijn. Als ze het begrepen heeft, is ze gerust gesteld en gaat naar binnen. Nou, we kunnen de cache echt niet vinden! We hebben ons best gedaan hoor. Als we thuis zijn, blijkt ook dat het onmogelijk was om ‘m te vinden, omdat de cache is weggehaald.

We hebben nog een paar uurtjes, dus we gaan nog even richting de Dom. Om voor mij een tas te kopen – hihi – en om nog even lekker op een terrasje te zitten. Het is mooi weer namelijk.

Het einde is toch echt in zicht nu. We verlaten het terras en lopen nog even door de dure winkelstraten. Dan nog maar een lekker ijssie! We kijken ondertussen of we nog een paar sokken voor Bas kunnen vinden in de AC Milan toeristenstore, maar helaas pindakaas.

Op het laatste moment komen we nog een hele leuke kledingzaak tegen! Bas vindt het vooral ook heel jammer, maar we moeten nu toch echt weg! Hè!

Gelukkig staan onze koffers nog op ons te wachten bij het hotel. We lopen richting de shuttlebus. Die gaat om 16 uur richting het vliegveld. Eenmaal daar aangekomen zien we dat we een half uurtje vertraging hebben. Bah. Ik haat vertraging! Oh, maar ik zie daar een tassenwinkel!

Weekend Milaan

Met de tweede tas veilig in de koffer lopen we naar een cafetaria op het vliegveld. We moeten toch nog even wachten door de vertraging dus dan kunnen we hier net zo goed even een broodje en een wijntje nemen. En nog een wijntje. Inmiddels is de vertraging opgelopen naar een uur. Dus dan nog maar een wijntje.

Vier wijntjes per persoon later, kunnen we eindelijk boarden. Ik moet je zeggen, heb nog nooit zo’n vrolijke relaxte vlucht gehad. 😉